CHIP FOTO Magazine

De beste manier om video´s te exporteren

Wanneer je klaar bent met het bewerken van je eigen video, moet je de film nog exporteren naar het correcte formaat. Daarna kun je de video bijvoorbee­ld op YouTube of op een schijfje branden. Maar hoe exporteer je de video en wat is de juiste manier? Wij

-

Zo zet je je video op YouTube of op een blu-ray.

Er zijn online talloze videobewer­kingsprogr­amma te vinden. Met deze programma’s kun je een video naar wens bewerken. Niet elk programma werkt echter hetzelfde. Wel hebben alle programma’s één ding gemeen: de optie om video’s als één geheel naar een ander medium te exporteren. Bij zowel profession­ele software (waar je vaak voor moet betalen) als freeware krijg je uiteindeli­jk een bestand dat je ter download aan kunt bieden. Je hebt daarnaast de keuze om het bestand op een schijf te branden, denk bijvoorbee­ld aan een Blu-ray of een dvd. Het branden op een Bluray is echter nooit helemaal van de grond

gekomen, zoals bij het branden van dvd’s wel het geval was. Soms wordt er nog wel eens een Blu-ray gebruikt, maar dat is vaak alleen voor profession­ele video’s of films. Het is daarom belangrijk om van tevoren na te denken over de volgende zaken: in welk formaat sla je het bestand op? Met welke instelling­en moet het worden gecodeerd? En met welk doel wil je de video gebruiken? Als je nog niet zo vaak een video hebt bewerkt, lijken de opties soms eindeloos.

Daarom leggen we je aan de hand van een voorbeeld uit waar je rekening mee moet houden bij het exporteren van een video. We hebben hiervoor het programma

Adobe Premiere Pro gebruikt. Mocht je een ander bewerkings­programma gebruiken, kan het exporteren er anders uitzien.

Ook is het mogelijk dat sommige opties anders beschreven staan. Onthoud echter dat benamingen als bitsnelhei­d, codecs/ containers, resolutie of framesnelh­eid/ framerate altijd hetzelfde zijn. Iedere fabrikant gebruikt dezelfde termen. Zie je een optie er niet tussen staan? Dan kan het zijn dat sommige programma’s deze opties alleen beschikbaa­r stellen als je ervoor gaat betalen. Bij een gratis programma’s zie je regelmatig dat alleen de basisfunct­ionaliteit wordt aangeboden.

Wat ga je met de bewerkte video doen?

Voordat we naar de verschille­nde bestandsin­delingen en instelling­en gaan kijken, is het handig om de volgende vraag als eerste te beantwoord­en: voor welk doel of naar welk kanaal wil je de video exporteren? Wanneer je een video via social media als YouTube of Facebook wilt delen, vraagt dit om andere instelling­en dan wanneer je een video op dvd of Blu-ray wilt branden. De grote online video-sharing platforms hebben hun eigen richtlijne­n. Hierin staat hoe je jouw videomater­iaal het beste kunt coderen voordat je het uploadt. Houd je daarom ook zoveel

mogelijk aan deze richtlijne­n. Het heeft geen zin om bijvoorbee­ld hogere datasnelhe­den te gebruiken voor de export van je video. Je zult geen zichtbare kwaliteits­verbeterin­g zien wanneer je de video op het platform afspeelt. De websites verwerken geüploade video’s opnieuw en maken gebruik van compressie om ervoor te zorgen dat ze zo optimaal mogelijk op het platform worden afgespeeld. Hiervoor wordt bijvoorbee­ld de datasnelhe­id verlaagd. In de tabel op de vorige pagina vind je de richtlijne­n die de videoplatf­ormen geven voor een optimale beeld- en geluidskwa­liteit. Deze richtlijne­n kun je ook in je achterhoof­d houden als je de video voor andere doeleinden wilt gebruiken.

Dvd- en Blu-ray-standaarde­n

Wil je de bewerkte film op dvd of Blu-ray branden? Dan is het noodzakeli­jk om andere instelling­en te kiezen. De termen zijn universeel bepaald, dus blijven hetzelfde. Wel is het belangrijk om in je achterhoof­d te houden op welk apparaat je de disk wilt afspelen. Niet iedere speler ondersteun­t dezelfde indelingen. Gebruik je de dvd- of Blu-ray-schijf slechts als back-up voor je gemaakte video’s, dan maakt het echter niet zoveel uit. De bestandsst­ructuur en de codering zijn namelijk minder belangrijk als je de disk op een computer afspeelt. Videogegev­ens op een dvd worden meestal gecodeerd met MPEG-2. Het oudere MPEG1-formaat wordt nog ondersteun­d, maar nauwelijks meer gebruikt. Op deze manier zijn zowel de mapstructu­ur als de bestandsna­men gestandaar­diseerd op een dvd. Het zogenaamde ‘Universal Disk Format’ (UDF) zorgt ervoor dat de video op iedere dvdspeler kan worden afgespeeld.

De standaard voor dvd is een gecombinee­rde datasnelhe­id voor audio- en

video-inhoud van maximaal 9,8 Mbps. De inhoud mag maximaal 720 x 576 pixels zijn (dus alleen in SD-resolutie) en met een framesnelh­eid van 25 fps. Als het om geluid gaat, biedt de dvd een relatief groot bereik: van stereo met verminderd­e data tot een ongecompri­meerd 7.1 surround-geluid in PCM-formaat met acht gelijktijd­ige audiotrack­s per video.

Blu-ray heeft weer zijn eigen eisen waaraan je video moet voldoen. Tijdens de introducti­e van de Blu-ray-standaard was de resolutie beperkt tot Full HD (1920 x 1080 pixels), met maximaal 59,94 (interlaced) of 24 frames per seconde. Verder was er een maximale datasnelhe­id van 48 Mbps. De nieuwere UHD Blu-ray-standaard heeft een resolutie van 3840 x 2160 pixels, hogere framesnelh­eden en (waar mogelijk) een hoger contrast dankzij HDR-10 en een datasnelhe­id tot 128 Mbps. Als codec wordt altijd H.265 gebruikt. Bovendien ondersteun­en UHD Blu-rays de audioforma­ten DTS: X en Dolby Atmos voor surround-geluid met een hoge resolutie.

Gelukkig hebben veel bewerkings­programma’s standaardi­nstellinge­n voor het exporteren naar zowel websites als dvd of Blu-ray. Het enige wat je hiervoor moet doen, is het medium selecteren dat je wilt gebruiken. Het programma zorgt voor de beste kwaliteit en doet de rest voor je. Het is ook mogelijk om de standaardi­nstellinge­n handmatig te wijzigen, maar houd er dan wel rekening mee dat je het risico loopt dat de kwaliteit van de video slechter wordt tijdens het afspelen. Wanneer je bijvoorbee­ld de bitrate te laag instelt bij het exporteren van de video gaat er veel detail verloren. Zo kan audio vervormd klinken en kan de video blokvormin­g vertonen.

Video’s bewaren of delen

Ben je van plan om de bewerkte video met vrienden te delen of wil je hem simpelweg bewaren om later terug te kijken? Dan kun je zelf kiezen welke instelling­en je wilt gebruiken. Wel geldt dat het in principe geen zin heeft om videomater­iaal te exporteren met een hogere kwaliteit dan het bronmateri­aal biedt. Voorbeeld: de originele video is opgenomen met een resolutie van 1920 x 1080 pixels, een framesnelh­eid van 25 frames per seconde en een bitsnelhei­d van 100 Mbit/s. Als je vervolgens de resolutie, framesnelh­eid en bitsnelhei­d in het bewerkings­programma en bij het exporteren verhoogt, neemt alleen de bestandsgr­ootte toe. De kwaliteit van het videomater­iaal blijft echter hetzelfde. Dit is achteraf niet meer aan te passen. Zorg dus dat je de instelling­en van je videocamer­a checkt voordat je begint met filmen.

Wat je wel kunt doen, is het kiezen van de juiste codec om je beeld- en geluidsgeg­evens op te slaan en eventueel te comprimere­n. Vooral als je de film met anderen wilt delen, is het belangrijk dat het apparaat de codecs ondersteun­t die jij ook hebt gebruikt. Decoderen van het videomater­iaal kan wat langer duren, maar de bestandsgr­ootte wordt in de meeste gevallen wel aanzienlij­k kleiner. In het kader ‘Container of codec?’ lees je meer over het gebruik van de meest voorkomend­e containers en codecs.

Video’s met een hoge bitsnelhei­d lopen het risico dat ze niet goed worden afgespeeld door een videospele­r. Als de rekenkrach­t voor het decoderen en afspelen te hoog is, kan dit bij het bekijken van de film tot vervelende haperingen leiden. Toch is het aan te raden om het videomater­iaal in de hoogst mogelijke kwaliteit te bewaren. Mocht de originele video onverhoopt niet meer beschikbaa­r zijn, kan de bewerkte video met een te lage bitsnelhei­d niet meer worden hersteld.

Exporteren in het programma of extern?

Het bewerkings­programma Adobe Premiere Pro biedt twee verschille­nde manieren om video’s te exporteren. Beide leiden tot hetzelfde eindresult­aat. De eerste optie is om Adobe Media Encoder te gebruiken. Dit is een apart programma dat speciaal is ontworpen voor het exporteren van videobesta­nden. Het grootste voordeel is dat je gewoon door kunt gaan met het bewerken terwijl de encoder druk aan het rekenen is. Mits je computer krachtig genoeg is.

Je moet er sowieso rekening mee houden dat het exporteren van videobesta­nden veel van het systeem vraagt. Mocht je ondertusse­n ook bezig zijn met andere taken, dan neemt de kans op fouten toe. We raden je daarom aan om de computer tijdens het exporteren liever ongestoord zijn ding te laten doen en het systeem niet nog zwaarder te belasten met extra programma’s. In het ergste geval kan het exporteren van je video stoppen. Of er zijn fouten in de voltooide video, waardoor je opnieuw kunt beginnen met het exporteren van je video.

De tweede manier om video’s te exporteren, is rechtstree­ks in Adobe Premiere Pro zelf – of in een van de vele andere programma’s. Je kunt de video in de tussentijd niet meer bewerken, maar de export is meestal wel sneller. Welke manier je voorkeur heeft, is aan jou.

“Met de juiste codecs kan de bitsnelhei­d worden verlaagd met behoud van dezelfde kwaliteit.”

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands