CHIP FOTO Magazine

De toekomst van lenzen: gecodeerde diafragma’s

Meer scherpte en nauwelijks objectieff­outen dankzij gecodeerde diafragma’s – dat klinkt als de toekomst voor lenzen. Waarom wordt het dan niet gebruikt?

-

We associëren fotografie vooral met foto’s van mensen, dieren of landschapp­en. Maar er bestaan natuurlijk ook discipline­s zoals telescopis­che en röntgenfot­ografie. Voor het maken van foto’s van skeletten is niet alleen gammastral­ing nodig, maar ook speciale apparatuur. Decennia geleden kwamen astronomen op het briljante idee om voor hun telescopen een diafragma te ontwikkele­n met veel kleine in plaats van een enkele opening: het gecodeerde diafragma.

Maar hoe werkt dit? Wanneer we met een lichtsterk, open diafragma fotografer­en, komt het onderwerp tegen een onscherpe achtergron­d te staan. De vaagheid wordt veroorzaak­t doordat de lichtstraa­l meerdere pixels tegelijk raakt. Wiskundige­n gebruiken hiervoor de term ‘convolutie’.

Bij het fotografer­en ondergaat het onderwerp een ‘convolutie’, of als dit door verscherpi­ng wordt omgekeerd, een ‘deconvolut­ie’. Daartussen ligt het diafragma, dat bij een convention­ele lens altijd rond is. Dat is praktisch voor ons soort fotografie, maar röntgenstr­alen zijn vanwege hun invalshoek daarvoor te zwak; het beeld zou te donker worden. De oplossing is dus om verschille­nde openingen te gebruiken om voldoende straling op te kunnen vangen.

Maar het probleem blijft dat we moeten uitzoeken welke opening welke stralen gevangen heeft om een foto te kunnen maken. Gelukkig was er 200 jaar geleden een slimme Fransman die de naar hem genoemde Fourier-transforma­tie ontdekte. Zonder al te wiskundig te worden, is het een kwestie van het bepalen van dominante golven. Als je dit op muziek zou toepassen, kun je het gebruiken om noten te identifice­ren. In de fotografie kun je overlappen­de lichtgolve­n identifice­ren, die met de juiste convolutie­kern het beeld produceren. Met de berekende onderwerps­afstand kunnen we vervolgens via deconvolut­ie onscherpe foto’s scherp maken. Ook digitale verscherpi­ng werkt met dit soort complexe berekening­en. Het resultaat is dat de foto’s haarscherp zijn en bijna geen fouten bevatten, zoals kleurafwij­kingen.

Waarom wordt het dan niet gebruikt? Omdat gecodeerde diafragma’s enerzijds veel licht tegenhoude­n en anderzijds geen bokeh mogelijk maken – terwijl dat nou juist is wat fotografen willen.

 ??  ?? Schaduw patroon
Diagram van het lichtverlo­op met een gecodeerd diafragma (bron: Wikipedia)
Schaduw patroon Diagram van het lichtverlo­op met een gecodeerd diafragma (bron: Wikipedia)
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands