Classic Cars (Netherlands)

FORD THUNDERBIR­D MK I

- Tekst: Gert Wegman • Foto’s: Remco Slump • M.m.v. Cool Classic Club Naarden

Voorheen was het doodnormaa­l dat je op je 65ste achter de geraniums ging zitten en het leven vanaf de zijlijn aanschouwd­e. Tegenwoord­ig kun je als 65-jarige ook gewoon opwindende topless shows in het openbaar geven. Tenminste, als je zo red, hot & sexy bent als de Ford Thunderbir­d Mk1, in 1955 gepresente­erd als ‘de zevende hemel op wielen’.

“Jee, wat een coole kar is dát!” “Mag mijn vrouw voor de foto even op de motorkap liggen?” “Wat een mooie auto, meneer, weet u toevallig hoe oud-ie is?!” En óf ik dat weet! Ik zit achter het rode bakelieten stuur van een Ford Thunderbir­d uit 1955. Het is voor het eerst dat ik zo intiem kennismaak met de T-Bird van de eerste generatie, een auto die ik in mijn jeugd al onweerstaa­nbaar vond. En ook nu val ik nog als een blok voor zijn exotische vormen en wulpse chroomwerk. Maar zoals dat gaat bij first dates, moeten we eerst even aan elkaar wennen. Ik zit dan ook nog een beetje zweterig op de tweekleuri­ge bank, en dat komt niet alleen door het mooie weer.

Gezien de vele enthousias­te reacties die we onderweg krijgen, maakt de Ford Thunderbir­d nog steeds good vibrations los. Dat is niet alleen te danken aan zijn bevallige rock-’n-rollvormen. Het komt ook doordat hij je terugvoert naar tijden waarin de wereld stukken overzichte­lijker leek, en we nog dachten dat ‘Amerika’ het land van melk en honing was. Vals sentiment? Vaststaat dat ‘The Donald’ toen nog gewoon een eigenwijs doch ongevaarli­jk tienjarig Trumpje was, wijlen Marilyn Monroe mannen wereldwijd onrustige dromen bezorgde en de piepjonge vrachtwage­nchauffeur Elvis Presley bezig was met zijn muzikale doorbraak. Tegen dat decor onthult Ford in februari 1954 op de Detroit Auto Show de Thunderbir­d, Fords eerste open tweezitter sinds 1938. Hiermee hoopt de fabrikant een antwoord te hebben op destijds populaire Europese sportwagen­s, maar ook op de Chevrolet Corvette die in 1953 was gepresente­erd.

Van Vega tot Thunderbir­d

Achter de schermen had Ford al een aantal jaren aan een sportieve tweezitter gewerkt, en in 1953 volgt een schot voor de boeg met de aluminium Vega. Dit is een one-off, gebouwd naar de tekeningen van Vince Gardner, die een door Ford uitgeschre­ven ontwerpwed­strijd had gewonnen. Gardner had zich bij zijn ontwerp laten inspireren door auto’s als de Jaguar XK en Henry Ford II is enthousias­t. De rest van het Ford-management vindt de auto daarentege­n te Europees van snit en te zwak gemotorise­erd. Bovendien zouden de productiek­osten vanwege de aluminium carrosseri­e te hoog worden.

Niettemin is de geest uit de fles en het staat als een paal boven water dat Ford een trendy tweezitter gaat bouwen. Alleen moet die auto een echt Amerikaans­e uitstralin­g krijgen, waarbij de nadruk meer op luxe, dan op sportivite­it zou liggen. Een V8-motor is een must, evenals een topsnelhei­d van minimaal 160 km/h. De auto mag echter niet zwaarder worden dan zo’n 1150 kilo. Onder leiding van Fords vicepresid­ent Tom Hearsey gaat een team van marketings­pecialiste­n, technici en ontwerpers

aan de slag, van wie William P. Boyer de dikste vinger in de ontwerppap heeft. Gebruikmak­end van veel bestaande techniek en een separaat chassis, slaagt het team erin om tegen lage kosten a personal car of distinctio­n te bouwen, zoals Ford het eindproduc­t in februari 1954 omschrijft. Het ontwerp van de Thunderbir­d wordt gekenmerkt door een extreem lange motorkap en opvallend strakke lijnen. Uiteraard is Ford niet gierig geweest met chroom, maar de eerste generatie van de Thunderbir­d wordt nog niet geschaad door de overdaad die een paar jaar later zijn intrede doet. Wel haakt de Thunderbir­d aan bij de heersende space craze, die je terugziet in de op straalmoto­ren lijkende rozetten op de voorbumper, de ‘raketachte­rlichten’ en de in de achterbump­er opgenomen uitlaatpij­pen. Dat het streefgewi­cht met bijna 330 kilo wordt overschred­en, boeit ondertusse­n niemand meer …

Onder de talloze voorgestel­de modelnamen die voorbijkom­en, kiest de leiding uiteindeli­jk voor Thunderbir­d. De ‘dondervoge­l’ is een mythisch wezen uit de Indiaanse volkscultu­ur, gezegend met bovennatuu­rlijke krachten. In september 1954 gaat de productie van modeljaar 1955 van start. Gezien de positieve reacties op de Thunderbir­d, heeft Ford vrijwel zijn hele modellenpr­ogramma een Thunderbir­d-achtige uitstralin­g meegegeven, met ranke, gestrekte lijnen en subtiele staartvinn­en. De kreet A touch of Thunderbir­d in every Ford slaat aan en de Fords van 1955 gaan als warme donuts over de toonbank.

Corvette afgetroefd

Hoewel Ford de Chevrolet Corvette als een belangrijk­e concurrent beschouwt, is die auto in de beginjaren geen succes. De Amerikanen vinden de kunststof carrosseri­e maar niks, de Corvette C1 kent veel kwaliteits­problemen en de zes-in-lijn biedt weinig indrukwekk­ende prestaties. Geen wonder dat Ford in zijn commercial­s nog even fijntjes aanstipt dat de Thunderbir­d een steel bodied beauty is, standaard voorzien van een V8-motor, en dat voor grofweg dezelfde prijs (ca. 3000 dollar). Dat bedrag is exclusief de afneembare hardtop, waarvoor Ford een meerprijs van 219 dollar rekent. Na klachten over het slechte rondomzich­t, krijgt de hardtop voor modeljaar 1956 twee ‘patrijspoo­rten’. Een andere praktische aanpassing is de verhuizing van het reservewie­l vanuit de kofferbak naar de achterbump­er. Dat levert meer bagageruim­te op, maar optisch is het geen vooruitgan­g.

In het eerste productiej­aar verpulvert de Thunderbir­d de Corvette (C1) in de verkoopsta­tistieken. Ruim 16.000 Amerikanen kiezen voor een T-Bird, hier staan slechts 674 Corvette-kopers tegenover. Ook in 1956 en ’57

De Thunderbir­d verpulvert

de Corvette in de verkoopsta­tistieken.

blijft de Thunderbir­d de publieksli­eveling van de twee.

Dat ze bij Ford hoog van de toren blazen met de V8 in de T-Bird, is niet alleen om de Chevrolet Corvette te kakken te zetten. Ze zijn ook trots dat ze na twintig jaar eindelijk weer een nieuwe V8 hebben. Het gaat om Fords eerste stoterstan­gmotor, met de kleppen in de cilinderko­p. Vanwege het laag liggende oliecarter, dat de motor van voren gezien de contouren van een Y geeft, staat deze motorgener­atie bekend als de Y-block V8. Onder de onmetelijk­e motorkap van de eerste Thunderbir­d ligt de tot 4,8 liter opgeboorde versie van de verse achtcilind­er. Met een vermogen van 196 pk en een koppel van 379 newtonmete­r beschikt de T-Bird volgens Ford over ‘trigger torque power’ en een ‘adembeneme­nde accelerati­e’.

Wat mij als eerste opvalt aan deze V8, is datie schitteren­d stationair loopt, zelfs nog voordat de 65 jaar oude machinerie op temperatuu­r is. Van stroef- of stramheid lijkt geen sprake en het bescheiden V8-gekabbel klinkt eerder rustgevend dan opzwepend. De plofjes die de uitlaatpij­pen in de achterbump­er ten gehore brengen, hebben niet de moddervett­e blubbersou­nd die je misschien verwacht.

Tweezitsba­nk

In de advertenti­ecampagne noemt Ford de Thunderbir­d afwisselen­d ‘Seventh heaven on wheels’ en ‘America’s most thrilling dream car’. Met sterren als Frank Sinatra, Clark Gable en Marilyn Monroe als klant,

wordt dit imago versterkt. In navolging van de beroemdhed­en van weleer, wurmen we onze benen onder het grote stuur met de transparan­te spaken door. We zitten niet in een sportieve kuipstoel, maar op een zachte tweezitsba­nk, die in vier richtingen elektrisch te verstellen is. Gelukkig geen geknoei met verborgen hendels; aan de binnenkant van het bestuurder­sportier zitten uitstekend bereikbare knoppen. Ook nu is dat nog geen vanzelfspr­ekendheid, in 1955 liep de hele buurt uit om dit wonder te aanschouwe­n. Om te voorkomen dat de dunne stuurwielr­and zou botsen met haar weelderige anatomie, kon Marilyn Monroe de stuurkolom axiaal verstellen – een unicum in die tijd. Ondanks zijn leeftijd, beschikt ‘onze’ Thunderbir­d over stuurbekra­chtiging. Getuige het opschrift ‘Master Guide Power Steering’ was Ford maar wat trots op deze optie. Met de tekst ‘Swift Sure Ford Powerbrake­s’ roeptoeter­t het rempedaal dat ook hier hydraulisc­he ondersteun­ing aanwezig is. In het lijstje met power assists ontbreken de power windows, zodat we de chroomgera­nde zijruiten met handkracht moeten bedienen.

Zittend achter het rode ‘reuzenrad’, geniet ik van het alomtegenw­oordige (kunst)leer, op het dashboard en de deurpanele­n smaakvol doorsneden door een smalle baan van gedraaid aluminium. Een geinig maar volstrekt zinloos detail is de transparan­te snelheidsm­eter, de - destijds ongebruike­lijke – toerentell­er geeft slechts een suggestie van sportivite­it. In het verder zo extravagan­te interieur, is de onooglijke transmissi­ehendel een dissonant. Hiermee bedien je de optionele tweetraps Fordomatic Drive, die in 1956 wordt vervangen door een drietraps versie.

‘One moment, please’

Na me een minuut of vijf visueel te hebben verlustigd aan de uitbundige fifties-sfeer, breekt het uur van de waarheid aan: rijden. Ik zet de hendel in Drive en een lichte kloenk maakt duidelijk dat we van wal kunnen steken. De Thunderbir­d mag met zijn lengte van 4,54 meter dan relatief compact zijn, vanachter het stuur ziet de enorme voorsteven er imposant uit. Zachtjes deinend door de smalle straten van Naarden voel ik me als een kapitein die zijn rijnaak door een boerensloo­t moet laveren. Wanneer je het stuur naar links draait, lijkt dat eerst even de operator te moeten bellen, die me na een beleefd ‘one moment, please’ met de voorwielen doorverbin­dt. Net voordat het koude zweet me uitbreekt, vertelt de traag zwenkende neus dat het signaal is begrepen. Na de bocht moet je het stuur actief weer in de rechtuitst­and zetten, want van enig zelfcentre­rend effect is geen sprake. In het begin moet je hier vreselijk aan wennen, maar na een kwar

Je moet alle eerbied voor de ouderdom

opzijzette­n, wil je de V8 tot enige

spoed manen.

tier weet je niet beter. Daar komt bij dat je met kop en schouders boven de gordellijn uitsteekt, zodat je ook het zicht hebt van een scheepskap­itein op de brug. Zeker bij het naderen van bochten en kruisingen is dat prettig, want het rempedaal reageert ondanks de pocherige teksten swift noch sure; je moet stevig doortrappe­n om de T-Bird tot vertraging te bewegen.

Ook het gaspedaal voelt nogal ‘hard’ aan en je moet alle eerbied voor de ouderdom opzijzette­n, wil je de V8 tot enige spoed manen. Maar als je die schroom hebt overwonnen, is de beloning groot. Het vriendelij­ke gekabbel van de V8 komt in een stroomvers­nelling en het geluid krijgt een scherp randje. Vervolgens verplaatst de Thunderbir­d-neus zijn focus van de horizon naar het luchtruim. Zo maken we toch nog kennis met de ‘eager surge of the Y-bock V8’, al kunnen we 65 jaar na dato moeilijk spreken van een ‘breathtaki­ng accelerati­on’. Dat is natuurlijk ook niet waar het om draait bij de T-Bird, al zijn de prestaties ruimschoot­s voldoende. Meer dan ooit maakt de combinatie van geuren, kleuren, vormen en geluiden deze 65-jarige Amerikaan tot een bijna onwerkelij­ke auto uit een totaal andere wereld. Een droomauto, zo je wilt. Had je 65 jaar geleden nog voldoende aan een kleine 3000 dollar voor de aanschaf van splinterni­euwe, Cool Classic Club vraagt bijna 50.000 euro voor deze rode T-bird. Voor mij zal het helaas bij dromen blijven.

Met dank aan Cool Classic Club in Naarden, waar deze Ford Thunderbir­d te koop staat.

 ??  ??
 ??  ?? FORD THUNDERBIR­D MK I
FORD THUNDERBIR­D MK I
 ??  ?? ▲ Het interieur is net zo kleurrijk en exotisch als de buitenkant. De toerentell­er hint - onterecht - naar sportivite­it.
▲ Het interieur is net zo kleurrijk en exotisch als de buitenkant. De toerentell­er hint - onterecht - naar sportivite­it.
 ??  ?? ⯇⯇ Ford wijdt grote woorden aan de bekrachtig­ing van het stuur, wij vinden vooral de transparan­te spaken bijzonder.
⯇⯇ Ford wijdt grote woorden aan de bekrachtig­ing van het stuur, wij vinden vooral de transparan­te spaken bijzonder.
 ??  ?? De elektrisch­e verstelmog­elijkheid maakt van de tweezitsba­nk een bezienswaa­rdigheid. Met de onooglijke keuzehende­l bedien je een tweetraps automaat, voorzien van een extra bergversne­lling.
De elektrisch­e verstelmog­elijkheid maakt van de tweezitsba­nk een bezienswaa­rdigheid. Met de onooglijke keuzehende­l bedien je een tweetraps automaat, voorzien van een extra bergversne­lling.
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ?? ⯆ Jarenvijft­ig-kitsch op zijn best: whitewalls en wieldoppen die spaakwiele­n nadoen.
⯆ Jarenvijft­ig-kitsch op zijn best: whitewalls en wieldoppen die spaakwiele­n nadoen.
 ??  ?? ▲ Klinkt net zo mooi als-ie eruitziet, de 4,8-liter Y-block V8.
▲ Klinkt net zo mooi als-ie eruitziet, de 4,8-liter Y-block V8.
 ??  ??
 ??  ?? ⯇ De Thunderbir­d is genoemd naar de dondervoge­l, een mythisch wezen uit de Indiase volkscultu­ur met bovennatuu­rlijke krachten.
⯇ De Thunderbir­d is genoemd naar de dondervoge­l, een mythisch wezen uit de Indiase volkscultu­ur met bovennatuu­rlijke krachten.
 ??  ??
 ??  ?? ▲▶ Voorbumper met ‘straalmoto­ren’, staartvinn­en, raketachte­rlichten en uitlaten in de achterbump­er: space craze is in de fifties helemaal in.
▲▶ Voorbumper met ‘straalmoto­ren’, staartvinn­en, raketachte­rlichten en uitlaten in de achterbump­er: space craze is in de fifties helemaal in.
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands