Heel Holland toert (nog één keer)
Aan de overkant staat een roedel klassiekers klaar voor de oversteek
Voor sommige mensen is alleen het woord oktober al voldoende om een herfstdepressie te krijgen, maar ik houd van die maand. Er is voor mij weinig mooiers dan de stralen van de laaghangende zon door de verkleurende boombladeren. Elke warme dag is er een om te koesteren: het kan zomaar de laatste zijn. Meestal is het in oktober best aardig weer in Nederland. Ook dit jaar was er weer zo’n zeldzaam mooie oktoberdag waarop alles meezat. Zon, herfstkleuren, temperaturen boven de 20 graden (er sneuvelde zelfs een weerrecord), en dat op de vrije zondag. Dat betekent nog een keertje door het land toeren, in mijn geval met de Renault 25 die ik nog altijd heb.
Vanuit Nijmegen, waar ik woon, ga ik op dergelijke dagen vaak door de Betuwe naar de Veluwe, waarbij ik de snelwegen mijd. Het lijkt op die dagen wel alsof alle Nederlanders, naast een dagelijkse auto, ook een leuke klassieker hebben. Op deze warme herfstdag trekken ze nog één keer voorbij: een ouder echtpaar in hun Triumph Spitfire, een DS-rijder die zijn auto behendig over de slingerweggetjes van de Betuwe stuurt. In het vrome Opheusden doorbreekt het karakteristieke geluid van een 2CV de zondagsstilte. Vervolgens neem ik het pontje naar Wageningen en ook daar zijn de moderne auto’s in de minderheid. Terwijl we de Nederrijn over varen, knoop ik een praatje aan met de bezitter van een W116-Mercedes S-klasse in prachtige staat. Aan de overkant staat alweer een roedel klassiekers klaar voor de oversteek: Amerikaanse V8-geluiden overstemmen het bescheiden gezoem van een Daf 66, maar er is geen competitie, want elke klassieker wordt gekoesterd. Heel Holland toert.
Voor mij begint de weemoed nu het seizoen erop zit. Terwijl ik dit schrijf, is de lucht asgrauw en waait het stevig. Veel mensen hebben hun klassieker al in de winterstalling. De auto’s die in de Overgangsregeling vallen, gaan ook weer bijna achter slot en grendel. De saaie maanden breken aan: grijze leaseauto’s, grijze luchten, grijs asfalt. Er schiet me een dichtregel van J.C. Bloem te binnen, die ik nog ken uit mijn studietijd: “Altijd november, altijd regen, altijd dit lege hart, altijd.”
Maar laten we het positief zien. Mijn conditie is in de winter beter dan ooit. Ik heb geen andere auto dan mijn Renault 25 en moet dus drie maanden lopend of op de fiets de elementen te lijf. En het wordt altijd weer lente. In de tussentijd maar eens speuren naar zomerse auto’s op Marktplaats.nl: de 356 elders in dit blad is behoorlijk boven mijn budget, maar misschien moet ik toch eens een leuke SLK 230 Kompressor overwegen, of de Visa op de foto … en de R25 weg doen … of toch niet … Ik ga er eens een winter over nadenken.