Verdwaald in Kirgizië
Zin in een onvergetelijk avontuur? Doe dan wat
Jos Oosterbroek heeft gedaan. Hij verpandde zijn hart aan de onbetrouwbare UAZ ‘Buhanka’ en werd verliefd op het
beeldschone Kirgizië.
De UAZ Buhanka. Ik weet nog precies wanneer ik deze Russische ijsprinses voor het eerst zag. In 2014 reed Jelle Brandt Corstius in een Buhanka door de Kaukasus in zijn documentairereeks De bergen achter Sotsji. Het ding had continu pech en de koelvloeistof in de leidingen bevroor ’s nachts. Jelles chauffeur loste dit op door een vuurtje onder de bus te stoken. “Dit apparaat is zo slecht gemaakt, je kunt het beste een oud exemplaar kopen, dan weet je zeker dat alles eraan is vervangen.” Ik was direct tot over mijn oren verliefd. Nu, zes jaar later, is die liefde uitgegroeid tot een klein bedrijfje waarmee ik prettig gestoorde mafkezen in dit fantastische brakke barrel op een ultieme roadtrip door Kirgizië stuur: De Verdwaalde Jongens.
Gepiep en gekraak
Ik heb altijd een lichte afkeer gehad van de hippiestatus van de Volkswagenbus. Het is zonder twijfel een fantastische auto, maar door de enorme populariteit is de charme er voor mij wel een beetje af. Ik geef Boer zoekt vrouw en Jamie Oliver daar de schuld van. Wat ooit de ultieme hippiebus was voor vrijbuiters, is nu een tuttig, schattig busje met een surfplank op het dak dat om de een of andere reden altijd door zonnebloem- en lavendelvelden rijdt. De UAZ laat mijn hart wél sneller kloppen. Een Russisch blok metaal zonder pretenties. De Buhanka is geboren bij -40 °C, heeft haar op de tanden en bijt je onderbeen eraf als je niet netjes met haar omgaat.
In 2017 is het eindelijk zover. Samen met mijn goede vriend Yme leg ik elke maand een bedrag opzij, om eens in de zoveel tijd op avontuur te gaan. Toevallig ben ik op Facebook een Amerikaan tegengekomen die in Bishkek, de hoofdstad van Kirgizië, een Buhanka uit 1986 verhuurt aan toeristen. Dus wij die kant op. We hebben afgesproken op een stoffige parkeerplaats in Bishkek. Achter de poort van ons hostel horen we gepiep, gekraak en een hypnotiserend lekker motorgeluid. Onze Buhanka is gearriveerd. Tijd voor de testrit.
De arm van Schwarzenegger
Mijn hemel, wat komen wij bedrogen uit! De deuren sluiten pas als je ze vier keer snoeihard hebt dichtgeramd. Nog lastiger gaat het openen en sluiten van de zijruiten; je moet ze handmatig naar beneden en omhoog duwen. De motor (vooral de ventilator) giert en loeit, ook al maakt hij maar 1500 toeren. Tijdens de proefrit stuitert de auto over de weg en ons vertrouwen daalt tot het nulpunt. Weliswaar rijdt de Amerikaan met de handrem er nog op, maar ook zonder handrem rijdt de auto voor geen meter. Er zit zoveel speling in het stuur dat je het om kunt gooien zonder dat er iets gebeurt. De wielen zoeken zelf hun weg over het wegdek en je bent constant aan het corrigeren ....
Dat is in het begin wel even schrikken. We horen dat veel toeristen na een soortgelijke testrit hebben gekozen voor een veilige Toyota Land Cruiser, en dat iets dapperder toeristen de bus de volgende dag toch terugbrachten. Wij staan, enigszins zenuwachtig, te popelen. Dit is precies het avontuur waarnaar we op zoek zijn.
Dan verandert er iets. We verlaten het asfalt en draaien een zandweg op. We gaan de 4x4 en de hoge en lage gearing uitproberen. Dat doe je met behulp van twee hendels en de rechterarm van Schwarzenegger in zijn beste jaren.
De bonkende, stotende Buhanka verandert in een slagschip. De motor blijft loeien, maar de bus zweeft over het grind. Gaten, hobbels, stenen, overal zoeven we comfortabel overheen. Dit voelt heerlijk. Vol vertrouwen rijden we terug naar ons hostel en we gaan rustig slapen. Dit komt helemaal goed, de komende vier weken! Maar daar heeft de Buhanka heel andere ideeën over, zo zal blijken ...
Geen stress
De volgende dag begint ons avontuur: de auto weigert te starten. Na een paar rake klappen op de startmotor, begint de motor te pruttelen. Tja, wat wil je met zo’n oude auto? Niet alles kan goed zijn. We willen op pad, dus we fiksen die startmotor later wel. Wel parkeren we de Buhanka altijd op een heuveltje, zodat we haar makkelijk kunnen aanduwen. Ook houden we een zware steeksleutel bij de hand waarmee we op de startmotor kunnen rammen. Geen stress.
Maar op die eerste dag gaat weinig goed. Allereerst raken we onze creditcard kwijt.
Deze is vrij essentieel, omdat er op dat moment in heel Kirgizië welgeteld één geldautomaat is waar je met je normale Nederlandse bankpas geld kunt opnemen. In een kamertje in het duurste hotel van Kirgizië hopen we genoeg te pinnen voor vier weken. We kunnen eindelijk op pad. De Buhanka is een hypnotiserende auto. Vanwege het uiterlijk, vanwege de herrie, vanwege de simpele techniek. Het is voor ons een jongensdroom die uitkomt.
De etappe is 180 kilometer lang. Soms valt de auto stil omdat het luchtfilter is losgetrild, of een lager breekt. Per ongeluk draaien we de radiateurdop los terwijl de motor nog kokend heet is en we rijden de auto vast in een greppel. We worden eruit getrokken door een paar vriendelijke Kirgiezen, en halen met het zweet tussen de billen een dorpje met een heleboel automonteurs. Het is precies door dit soort ellende (wij noemen het liever ‘avontuur’…), dat koud bier ’s avonds extra lekker smaakt.
Natte doek
Eigenlijk is het grootste manco aan de Buhanka, of in elk geval onze Buhanka, de brandstofpomp. Meer dan de helft van Kirgizië ligt boven de 3000 meter, dus bijna dagelijks moet je een bergpas over. In de zomer is het er heet, de benzine verdampt in de leidingen en het pompje krijgt het niet door de vele filters naar de motor gezogen. Maar: de Buhanka heeft overal een oplossing voor.
Op dag vier rijden we een, naar Kirgizische begrippen, bescheiden heuveltje op. Na een paar honderd meter stopt de motor er weer mee. Geen idee waarom. Heuvel af, op een rechte weg, hebben we zelfs de 100 km/h gehaald, maar dat stomme heuveltje komt de Buhanka niet op. Op het moment dat we op willen geven, rijdt de allergaarste Lada van Kirgizië ons tegemoet, een oude paarse 2106. Hoe is die hier ooit de heuvel overgekomen!? Iets wat ons niet is gelukt ...
Een hoogbejaarde man probeert ons in een mengelmoes van Russisch en Kirgizisch uit te leggen wat we moeten doen. Hij wijst naar de benzinepomp en naar een fles water. “Is dat ding vuil? Moeten we het schoonmaken? Kunnen we dat niet beter met benzine doen?
Een nat doekje is alles wat we nodig hebben om dit metalen beest een berg op te krijgen …
Moeten we het filter losmaken?” De man krijgt genoeg van ons onbegrip, scheurt een stuk handdoek af, bindt dit om het pompje en gooit er een liter water overheen. “Davvai, davvai!” schreeuwt hij. Gaan, gaan! Ik start de auto, geef wat gas, en rijd probleemloos de berg op.
Een nat doekje is blijkbaar alles wat we nodig hebben om dit metalen beest een helling op te krijgen. Eenmaal boven op de heuvel krijgen we onze beloning. Er opent zich een eindeloos groen berglandschap vol nomadententen en met wilde paarden. Een uur geleden zaten we nog diep in de put, nu giert de adrenaline door ons lijf en zijn we gelukkig.
Weer een reparatie …
In de eerste week leren we de auto vanbinnen en vanbuiten kennen. De problemen worden minder en minder. We vervangen een gebarsten brandstoffilter, passen de stand van het luchtfilter aan met touw en ijzerdraad, en klussen met ducttape wat extra vakjes aan het dashboard voor onze spullen. Op een berg in Tadzjikistan begint de Buhanka te ratelen en te schuren. Ik duik onder de auto. De hele onderkant zit vol met olie. We hebben van een Kirgizische automonteur geleerd: olielekkage is goed! Dat is een teken dat je nog olie hebt. Ga je pas zorgen maken als je géén olie meer ziet.
Er zit weer eens speling op de cardanas. De bouten zijn losgetrild. Gelukkig is ook dit slechts een simpele reparatie. En inmiddels kennen we de UAZ zo goed dat we zonder problemen een bergpas op 4600 meter hoogte kunnen nemen. De Buhanka begint ons leuk te vinden. En als die Siberische ijsprinses je leuk vindt, bezorgt ze je dagenlang kippenvel.
Benzinetank bruist als colafles
In 2018 nemen we de eerste groep prettig gestoorde mafkezen mee voor een fantastische vakantie. Veertien deelnemers, vijf Buhanka’s. Twee met oude techniek, drie met jongere techniek. Tja, en wat heeft UAZ in zestig jaar tijd allemaal verbeterd? Niet zo veel, eigenlijk. Het uiterlijk is exact hetzelfde gebleven (gelukkig). De carburateur is vervangen door injectie (gelukkig). Maar hij hobbelt en bonkt nog altijd, hij schakelt zwaar, het stuur reageert traag en zelfs de Buhanka’s uit 2017 komen af en toe de bergen niet op. De wagens lekken continu benzine doordat de tanks niet goed ontluchten.
Als je bij warm weer de tankdop losdraait, lijkt het alsof je een fles cola openmaakt na een tijdje flink schudden.
De logische vraag is: waarom zou iemand in hemelsnaam deze auto kopen? En waarom zou je er in hemelsnaam mee op vakantie gaan!? Ten eerste moet het liefde op het eerste gezicht zijn. En wie van oudere busjes houdt, kan simpelweg niet níét verliefd worden op deze auto. En het mooiste is: hoe langer je in de Buhanka zit, hoe groter de liefde wordt. Maar die eist ze ook op, want een Buhanka heeft veel aandacht en zorg nodig. Maar hoe beter je de auto kent, des te meer je ziet wat voor bruut, sterk monster het eigenlijk is. De Buhanka brengt je óveral. Wij hebben inmiddels grote stukken van Centraal Azië ontdekt in deze machine. Hoe slechter de wegen en hoe onherbergzamer het gebied, uiteindelijk zie je nog maar één auto rijden: de UAZ Buhanka.
We horen het van alle deelnemers: “Pas na drie à vier dagen kreeg ik in de gaten wat deze auto écht kan.” En wat ik zelf altijd denk: iedereen kan de wereld rondrijden in een Toyota Land Cruiser, een Mercedes G-klasse of een Land Rover Defender. Geen kwaad woord over deze auto’s, want ze zijn stuk voor stuk fantastisch. Maar de Buhanka heeft charme. De Buhanka is romantisch. De Buhanka geeft dat gevoel van ultieme vrijheid. Op roadtrip met je beste maten in een brak barrel. Daar kan geen gevoel in de wereld tegenop.