5 tips voor spannende luchtfoto’s
1 Loodrecht: abstracte foto’s – en minder is vaak meer
De kracht van de kleine vliegmachines is dat drones elke denkbare hoek kunnen pakken. Vooral het klassieke vogelperspectief is een aanrader. Beweeg de drone recht over het gewenste onderwerp en kantel de camera verticaal naar beneden. Laat je inspireren door lijnen, afgrenzingen en kleuren. Lange belichtingstijden behoren ook tot de mogelijkheden.
2 Vergeet de voorgrond niet
Net als bij de fotografie op de grond moet je rekening houden met een paar compositieregels wanneer je vanuit de lucht fotografeert. Naast de regel van derden en een goede kleurencompositie is juist ook de verhouding tussen voor- en achtergrond bijzonder interessant.
3 Gebruik een ongecomprimeerd bestandsformaat
Wanneer je fotografeert met DSLR of systeemcamera heb je de keus om te schieten in verschillende bestandsformaten. Bij sommige drones heeft de piloot ook deze keuze. Wil je de afbeeldingen achteraf nog bewerken, kies dan zeker voor het raw-formaat als je de mogelijkheid hebt.
4
Uitgebreide voorbereiding
Meestal kun je rond de twintig à dertig minuten vliegen, afhankelijk van de accucapaciteit en temperatuur. Deze duur is in de meeste gevallen voldoende om je onderwerp vast te leggen. Als je je tijd zo efficiënt mogelijk wil benutten, bereid je dan goed voor en analyseer mogelijk onderwerpen vooraf op satellietbeelden.
5 De laagvlieger: bijzonder perspectieven
Ook dichtbij de grond of het water kun je gave foto’s maken, bijvoorbeeld net boven het wateroppervlak midden in een meer. De camera’s van sommige drones kun je ook wat naar boven kantelen. Het resultaat is dan een foto van onderaf die het onderwerp meer kracht laat uitstralen.