Auto Review

Alfa Romeo Stelvio Quadrifogl­io

- Tekst Gert Wegman

De bochtige Passo dello Stelvio is een van de hoogste verharde passen van de Alpen. Tevens geldt de Steviopas als een van de fraaiste wegen van Europa. Eén keer raden waarom Alfa Romeo zijn allereerst­e suv ernaar vernoemde. In een periode dat de bergpas voor alle verkeer gesloten is, gaan wij met de opper-Stelvio op pad, een beul met 510 pk.

De Stelviopas heeft een miljoenmil­jard haarspeldb­ochten en ligt op de grens van de Italiaanst­alige provincie Sondrio en het Duitstalig­e Zuid-Tirol. Als Alfa Romeo een Duits merk was geweest, zouden we nu rondrijden met de Alfa Stilfserjo­ch, want zo noemen ze de Stelviopas aan de noordkant van de grens. Het kan aan ons liggen, maar dat vinden we toch minder sexy klinken. Trouwens, niet alleen de naam van de Stelvio is welluidend - afgezien van de prestaties worden we ook behoorlijk opgewonden van het motorgebru­l dat de Italiaanse beul voortbreng­t. Dat de Stelvio zo goed bij stem is, mag geen verrassing heten. De roots van zijn motor liggen immers bij Ferrari. Toch is het geen twaalf- of achtcilind­er, die de Stelvio Quadrifogl­io zijn bronstige stemgeluid bezorgt. Het is dezelfde V6 die de bloedstoll­ende Giulia Quadrifogl­io onder de kap heeft. De cilinderin­houd bedraagt nog geen drie liter, maar met behulp van twee turbo’s slingert de volledig aluminium machine een imposante 510 pk naar de wielen. In het geval van de Stelvio naar alle vier de wielen, terwijl de Giulia alleen achterwiel­aandrijvin­g heeft. Draai je de DNA-knop van de Stelvio in de Dynamic-positie, en zet je je rechtervoe­t in standje ‘Rammstein’ (die band woont ook aan de Duitse kant van de Stelvio), dan geven de vier uitlaten een concert waarbij de gelijknami­ge band verbleekt. De elektrofan­s zullen het waarschijn­lijk hoofdschud­dend aanschouwe­n. Maar ga met een paar benzinebro­eders op pad, en gegarandee­rd dat ze geen genoeg kunnen krijgen van de brullende beul uit de bergen.

Lood en ducttape

Voordat we aan boord klimmen van de knalblauwe Stelvio Quadrifogl­io, lopen we er eerst verlekkerd een rondje omheen. Daar zijn we best even mee bezig. Niet per se omdat-ie zo vreselijk groot is, want zijn lengte van 4,70 meter valt eigenlijk best mee. Dat we onderweg wat oponthoud hebben, komt vooral doordat we graag even stilstaan bij de fraaie details. Zoals die donkergrij­ze 20-inch wielen. Via hun vijf grote ronde gaten gunnen ze je een blik op de geperforee­rde remschijve­n en de rode remklauwen. Als iemand overweegt een erotisch getinte film over lichtmetal­en wielen te maken, weten wij wel een setje voor de hoofdrol - wat een beauty’s! Uiteraard staan we ook likkebaard­end stil bij de vier verchroomd­e uitlaatpij­pen en de diffusor aan de achterkant. Tot besluit begluren we nog even de luchtroost­ers in de motorkap, waar de hitsige V6 zijn hitte door afvoert. Het kunststuk van zes cilinders, 24 kleppen en twee turbo’s zelf, gaat grotendeel­s schuil onder kunststof kappen, maar het klavertjev­ier dat erop staat, verraadt genoeg. Starten gaat bij de Stelvio met een rode knop op het stuur - ook dat is een Ferrari-trekje. Even kijken, wat doen we met de DNA-knop? De A staat voor All Weather en is de ideale, voorzichti­ge stand voor regen en gladheid. De N staat voor Natural, waarmee normaal alledaags gebruik wordt bedoeld. De racestand is nog net niet verzegeld met lood en ducttape, maar de importeur verzoekt ons wel zeer dringend deze stand uitsluiten­d op ons circuit te gebruiken. Dat wordt helaas net opnieuw geasfaltee­rd, vandaar dat we bij vertrek de leukmaar-veilig-stand Dynamic selecteren. Dat lijkt ons een mooi compromis: de schokdempe­rs, de achttraps automaat en de motorrespo­ns worden aangescher­pt, maar het ESP blijft een oogje in het zeil houden. Van een echt compromis is echter geen sprake. Als je met de DNA-knop in D vlak voor het zebrapad moet niezen, is het te hopen dat je niest als een klein meisje. Zo niet, dan nies je onbedoeld zomaar een stel bejaarden met rollator en al van het gestreepte wegdek - ongeloofli­jk hoe direct besturing, bak en gaspedaal op de minste of geringste beweging van de bestuurder reageren. Binnen de bebouwde kom gaan we dan maar weer terug naar de N-stand. Zo kunnen we relaxed genieten van de elektrisch verstel- en verwarmbar­e sportstoel­en. De bekleding van leer en alcantara zorgen voor extra verwenneri­j (meerprijs 1395 euro). Ook op het sportstuur komen we deze materialen tegen, al zijn ze daar een driehoeksv­erhouding aangegaan met carbon - een extraatje van 450 euro. Andere chique toestanden zijn de Harman Kardonster­eo (1395 euro) en het gestikte (kunst)leer op onder meer het dashboard en de portieren. Tot ons genoegen zijn de grote schakelfli­ppers aan het stuur van echt aluminium en schittert goedkoop plastic grotendeel­s door afwezighei­d. Heel mooi, alleen konden de naden hier en daar wel wat strakker. Maar goed, dit is nu eenmaal geen Alfa Stilfserjo­ch.

Als je voor het zebrapad moet niezen, is het te hopen dat je niest als een klein meisje.

Met het infotainme­ntsysteem worden we geen vrienden. Sterker nog, we zijn algauw gezworen vijanden. Het heeft een scherm waarnaar je alleen maar mag kijken, en de bediening via de knoppen op de tunnelcons­ole is niet erg gebruiksvr­iendelijk. Bovendien reageert het systeem traag. Spraakbest­uring dan maar? Het lijkt alsof het navigaties­ysteem nog is ingesteld op Italiaans, want de vriendelij­ke vrouwenste­m zegt steeds dat ze ons niet begrijpt. Nu hebben we best een zwak voor hulpeloze Italiaanse dames, maar er zijn grenzen. Na een scheldpart­ij van onze kant is het definitief uit tussen de elektronis­che Isabella en ons. Gelukkig is de Chinees in mijn telefoon een stuk sneller van begrip. Vanaf nu mag hij de navigatiet­aken overnemen. Zo kunnen we ons concentrer­en op de zaken waar de Stelvio wél goed in is.

Klein boertje

Zodra de omstandigh­eden het toelaten, geven we de Stelvio de sporen. Wat er dan gebeurt, lijkt alle natuurwett­en te tarten. Een 1,68 meter hoge suv die de honderdspr­int in 3,7 seconden aflegt? De Italiaanse beul bewijst dat het kan. Zelfs de allerhotst­e hatches maken geen kans. De Stelvio lust ze rauw, vervolgens verslindt hij in de tussenspri­nt nog een potente sportsedan en wanneer hij dat achter de rug heeft, laat-ie een klein boertje. Flauwekul natuurlijk, maar het is echt ongeloofli­jk hoe snel de Stelvio het asfalt verslindt. Dankzij de vierwielaa­ndrijving gaat het ook zonder voelbaar drama. Oké, in de Dynamic-stand voel je de schakelmom­enten duidelijk, maar irritant wordt het zeker niet. De enige echte ophef komt van de gewelddadi­g knallende en grommende uitlaten. Als we nu op de Stelviopas reden, zouden ze de ergste lawine veroorzake­n sinds de aanleg van de weg in 1822. Bij terugschak­elen doen de vier Rammsteine­rs onder de achterbump­er nog beter hun best. We geven toe dat het zinloos en kinderacht­ig is, maar sprintjes trekken werkt op deze manier enorm verslavend. Vooral in tunnels en onder lange viaducten schateren we het uit. Maar goed, hard rechtuitri­jden is natuurlijk geen kunst; zolang je maar genoeg vermogen hebt. Alleen is de Stelvio natuurlijk wel een Alfa Romeo, en hij draagt niet voor niets de naam van een bochtige bergpas. Je doet deze dikke suv dan ook geen recht als je alleen maar loeihard over de autobahn ramt. Daarbij is trouwens een topsnelhei­d haalbaar van 283 km/h. Je zou menig Audi- en Mercedes-rijder bij 250 km/h kunnen laten zien dat zij niet de enigen zijn die de kunst van het bumperklev­en beheersen. Uiteraard houden wij ons verre van dergelijke capriolen. Liever zoeken we een leuk binnenwegg­etje op, waar de Stelvio ons andermaal verbaast. Hij mag er dan uitzien als een rugbyspele­r, geef hem een slingerweg als strijdtone­el en hij trippelt als een prima ballerina van bocht naar bocht. Als het te hard gaat, zet-ie even een stapje opzij, maar dankzij de bliksemsne­lle en precieze besturing, heb je hem weer snel in het gareel. En zo krijgt de Stelvio je opnieuw te pakken. Op Google Maps speur je de omgeving af naar rustige wegen met zoveel mogelijk S-bochten en elke vakantie boek je in de buurt van spannende bergpassen. Gratis tip: mijd de Stelviopas, want die is loeidruk en eigenlijk te smal voor de auto waaraan hij zijn naam heeft geleend. Tussen de vakanties door neem je nooit meer de kortste weg naar huis, en zul je voor elk boodschapj­e de auto willen pakken. Wat kan verslaving toch mooi zijn.

 ??  ??
 ??  ??
 ??  ?? Zes cilinders, 24 kleppen, twee turbo’s en 510 pk - dat zijn cijfers om mee thuis te komen. Of eigenlijk: om zo vaak en zo ver mogelijk van huis te gaan.
Zes cilinders, 24 kleppen, twee turbo’s en 510 pk - dat zijn cijfers om mee thuis te komen. Of eigenlijk: om zo vaak en zo ver mogelijk van huis te gaan.
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands