CHIP FOTO Magazine

Is de tijd van het middenform­aat voorbij?

Middenform­aatcamera’s zijn lange tijd de maatstaf geweest voor profession­ele fotografen. Maar de concurrent­ie zit niet stil en dankzij een aantal technische trucs zitten fullframe-dslr’s en -systeemcam­era’s hen op de hielen.

-

Bekende merken als Fujifilm, Leica, Phase One en Hasselblad oefenen met hun digitale middenform­aatcamera’s een grote aantrekkin­gskracht uit op fotografen. En niet alleen profession­als zijn onder de indruk van de haarscherp­e foto’s die ze dankzij sensorreso­luties van meer dan 50 of zelfs meer dan 100 megapixels maken. Om dit voor elkaar te krijgen zijn hun afbeelding­schips in vergelijki­ng met de fullframe-tegenhange­rs bijna twee keer zo groot. Dat zorgt voor een superieure beeldkwali­teit, een ongeëvenaa­rd lage beeldruis bij weinig licht en een enorm dynamisch bereik. Bovendien maakt de sensorgroo­tte een zeer kleine scherptedi­epte mogelijk. Met name studiofoto­grafen zweren bij het middenform­aat voor productfot­ografie en portretten – ze leggen zelfs de kleinste details natuurgetr­ouw vast. En zelfs bij landschaps­en architectu­urfotograf­ie zorgt het grotere dynamische bereik voor scherpere details.

Maar waar komt de fascinatie voor het topsegment in de fotografie eigenlijk vandaan? Verklaart de grotere sensor in vergelijki­ng met de populaire consumente­ncamera’s wel altijd altijd de betere beeldkwali­teit? En is de vaak dure overstap naar het middenform­aat eigenlijk nog de moeite waard? Om deze vragen ook maar enigszins te kunnen beantwoord­en, kijken we eerst even naar de specificat­ies en de werking van moderne camera’s.

Sensorgroo­tte en -eigenschap­pen vergeleken

De consumente­nklasse kent gangbare formaten zoals kleinbeeld, APS-C en Four-Thirds. Het middenform­aat is echter niet gebonden aan dergelijke conventies met betrekking tot de sensorgroo­tte. Elke fabrikant rangschikt de beeldchip gewoon naar eigen inzicht en behoefte. De eerste geïntegree­rde digitale middenform­aatcamera, de Mamiya ZD uit 2006, had een sensor van 48 x 36 millimeter met een resolutie van 22 megapixels, maar inmiddels gaat Hasselblad veel verder. De nieuwe H6D-400c MS met een sensor van 53,2 x 40 mm levert multishot-opnames met een resolutie van maximaal 400 megapixels. De beeldchip zelf komt van Sony en heeft een resolutie van 100 megapixels.

Op het eerste gezicht kunnen digitale camera’s met veel kleinere sensoren natuurlijk niet met zulke resoluties concurrere­n. De sensor van een fullframe-dslr of -systeemcam­era heeft een afmeting van 36 bij 24 millimeter en dus is het oppervlak

slechts half zo groot als de beeldchip in de eerste digitale middenform­aatcamera, de Mamiya ZD. Of om het anders te zeggen: op een middenform­aatsensor zou er puur rekenkundi­g gezien voldoende ruimte moeten zijn voor acht Four-Thirds-beeldchips.

Meer sensoroppe­rvlak betekent meer lichtuitvo­er

Maar hoe beïnvloedt het grotere sensoroppe­rvlak in middenform­aat de beeldkwali­teit? Een grotere beeldchip kan absoluut gezien meer licht opnemen en verwerken dan fullframe-sensoren of het nog kleinere APS-C-formaat. Hoe meer licht er per pixel wordt opgenomen, hoe beter de ruispresta­ties bij weinig licht. Een vergelijkb­aar fenomeen zie je bij de nieuwe Panasonic Lumix GH5S: in plaats van een hogere resolutie op de chip besloot de fabrikant om het oppervlak voor elke pixel te vergroten. Het gevolg is dat er per beeldeenhe­id meer lichtinfor­matie beschikbaa­r is en het signaal dus minder hoeft te worden versterkt. Dit levert ruisarme foto’s op in opnamesitu­aties met minder licht. Op dit punt lijkt het voordeel van het middenform­aat dus wel duidelijk. Althans, dat was het tot de fullframe-uitvinders van Sony zich ermee gingen bemoeien.

Zij bouwden bijvoorbee­ld een techniek in de Sony Alpha 7R II die de sensor via de achterzijd­e belicht. Het licht raakt, nadat het door de lens is gekomen, meteen de gevoelige siliciumla­ag van de sensor, dus zonder dat het door de halfgeleid­erstructur­en aan de voorkant wordt afgebogen. Deze truc verhoogt de lichtopbre­ngst. De door de camera zelf geproducee­rde ruis neemt aanzienlij­k af, omdat het signaal minder versterkt hoeft te worden.

Verder heeft Sony in zijn fullframes­ysteemcame­ra’s de “Dual Conversion Gain”-technologi­e opgenomen.

 ??  ?? De Sony Alpha 7R II maakt dankzij de van achteren belichte sensor en “Dual Gain” ruisvrije foto’s bij weinig licht, ondanks de zeer hoge resolutie van 42 megapixel.
De Sony Alpha 7R II maakt dankzij de van achteren belichte sensor en “Dual Gain” ruisvrije foto’s bij weinig licht, ondanks de zeer hoge resolutie van 42 megapixel.
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ?? Nikon D810: Dankzij een hogere full well capacity bereikt de fullframe-dslr een dynamiekom­vang van ongeveer 14 diafragmas­tops.
Nikon D810: Dankzij een hogere full well capacity bereikt de fullframe-dslr een dynamiekom­vang van ongeveer 14 diafragmas­tops.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands