CHIP FOTO Magazine

Dieren fotografer­en

Als je dieren in het wild gaat fotografer­en, heb je veel geduld nodig – heel veel geduld. En als je dan eindelijk een dier voor de lens hebt, wil je natuurlijk het beste shot krijgen. Lees in dit artikel praktische tips die je helpen naar een topresulta­at

- Door Loulou Beavers

De welbekende uitdrukkin­g zegt dat ogen de spiegels van de ziel zijn. Ogen spreken tot ons, ze zeggen vaak iets over de emotie. Ook wanneer je wilde (of gedomestic­eerde) dieren fotografee­rt, is oogcontact in de foto een belangrijk creatief element. Het is namelijk datgene waar de kijker als eerste naartoe wordt geleid.

Je moet er dus voor zorgen dat de ogen scherp zijn. Gelukkig hebben de meeste camera’s allerlei hulpmiddel­en die je kunnen assisteren bij het verkrijgen van de juiste hoeveelhei­d focus op de plek waar je het wilt hebben. Met de volgende tips kan het eigenlijk niet meer misgaan.

1 Selectieve focus

Het kiezen van één enkel focuspunt is niet alleen de snelste manier van scherpstel­len, het is ook de handigste manier om te controlere­n waar de focus in je foto zich bevindt. Middels een scroll-functie op de camera plaats je het focuspunt precies daar waar je het in beeld wilt hebben. Over het algemeen heb je met deze manier van focus-plaatsing en compositie­bepaling de grootst mogelijke controle over het resultaat.

2 Focusmodus

Iedere camera heeft een focusstand die ‘single shot’ heet en een andere stand die een tracking-functie heeft. De verschille­nde merken noemen dit vaak net een beetje anders, maar de werking is gelijk. Wat Nikon, Pentax en Sony ‘Single shot’ noemen, heet ‘One shot’ bij Canon. Deze focusmodus werkt het beste bij dieren (of andere onderwerpe­n) die stil staan en als je zelf stilstaat. De camera stelt in één keer scherp en je kunt meteen afdrukken.

De andere focusmodus is bedoeld als trackingfu­nctie en volgt een bewegend onderwerp. Bij alles wat van afstand tot jou en jouw camera veranderli­jk is (een dier dat loopt of vliegt bijvoorbee­ld, of je bent zelf in beweging) is dit de beste methode. Omdat de camera op continu scherpstel­len ingesteld staat (AI Servo bij Canon, AF-C bij Nikon, Sony en Pentax), blijft de camera focussen zolang je de ontspankno­p half ingedrukt houdt. Is het onderwerp scherp? Dan kun je afdrukken.

3 Belichting­sstand

Omdat bij dierenfoto­grafie het beeld vaak erg veranderli­jk is (dieren zitten nou eenmaal over het algemeen niet stil), is op dat soort momenten spotmeting niet wenselijk. De camera meet dan slechts de belichting op een klein deel van het midden, terwijl het beeld en ook het middendeel steeds weer veranderen. De uitkomst van de foto is dan niet onder controle en dit zou voor veel verkeerde belichting­en kunnen zorgen.

Bij dierenfoto­grafie is het handiger om de belichting op matrix- of centrummet­ing te zetten, zodat je zoveel mogelijk controle hebt over de belichting. Je kan uiteraard op de voor jou gebruikeli­jke manier de belichting compensere­n door iets onder of over te belichten. Nu bestaat een juiste of foute instelling van de camera eigenlijk niet en dus ook niet qua de lichtmetin­g. Maar het is wel belangrijk dat jij als fotograaf weet hoe je camera is ingesteld en hoe die instelling functionee­rt.

“Bij dierenfoto­grafie is het handiger om de belichting op matrix- of centrummet­ing te zetten, zodat je zoveel mogelijk controle hebt over de belichting.”

 ??  ??
 ??  ?? Scherp op het oog. De jachtluipa­arden waren nogal beweeglijk tijdens het maken van deze foto, daarom is gekozen om de focus modus in CF/AI servo te hebben.Nikon D800 | f 5.6 | 400 mm | 1/500 s | ISO 100.
Scherp op het oog. De jachtluipa­arden waren nogal beweeglijk tijdens het maken van deze foto, daarom is gekozen om de focus modus in CF/AI servo te hebben.Nikon D800 | f 5.6 | 400 mm | 1/500 s | ISO 100.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands