Methode 1: hoge resolutie met spiegelreflex
Voor een 360-gradenfoto in de hoogst mogelijke resolutie heb je een spiegelreflexcamera, een statief en heel veel tijd nodig.
Een 360-gradenfoto is eigenlijk niets anders dan een ouderwetse panoramafoto. Je kunt die natuurlijk ook maken met je spiegelreflexof systeemcamera door de hele omgeving vast te leggen in overlappende foto’s en ze vervolgens samen te voegen met speciale panoramasoftware, zoals PTGui of Autopano.
Het voordeel van deze methode is dat het resultaat een ongelooflijk hoge resolutie heeft. Zo kan de toeschouwer sterk inzoomen en heel veel details in het landschap ontdekken zonder dat de foto te pixelig wordt. Het nadeel is dat de nabewerking op de computer heel veel tijd in beslag neemt.
Om verschillen in helderheid tussen de verschillende foto’s te voorkomen moeten de opnamen exact hetzelfde belicht worden. Stel het diafragma, de scherpte, de sluitertijd, de witbalans en de iso-waarde dus vast in. Pas ook op voor ‘parallaxfouten’, waardoor personen en voorwerpen die dicht bij de camera staan vervormd worden weergegeven. Het enige wat hiertegen helpt is erop letten dat de camera om het zogenaamde ‘nodal point’ draait.
Losse foto’s
Zoals bij een ouderwets panorama, fotografeer je de omgeving in losse, overlappende foto’s. Vergeet voor het echte 360-gradeneffect niet ook de lucht en de grond te fotograferen!
Camera en objectief
Hoe korter de brandpuntsafstand, hoe minder foto’s je nodig hebt. Op deze manier neemt echter ook de resolutie af en daarmee wordt het minder aantrekkelijk om de foto sterk in te zoomen.
Statief en panoramakop
Als je hoge eisen stelt, moet je niet alleen een statief gebruiken, maar ook investeren in een panoramakop.