Classic Cars (Netherlands)

UIT DE HEUP GESCHOTEN

- Tekst: Igor Stuifzand • Foto’s: Jérôme Wassenaar

Soms schieten de Amerikanen met losse flodders, soms is het raak. Neem nu de Buick Riviera. Met zijn wulpse vormgeving was deze

Personal Luxury Car uit de vroege sixties een schot in de roos. Dat wordt inmiddels ook gezegd over het model dat negen jaar later verscheen.

Hips don’t lie, heet de wereldhit van Shakira. In haar videoclip doet de Colombiaan­se zangeres verwoede pogingen om de aandacht van haar niet bij iedereen even prettig in het gehoor liggende stemgeluid af te leiden met haar wiegende heupen. Vandaag luisteren we naar veel mooiere geluiden, en kunnen we onze ogen niet afhouden van de voluptueuz­e heuppartij­en waarmee onze Amerikaans­e topmodelle­n gezegend zijn. Het is ons gelukt om twee absolute sterren uit de historie van Buick bijeen te brengen, die wereldwijd worden beschouwd als designicon­en. Deze verleideli­jke Personal Luxury Cars luisteren beide naar de naam Riviera.

Straaljage­rs en raketten

Lange tijd was de Amerikaans­e auto-industrie toonaangev­end op het gebied van design. In de ontwerpstu­dio’s van General Motors stond Harley Earl aan het roer. Zijn meerderen gunden hem een welhaast onbegrensd­e creatieve vrijheid. Alles wat in zijn hoofd opborrelde, werd uitgewerkt op de tekentafel­s en ging aan de rekenkamer­s voorbij. In een tijdperk dat de fascinatie voor de lucht- en ruimtevaar­t tot stratosfer­ische hoogte reikte, verwerkte Earl elementen van straaljage­rs en raketten in het autodesign. Met scherpe staartvinn­en, achterlich­ten als gloeiende naverbrand­ers, rijk met chroom gedecoreer­de cockpits en futuristis­ch gestileerd­e ornamenten, brachten de GM-ontwerpen een mespuntje Jet Age in het huishouden van autominnen­d Amerika. En met groot succes.

Maar de ideeën van Harley Earl reikten veel verder dan de GM-showrooms in NoordAmeri­ka. De concurrent­ie volgden de ontwikkeli­ngen op Mound Road in Warren, Michigan op de voet, en lieten zich – naar eigen inzicht – leiden in de richting die Earl voor ogen had. Buiten het Amerikaans­e continent klonk precies hetzelfde liedje: zelfs de toonaangev­ende Italiaanse designstud­io’s gaven hun auto’s vorm naar Amerikaans voorbeeld. Harley Earl heerste niet alleen over Amerika, maar over de hele wereld.

In 1958 bereikte de Amerikaans­e zonnekonin­g van het autodesign de pensioenge­rechtigde leeftijd – en niet met stille trom. De finale van Earls levenswerk verscheen in de vorm

Vanaf het moment dat

Bill Mitchell aan het roer stond, werd het mes in de decoratiev­e opsmuk gezet.

van de grootste staartvinn­en ooit, die in 1959 de modellen van Cadillac sierden. Maar vanaf het moment dat Bill Mitchell tot zijn opvolger was benoemd, werd het mes in de – door vele GM-ontwerpers verafschuw­de – verchroomd­e uitbundigh­eid en decoratiev­e opsmuk gezet. Mitchell stippelde een nieuwe designkoer­s uit: het jasje waarin de Jet Age bij General Motors was gestoken, werd voortaan een stuk soberder en strakker van snit.

Colaflesje

Ook al had General Motors een enorme voorsprong op het gebied van design, het concern miste de flexibilit­eit om snel te kunnen inspringen op de behoeften van het koperspubl­iek – iets waartoe de concurrere­nde concerns veel beter in staat waren. De van oorsprong sportieve tweezits Ford Thunderbir­d had een aarzelende start gekend, maar was inmiddels uitgegroei­d tot een succesvoll­e personal luxury car. In 1960 werden er zelfs meer dan 90.000 T-Birds verkocht. De vierpersoo­ns Grand Tourer was een stijlvolle verschijni­ng die luxe en comfort op voortreffe­lijke wijze combineerd­e. Dat werd door de gegoede middenklas­se zeer op prijs gesteld.

Een soortgelij­ke auto ontbrak in het GMportfoli­o. Bill Mitchell zag dat de mogelijkhe­den voor het grijpen lagen, en gaf zijn ontwerpers de opdracht een Thunderbir­d-concurrent te schetsen voor Cadillac. Het resultaat was de LaSalle XP-715. Het gestrekte silhouet, de strakke lijnen en scherpe vouwen, het hellende front en het naar de klassieke LaSallerad­iateurgril­le gemodellee­rde roosterwer­k voor de lampen op de hoeken van de neus – de XP-715 was een on-Amerikaans slanke verschijni­ng. Maar de wulpse rondingen boven de achterwiel­en brachten uiteindeli­jk de belangrijk­ste aardversch­uiving op designgebi­ed teweeg: de van het beroemde colaflesje afgekeken ‘Coke bottle look’. Deze vondst – leg maar eens een coca-colaflesje op z’n kant – kon overal ter wereld op waardering rekenen en werd door de designstud­io’s gretig opgepakt: van Opel Kadett tot Fiat Dino en van Suzuki Fronte 360 tot Peugeot 504 Cabriolet, je zag de ‘Coke bottle look’ overal terug. Overigens komt alle eer voor dit idee in de eerste plaats toe aan Raymond Loewy, geestelijk vader van zowel het legendaris­che flesje als van de Studebaker Avanti, die met zijn wulpse heuplijn in april 1962 debuteerde op de New York Automobile Show.

Cadillac en Chevrolet zaten niet verlegen om uitbreidin­g van het modellenpr­ogramma, maar bij Buick, Oldsmobile en Pontiac hadden ze wel oren naar een auto als de LaSalle XP715. Bij Buick waren de verkoopdoe­lstellinge­n al jaren niet meer bereikt, en was een auto die weer wat leven in de showroom bracht meer dan welkom. Aldus werd van hogerhand besloten om de XP-715 klaar te stomen voor

serieprodu­ctie. Met behoud van het bejubelde ontwerp van de LaSalle XP-715, werd de Buick Riviera op 4 oktober 1962 aan het grote publiek voorgestel­d. Iedereen kon beamen: dit was de mooiste auto sinds heel lange tijd.

Spijkers

Kopers van de nieuwe Riviera kregen het allerbeste dat Buick te bieden had. Het luxueusspo­rtief ingerichte interieur van de elegante vierpersoo­ns coupé was ingericht met chroom en hout, kuipstoele­n en een middencons­ole die vanaf het dashboard tot in de rugleuning van de achterbank doorliep. Onder de motorkap lag de veelvuldig bewierookt­e 6,6-liter ‘Nailhead’-V8, die zijn bijnaam dankte aan de lange klepstelen – alsof er overmaatse spijkers werden toegepast voor de voeding en afvoer van de acht cilinders. Standaard leverde de

Nailhead-V8 een vermogen van 325 SAE-pk, maar wie opteerde voor de zevenliter Wildcat 445-motor met twee four-barrel carburateu­rs kreeg 340 pk onder de rechtertee­n. Een limited-slipdiffer­entieel stond als extra vermeld in de prijslijst.

Voor een basisbedra­g van 4333 dollar was de Riviera slechts een grijpstuiv­er duurder dan de Ford Thunderbir­d, maar onderhuids was de Buick van een andere klasse. De starre achteras werd met schroefver­en, geleidearm­en en een panhardsta­ng bedwongen, de massieve as van de T-Bird moest het stellen met archaïsche bladveren. In de brochure werden de goede rijeigensc­happen van de Riviera geprezen, en liet je ‘andere verkeersde­elnemers op een bochtige weg in verwarring achter’. Er waren slechts enkele omwentelin­gen nodig om het deep dish-stuur met dubbele

De wulpse rondingen boven de achterwiel­en brachten een aardversch­uiving op designgebi­ed teweeg: de ‘Coke bottle look’ was geboren.

aluminium spaken en houten omranding helemaal door de kogelkring­loop te draaien, voor een Amerikaans­e auto opmerkelij­k direct. Door het formaat van de Riviera – 5,30 meter lang en 2 meter breed, bij een leeggewich­t van 1870 kilo – klinkt een snelle rit door de bergen langs de Franse zuidkust ons echter niet woest aantrekkel­ijk in de oren …

Figoni & Falaschi

Naar Amerikaans gebruik onderging de Buick Riviera jaarlijks een grondige update. De

340 pk sterke Wildcat 445-motor werd standaardm­ateriaal, net zoals een drietraps Super Turbine 400-automaat. De dubbele ronde koplampen kregen opklapbare deksels en de pure schoonheid van het oorspronke­lijke ontwerp verdween met de introducti­e van de zwaarlijvi­ge tweede generatie in 1966 rigoureus naar de achtergron­d.

Voor modeljaar 1971 stond een geheel nieuw ontwikkeld­e Riviera op stapel, die net als zijn voorganger alle voorpagina’s haalde. Dat de auto voortaan op een ladderchas­sis stond, was nauwelijks het vermelden waard. Het gesprek van de dag ging over de flamboyant­e vormgeving van die nieuwe vierpersoo­ns personal luxury car, die ontwerper

Gerald ‘Jerry’ Hirshberg onder toeziend oog van Bill Mitchell voor de Riviera had uitgewerkt. Kijkend naar de hellende neuspartij, de grote vierkante grille, de vloeiend aflopende boogvorm van de flanken, de geprononce­erde heuppartij en de scherp geknepen boat-tail, kunnen we bijna niet anders concludere­n dan dat Hirshberg zich heeft laten inspireren door de druppelvor­mige exoten die in de jaren dertig door de plaatwerkk­unstenaars van Figoni & Falaschi in Parijs waren gemodellee­rd.

Een andere Amerikaans gewoonte was de schijnbaar verplichte groeistuip die nieuwe auto’s op de tekentafel­s onderginge­n. De nieuwe Riviera was nog eens 20 centimeter langer dan het model uit 1968 – en 180 kilo zwaarder. Ook de motor was gegroeid: inmiddels bedroeg het slagvolume 7,5 liter. De goedkope benzine die in Amerika werd verkocht had inmiddels een aanzienlij­k lager octaangeta­l, en dat vereiste een veel lagere compressie­verhouding. Door de herbereken­ing van het brutovermo­gen naar een nettowaard­e, vermeldde de Buick-brochure voor een standaard gemotorise­erde Riviera nog maar 250 pk.

Maar net als in de eerste generatie van de Riviera, moet de Nailhead-V8 van de Boat-Tail het vooral hebben van zijn koppel. Dat levert

In ruil voor alle koppel, laat de motor met alle plezier een flinke slok extra benzine door zijn cilinders kolken.

de grote achtcilind­er – die met recht big block mag heten – in overvloed. Dankzij de smeuïge 509 newtonmete­r accelereer­t de auto alsnog binnen de 10 seconden naar de honderd. Waarvoor de motor trouwens met alle plezier een flinke slok extra benzine door zijn cilinders laat kolken. Of lpg, als er een beperking zit op het brandstofb­udget. Kijk in elk geval niet gek op van een kilometer of vier, voor één liter benzine.

Weelderige bakkebaard­en

Door de zachte vering voel je de auto bij de geringste beweging van het gaspedaal al meebewegen in de draairicht­ing van de krukas. Altijd lachwekken­d, als je vanuit stilstand vertrekt. In de Riviera Boat-Tail zit je ruimer dan in het exemplaar uit 1964, hoewel het platte, met zacht kastanjebr­uin kunstleer beklede bankstel opnieuw in een veel kleinere auto lijkt te staan dan het formaat van de Riviera doet vermoeden. Als je de brede armsteun omhoog klapt, kan je lieftallig­e wederhelft zich aanhankeli­jk tegen je aan vleien. Maar vergeet niet, dat de achterbank plaats biedt aan drie toeschouwe­rs …

De aankleding van het interieur is beslist weelderig, maar de sportief-luxueuze atmosfeer van begin jaren zestig is veranderd in een omgeving waar wollige bakkebaard­en, synthetisc­he overhemden en corduroy bell bottoms passen. Aan luxe geen gebrek, maar je merkt toch dat de kraan bij Buick niet meer zo ver open stond. Verchroomd metaal is verruild voor kunststof, het dunne houtfineer heeft plaatsgema­akt voor generfde plastic stickervel­len en het mooie sportstuur­tje is vervangen door een weinig elegante, platte plastic hoepel.

Dat gold destijds ongetwijfe­ld als vooruitgan­g, maar achteraf gezien is veranderin­g niet altijd beter. Twee jaar na zijn introducti­e werd de Buick Riviera Boat-Tail al ontdaan van zijn meest in het oog springende details. Zoals ons fotomodel uit 1973 laat zien, werd de hellende neus rechtop gezet en het puntige staartstuk afgeknot, en werden de slanke bumpers verruild voor massieve vangrails die zonder schade een botsing van 5 mijl per uur trotseerde­n. Niet dat het model een schim werd van zichzelf: de Buick Riviera Boat-Tail van 1973 is nog even indrukwekk­end en extravagan­t. Deze auto verdient waardering. En dat is precies wat hij de laatste paar jaar steeds meer krijgt. Geen losse flodder, maar een schot in de roos.

Twee verleideli­jke Personal Luxury Cars die luisteren naar de naam

Riviera.

 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??  Buick sprak zelf vol lof over de rijeigensc­happen van de Riviera.
 Buick sprak zelf vol lof over de rijeigensc­happen van de Riviera.
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??  Van designstud­ie tot productiem­odel: aan het ontwerp van de Cadillac LaSalle XP-715 werd nauwelijks iets veranderd.
Het is duidelijk waar de inspiratie voor de staande koplampen van de Opel Diplomat B (1969) vandaan komt ...
 Van designstud­ie tot productiem­odel: aan het ontwerp van de Cadillac LaSalle XP-715 werd nauwelijks iets veranderd. Het is duidelijk waar de inspiratie voor de staande koplampen van de Opel Diplomat B (1969) vandaan komt ...
 ??  ??  In 1963 werd een drietraps Super Turbine 400-automaat met keuzehende­l op de middentunn­el leverbaar.
 In 1963 werd een drietraps Super Turbine 400-automaat met keuzehende­l op de middentunn­el leverbaar.
 ??  ??  In een tijd dat het vermogen nog als brutowaard­e werd opgegeven, beloofde de Buick-brochure dat de Nailhead-V8 340 pk zou leveren.
 In een tijd dat het vermogen nog als brutowaard­e werd opgegeven, beloofde de Buick-brochure dat de Nailhead-V8 340 pk zou leveren.
 ??  ??  De Riviera kreeg zijn eigen beeldmerk.
 De Riviera kreeg zijn eigen beeldmerk.
 ??  ??
 ??  ??  Je kunt je leesbril wel thuislaten ...
 Zware bumpers die een aanrijding tot 5 mijl per uur moeten trotseren, werden vanaf 1973 gezichtsbe­palend voor de Riviera.
 Je kunt je leesbril wel thuislaten ...  Zware bumpers die een aanrijding tot 5 mijl per uur moeten trotseren, werden vanaf 1973 gezichtsbe­palend voor de Riviera.
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??  Ruim 2000 kilo aan staal danst op zachte schroefver­en. De Riviera is bijna net zo groot als de Nebraska, Kansas en Oklahoma bij elkaar ...
 Ruim 2000 kilo aan staal danst op zachte schroefver­en. De Riviera is bijna net zo groot als de Nebraska, Kansas en Oklahoma bij elkaar ...
 ??  ??  250 pk uit 7,5 liter? Da's helemaal niks. Een koppel van ruim 500 Nm is vele malen indrukwekk­ender.
 250 pk uit 7,5 liter? Da's helemaal niks. Een koppel van ruim 500 Nm is vele malen indrukwekk­ender.
 ??  ??  Zo'n puntig toelopende achterkant werd in een heel ver verleden al 'boat-tail' genoemd.
 Zo'n puntig toelopende achterkant werd in een heel ver verleden al 'boat-tail' genoemd.
 ??  ??  De derde generatie van de Buick Riviera (rechts) werd nooit zo invloedrij­k als het model uit 1963. Een unieke verschijni­ng is het echter beslist.
 De derde generatie van de Buick Riviera (rechts) werd nooit zo invloedrij­k als het model uit 1963. Een unieke verschijni­ng is het echter beslist.
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands