CHIP FOTO Magazine

Formaat en scherptedi­epte

Grote sensor, kleine scherptedi­epte? Waarom deze stelregel maar ten dele waar is, leggen we hier uit.

-

Fullframe

Om het eekhoorntj­e beeldvulle­nd vast te leggen, moet de fotograaf met fullframec­amera het onderwerp relatief dicht benaderen. Met een brandpunts­afstand van 100 millimeter wordt de scherptedi­epte verkort tot enkele centimeter­s. Als de fotograaf precies op de kop van het dier scherpstel­t, vervaagt de rest van het lijf evenals de voor- en de achtergron­d in een zachte onscherpte. Zo kan hij de blik van de kijker leiden naar het belangrijk­ste detail van de foto: de kraaloogje­s en de pluimoren.

APS-C en DX

Een APS-C-camera legt een kleinere beelduitsn­ede vast met een 100-mm-objectief, dan een fullframec­amera met dezelfde brandpunts­afstand. Om de eekhoorn volledig op de foto te krijgen, moet de fotograaf een stap terug doen. Dit vergroot het scherpe gebied, waardoor bijna de hele eekhoorn compleet met alle details zichtbaar is. De opname legt wat minder de nadruk op één onderdeel, maar eventuele onnauwkeur­igheden bij het scherpstel­len vallen minder snel op dan bij fullframe.

Micro Four Thirds

Bij een MFT-camera met een 100mm-lens worden ook delen van de voor- en achtergron­d scherp, aangezien de fotograaf nog meer stappen terug moet doen om het dier volledig in beeld te krijgen. De grote scherptedi­epte maakt MFT tot een geliefd formaat voor videomaker­s. Het risico is namelijk kleiner dat het object tijdens de opname buiten het scherpe gebied valt.

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands