Canon EOS R5 en R6
Geen ander camerapaar heeft het afgelopen jaar zoveel tongen losgemaakt in de fotografie-community als de Canon EOS R5 en EOS R6. Wij werpen een uitgebreide blik op de sterke en zwakke punten van beide systeemcamera‘s en laten ze doorlichten door ons test
Een uitgebreide blik op deze twee systeemcamera's.
Als de twee nieuwe Canon-dslm’s een superheldenduo waren, dan waren ze vast Batman en Robin. En net als in de gelijkmatige televisieserie uit de jaren 1960 staat ook bij beide spiegelloze camera’s de ene in de schaduw van de andere. Al in de aanloop naar de release trokken de beoogde specificaties van de EOS R5 veel aandacht en ontstonden er zelfs enkele wilde speculaties.
Begin 2020 waren veel fotografen er namelijk heilig van overtuigd dat de naar buiten gebrachte informatie slechts een marketingstunt was. Het verschil met de concurrentie leek gewoon te groot, de technische hindernissen waren te hoog om de geadverteerde features ook daadwerkelijk binnen het bereik te brengen van de gewone filmmaker en fotograaf.
Inmiddels, niet lang na het verschijnen van beide systeemcamera’s, is één ding zeker: Canon heeft al zijn kennis op het gebied van camera-ontwikkeling geconcentreerd in de EOS R5 en de EOS R6 profiteert
daarvan mee. En met succes, zoals je ziet als je een blik werpt op de bovenste regionen van onze toplijst. Voor iedereen die de enorme hype rondom beide camera’s tot nu toe heeft weten te vermijden, vatten we eerst de belangrijkste kerngegevens van de EOS R en EOS R6 samen. Daarna kijken we naar onze ervaringen met de camera’s in de praktijk en naar de prestaties in het testlab. Tot slot laten we zien welke dslm geschikt is voor welk type fotograaf.
Vertrouwde vormgeving
Na een snelle eerste blik op de camera’s is de eerste gedachte dat beide toestellen een spannend pakket aan foto- en videofuncties te bieden hebben. De body is bovendien flexibel inzetbaar, want die is slechts iets groter dan de body van de voorganger, de EOS R. Dat betekent dat vooral fotografen die veel onderweg zijn en filmmakers een relatief compacte en eenvoudige opstelling kunnen gebruiken.
Als we ze rechtstreeks met hun voorganger vergelijken, zien we dat Canon terugkeert naar de vertrouwde elementen van weleer wat betreft de plaatsing van de bedieningselementen. De veelbesproken touchbar is verdwenen en de vierwegsbediening heeft plaatsgemaakt voor een klassieke draaiknop. Fijn!
Beide camera’s verschillen qua gevoel en bediening vrijwel niet van de spiegelreflexmodellen van de fabrikant, die op dit gebied trouwens uitmuntend zijn. Kortom: iedereen die ooit een camera van Canon heeft gebruikt, vindt direct zijn draai. En iedereen die overstapt of instapt, zal tevreden zijn met de intuïtieve aanraakbediening via het grote draaibare display met een diagonaal van 3,2 inch op de EOS R5 en 3 inch op de EOS R6.
Net als de displaygrootte verschilt ook de resolutie van het scherm van beide camera’s een beetje, met 2,1 miljoen of 1,62 miljoen pixels. Dat geldt ook voor de elektronische zoeker: terwijl de EOS R6 vertrouwt op het model uit de EOS R met 3,69 miljoen pixels, heeft het exemplaar van de R5 een zichtbaar hogere resolutie van 5,76 miljoen pixels. Wat beide zoekers gemeen hebben, is de 0,76x vergroting en de volledige beeldvelddekking. Ondanks deze verschillen leveren beide zoekers een scherp beeld zonder merkbare vertraging.
In de gereedschapskist
Een vergelijkbare mix van overeenkomsten en verschillen zie je ook terug in de technologie binnenin. Beide camera’s zijn voorzien van een grote CMOS-fullframe-sensor met geïntegreerde 5-assige beeldstabilisatie.
Als je daarbij gestabiliseerde RF-lenzen of, via een adapter, EF-lenzen gebruikt, kunnen beide systemen in combinatie worden gebruikt om trillingen te voorkomen. Vijf tot zes f-stops meer speelruimte bij het schieten van foto’s uit de hand zijn daardoor niet ongebruikelijk.
Ongestabiliseerde lenzen profiteren ook van de beweegbaar gemonteerde sensor en daarmee bereik je gemiddeld drie tot vier f-stops trillingscompensatie – zowel bij de EOS R5 met ongeveer 45 megapixels en de R6 met 20 megapixels. Onderschat dit niet, want het maakt dit systeem enorm veelzijdig. In de praktijk zorgen die zes f-stops er bijvoorbeeld voor dat we de sensorgevoeligheid kunnen terugschroeven van ISO 12.800 naar ISO 200. Je kunt ook de belichtingstijd verlengen van 1/100 seconde tot iets minder dan een seconde. Je breidt hiermee je creatieve mogelijkheden fors uit.
We waren eveneens onder de indruk van de tweede generatie dual-pixel autofocus met instelbare profielen voor reactievermogen en reactiesnelheid. Het standaardprofiel kon de meeste opnamesituaties al moeiteloos aan. Als er obstakels genegeerd moeten worden of je onderwerp zich snel beweegt, is het inzetten van de alternatieve profielen zeker de moeite waard.
Over snel gesproken: beide dslm’s zijn snel wanneer je foto’s maakt met de stille elektronische sluiter. Met een snelheid van twintig beelden per seconde raakt je CFexpress- of SD-kaart in de UHS-II-sleuf echter snel vol. Voor de duidelijkheid: een serie van bijna tien seconden verbruikt
„De combinatie van een fullframe-sensor, snelle burstmodus en de krachtige dual-pixel autofocus maakt de EOS R5 en R6 erg krachtig.
iets minder dan 3 GB – als je alleen in jpeg fotografeert. Laat je ze ook opslaan in het verliesvrij gecomprimeerde CR3 rawformaat, dan ben je grofweg 2,5 keer zoveel opslagruimte kwijt. Dat de EOS R5 pas na bijna 200 raw’s of twee keer zoveel jpeg’s een adempauze nodig heeft, komt door de snelle Digic-X-processor en het eerder genoemde CFexpress-slot, dat de buffer snel leegmaakt.
De EOS R6 heeft trouwens geen snelle CFexpress-standaard, dus je moet het doen met de dubbele UHS-II-sleuf. Dat is zeker geen probleem, want de afbeeldingen zijn ongeveer de helft kleiner dan van de grote broer. Je vindt de grenzen van de camera op het gebied van seriefoto’s in jpegformaat alleen als je je uiterste best doet. Na duizend foto’s in onze test kregen we medelijden met de R6 en lieten we de ontspanknop maar los. In raw-formaat gunt de R6 zichzelf een korte pauze na ongeveer 130 foto’s. Het is op dit punt praktisch dat een kleine indicator op het display indien nodig de status van de buffer aangeeft. Met de mechanische sluiter en maximaal twaalf beelden per seconde verdubbelt de bovengenoemde waarde ongeveer en zijn bijna 250 raw’s in serie mogelijk.
Alleen de belichtingsmeting en daaropvolgende correcties blijven wat achter bij de hoge burstsnelheid. Tijdens onze fotosessie kwamen beide camera’s voor een uitdagende situatie te staan. Niet alleen bevinden de surfers zich vaak maar enkele momenten op het water, maar het onderwerp bestaat ook uit twee delen: de ene oever ligt in de schaduw en de andere in de brandende zon. Als de surfer zich op dit grensgebied tussen zon en schaduw beweegt, dan past de camera zich pas aan de nieuwe lichtomstandigheden aan nadat je de ontspanknop weer loslaat. Het aanpassen van de lichtmeetmethode bracht daarin geen verandering. Hier hadden we gewenst dat we de spotmeting konden koppelen aan de autofocus – maar nu zijn we echt pietluttig.
Uitstekende autofocus
Maar terug naar de autofocus: dankzij volledige beeldvelddekking voor tracking en de oog- en gezichtsherkenning voor zowel mens als dier is de scherpte altijd top. Op dit gebied staat Canon nu op één lijn met het systeem van Sony. Sterker nog: de oogherkenning werkt iets nauwkeuriger en je kunt er ook onderwerpen verder weg betrouwbaar mee volgen.
Wat betreft de fotoprestaties van beide camera’s zijn we gewoonweg onder de indruk: de gemeten resolutie, de weergave van details en het ruisniveau van de EOS
R6 overtreffen soms zelfs de waarden van het vlaggenschip, de Canon EOS 1D X III. En de EOS R5 kan zich gemakkelijk meten met vergelijkbare systeemcamera’s van andere fabrikanten. Voor gedetailleerde informatie over de labmetingen kun je doorbladeren naar het aparte infokader en de vergelijkingstabellen aan het einde van dit artikel. Samenvattend heeft deze EOS-tweeling veel meer in huis dan alleen de veelbesproken highres-videofunctie, die zou leiden tot oververhitting.
De beruchte oververhitting
En daar zijn we bij het belangrijkste kritiekpunt aanbeland, dat vooral op social media tot verhitte discussies leidde: in de videomodus bereiken beide camera’s relatief snel hun prestatielimieten. Vergeleken met concurrenten als de Panasonic Lumix S1H heeft het Canon-duo geen actief koelsysteem aan boord.
Maar laten we eerst naar de videofunctie als geheel kijken. De EOS R5 is de eerste dslm die intern kristalheldere 8K-video’s opneemt met maximaal 30 fps en 12-bits kleurdiepte in raw-formaat. Je kan ook clips maken in 4K-resolutie met slowmotion tot 120 fps. Welke van de twee opties je ook kiest, de R5 moet in beide gevallen zwaar werk verrichten en begint daarom intern warmte te produceren.
We gebruiken even een rekenvoorbeeld om duidelijk te maken voor welke zware berekeningen de camera komt te staan bij grote bestanden. Bij maximale opnamekwaliteit is de datasnelheid ongeveer 2500 megabit per seconde. Dit betekent dat er bijna 19 GB opslagruimte per minuut wordt weggeschreven. In onze studio, die continu op 23 graden wordt gehouden, haalde onze testcamera net niet de door de fabrikant opgegeven maximale looptijd van twintig minuten. De opname stopte echter niet vanwege oververhitting, maar vanwege ruimtegebrek op de CFexpress-kaart met een capaciteit van 512 GB ... Wanneer we onder identieke omstandigheden filmden in 4K met 120 fps konden we de camera eindelijk na iets minder dan negentien minuten tot een hittestaking dwingen.
Na een korte afkoelperiode is de camera weer klaar voor gebruik, al is het maar voor een paar minuten. Het duurt ongeveer twee uur voordat hij volledig is afgekoeld en er weer vol tegenaan kan. Film je buiten in sterk zonlicht en bij een luchttemperatuur van iets meer dan dertig graden, dan zijn de resultaten – niet verrassend – heel anders. Na slechts zeven minuten moest de EOS R5 zichzelf de tijd geven om af te koelen. De rustfasen, waarin de camera volledig uitgeschakeld moet worden om te koelen, zijn evenredig lang. Wanneer de camera is ingeschakeld, toont een speciaal display de tijd die de camera nog kan opnemen.
Net als bij zijn grote broer is ook bij de EOS R6 de grote hoeveelheid data een probleem. Op de hoogste kwaliteit, dit wil zeggen 4K met 60 fps, hield de camera in de studio met airconditioning het niet helemaal vol tot de door de fabrikant opgegeven dertig minuten. Schakelen we een versnelling lager naar 30 fps, dan houdt de camera er na de maximale opnametijd van dertig minuten mee op. Het is enigszins verrassend dat deze begrenzing nog steeds in beide camera’s zit, want de extra heffing voor videocamera’s daalde al in juli 2019 naar nul procent. Sindsdien betaal je geen extra belasting meer voor systeemcamera’s die langer dan een half uur kunnen filmen.
Maar terug naar het onderwerp: hebben de EOS R5 en R6 dus een temperatuur
Wat zijn tot nu toe je ervaringen met de nieuwe Canon-camera, en wat beviel je het meest aan de EOS R5?
Mijn eerste digitale spiegelreflexcamera was de 7D. Daarna heb ik gewerkt met camera’s uit de 5D-serie en de EOS R was vervolgens een mooie vernieuwing. Toch moet ik zeggen dat ik blij ben dat de touchbar bij de R5 achterwege is gelaten. De elektronische zoeker zit heel dicht bij de optische zoeker en dat beviel me erg goed.
Over het algemeen is de R5 een geweldig werkpaard – weerbestendig, kleiner en lichter dan de dslr’s. En wat de snelheid betreft: die is gewoon fantastisch. De autofocus met 20 fps en de animal-tracking is wat mij betref echt geweldig!
Zijn er wat jou betreft punten die Canon beter had kunnen doen?
Voor mijn werk heb ik niet echt 8K nodig; de industrie is nog lang niet zover. Persoonlijk mis ik full-hd met 120 of
240 fps. De 45 megapixels is best veel. Dat mag van mij wat minder zijn, om ruimte te besparen in het archief.
Het verbetert verder de ISOmogelijkheden en kost minder nabewerkingstijd. Ook mis ik de grote AF-ON-knop van de 1D X III een beetje, want daar ben ik echt aan gewend geraakt, evenals de verlichte knoppen.
„De mogelijkheden die de compacte constructie van de EOS R5 biedt in combinatie met zijn prestaties zijn geweldig.
ROBERT MARC LEHMANN, FOTOGRAAF EN FILMER
„De camera biedt een groot aantal instellingen, waardoor je hem perfect kunt aanpassen aan je eigen wensen.
RICHARD WALCH, FOTOGRAAF EN FILMER
Lange brandpuntsafstanden voor het RF-systeem ontbreken nog. Hoe reageerden de EF-lenzen op de EOS R5?
Alle functies van de EF-lenzen blijven behouden. Beter nog: de adapter is zelfs een upgrade voor de lens en versnelt de workflow enorm. Ik wijs vaak de ISO toe aan de lensring en daarmee werk ik ongeveer een derde sneller. Ik gebruik ook regelmatig de adapter met drop-in filter met een ND-filter. Dat biedt ontzettend veel mogelijkheden. Desalniettemin verheug ik me al op langere brandpuntsafstanden voor RF-lenzen, want de snelheid en AF zijn op de RF-mount helemaal top.
Welk advies heb je voor fotografen die overwegen over te stappen van een dslr naar een dslm?
Iedereen die momenteel een EOS 6D MK II of EOS 7D MK II heeft, krijgt met de EOS R6 eigenlijk het beste van twee werelden: een hoge snelheid en fullframe. Als 20 megapixels genoeg zijn, is de EOS R6 de perfecte keuze. De workflow verandert niet echt. Alleen het aantal foto’s dat de fotograaf in één fotosessie maakt, neemt enorm toe. Een snelle computer en voldoende opslagruimte zijn daarom belangrijk.
Heeft het nut om ook meteen in RF-lenzen te investeren?
De EOS R6 in combinatie met de nieuwe RF-lenzen is natuurlijk de highlight. RF-lenzen bieden een nog hogere resolutie en daarmee het ultieme resultaat. De grotere RF-vatting maakt lensconstructies mogelijk die met de EF-vatting niet mogelijk waren. Kijk bijvoorbeeld naar de 28-70mm-lens, met f/2.0 over het hele bereik. Zo vervang je meteen drie primelenzen. Of de RF 35mm f/1.8, die erg klein en licht is en ook een macrofunctie heeft. Maar gebruik je een adapter voor je EF-lenzen, dan raad ik aan om die met de bedieningsring te gebruiken, omdat je daarmee een extra bedieningsoptie rechtstreeks op je lens hebt.
Zijn er punten die Canon in de toekomst nog verder zou kunnen verbeteren?
Als je met twintig foto’s per seconde fotografeert en je de elektronische sluiter gebruikt, kun je volledig stil werken. Dat is natuurlijk erg prettig in veel situaties. In de zoeker licht het kader om het zoekerbeeld wit op, zodat je meteen ziet dat je een foto hebt gemaakt. Ik zou graag een firmware-update willen waarmee het mogelijk wordt naar wens een geluidje in te stellen om een directe feedback te krijgen in situaties waarin geluid geen probleem is.
probleem? Volgens ons is dat alleen zo in bepaalde situaties en dus beheersbaar. Want onder extreme omstandigheden en hoge buitentemperaturen doet de concurrentie het niet veel beter. En in de studio worden we eerder beperkt door een gebrek aan opslagruimte dan door problemen met oververhitting. Eigenlijk is het belangrijker om je de vraag te stellen of filmmakers wel zulke lange opnametijden met hoge resolutie of snelle framerates überhaupt nodig hebben. En zo ja, of deze videografen dan niet sowieso totaal andere camera’s zouden moeten gebruiken. Maar daarover zo meer.
Samen sterk
Waar zowel filmmakers als fotografen van profiteren, is de zeer uitgebreide uitrusting van beide systeemcamera’s. Het opsommen van alle nieuwe functies zou dit artikel te lang maken, maar één voorbeeld is de verbeterde accu, die vijftien procent meer capaciteit biedt. Op één lading kun je hiermee meer dan 600 foto’s maken. Beide camera’s laten zien waartoe de moderne, spiegelloze cameratechnologie in staat is.
Tot slot rijst nog de vraag welke fotograaf of filmmaker uiteindelijk daadwerkelijk het maximale uit al deze technologie kan halen. De gewone fotograaf zal al snel overweldigd raken van alle mogelijkheden. Fotografen die slechts af en toe video’s maken, kunnen zonder aarzelen hun bankrekening aanspreken. Als je daarentegen de dslm’s vaak gebruikt voor zowel foto’s als video’s, moet je weten welke camera het beste past bij wat jij ermee wil doen.
Als je regelmatig 4K met 60p nodig hebt, kun je de R5 zonder aarzelen kiezen. Maar als je slechts 4K met 30p gebruikt, is de EOS R6 vriendelijker voor je portemonnee en net zo goed. Het is goed je daarbij te bedenken dat 8K en 4K met 120 fps leuk zijn om creatieve accenten te leggen en de kwaliteit van je filmmateriaal te verbeteren met spectaculaire slowmotions of haarscherpe video’s die een enorme speelruimte bieden in de postproductie.
Maar als je op zoek bent naar een professionele productiecamera voor 8K-video’s, dan kun je echt beter verder kijken. Op dit moment is het enige goede alternatief het professionele aanbod van bedrijven als
RED Digital Cinema en vergelijkbare videospecialisten. Die hebben de juiste workflow in hun aanbod voor het verwerken van deze immense hoeveelheid data. En daar betaal je natuurlijk ook een leuk bedrag voor met vier nullen. Deze power heb je ook nodig – en dat geldt ook voor je computer wanneer je thuiskomt met de high-res videobestanden van de EOS R5.