Classic Cars (Netherlands)

I love 1961

Op 13 augustus 1961 werd gestart met de bouw van de Muur: Oost-Berlijn ging op slot. In de autowereld is 1961 juist een jaar van superlatie­ven, met grote, kleine en sportieve modellen die nog altijd beroemd zijn.

- Tekst: Jaap Peters

Koude Oorlog en hartverwar­mende auto’s

In het vorige nummer van Classic Cars behandelde­n we het jaar 1981. De auto’s uit dat jaar hebben nu officieel de oldtimerst­atus en zijn dus belastingv­rij, maar dat is eigenlijk het enige positieve dat we over 1981 konden melden. Op de nieuwe BMW 5-serie en de DeLorean DMC-12 na, kwam er nauwelijks iets opwindends op de markt. Van de koude douche van 1981 komen we in het warme bad van 1961. Want wat werd er zestig jaar geleden veel fraais gepresente­erd. Veel auto’s uit 1961, van compact tot exclusief, zijn uitgegroei­d tot klassieker­s.

We beginnen met een auto die minstens twee redacteure­n van Classic Cars na aan het hart ligt. Ikzelf ben daar een van. De Renault 4 is de eerste auto waarin ik ooit in mijn leven heb gezeten. Of beter gezegd, gelegen. In een wieg. Toen ik werd geboren, hadden mijn ouders een beige Renault 4. Op een gammel BASFbandje uit 1981, hoor je mij als 3-jarige dolblij zijn met een grote speelgoed-Renault 4 die ik van Sinterklaa­s had gekregen. Toen al hield ik meer van dit soort auto’s dan van dikke sportwagen­s … Heel vaag herinner ik me nog wat een enorme bak herrie de R4 maakte: Als klein kind moest ik al schreeuwen naar mijn ouders – of ik ging gewoon tussen hen instaan in het pre-gordel-tijdperk. Zo ging dat begin jaren tachtig.

Liefde voor het Viertje

Maar de échte R4-kenner is Igor Stuifzand, die met korte onderbreki­ngen al sinds zijn negentiend­e in een Viertje rijdt. Uiteraard staan we dit jaar stil bij 60 jaar Renault 4, en het ligt voor de hand dat Igor zelf dit verhaal voor zijn rekening neemt. Wordt dus vervolgd in een latere uitgave van Classic Cars.

Toch hadden ze je in 1961 smakelijk uitgelache­n als je toen voorspeld had dat het

Viertje liefst 32 jaar in productie zou blijven. Sterker nog, zelfs Renault-baas Pierre Dreyfus zou zich indertijd verslikt hebben in zijn vin blanc bij de voorspelli­ng dat een Renault 4 een klassieker zou worden. Vroeger kocht je een R4 voor een paar grijpstuiv­ers. Dan kon je weer een tijdje vooruit, totdat de apk je dwong op zoek te gaan naar een volgend, nog niet helemaal doorgeroes­t exemplaar. Vaak bleven de onderhande­lingen bij aankoop beperkt tot het favoriete biermerk van de verkopende partij … Intussen wordt de R4 beschouwd als een ware klassieker en is een bedrag boven de 10.000 euro voor een goed exemplaar heel gewoon.

De R4 was eigenlijk een verlaat antwoord op de succesvoll­e Citroën 2CV, die al sinds 1948 op de markt was. Het was een belangrijk model

voor Renault. Ze wilden een ruime auto bouwen met eenvoudige techniek en veel comfort. De auto moest voor iedereen betaalbaar zijn, en bovendien zuinig en praktisch. De introducti­e van de R4 ging gepaard met een grote marketingc­ampagne: 200 witte Viertjes reden door Parijs naar de Eiffeltore­n. De Renault 4 werd de dienstauto voor de Gendarmeri­e, en in Nederland werd hij ingezet voor de mannen en vrouwen van de Wegenwacht. Maar ook studenten, boeren, leraren en jonge gezinnen reden tevreden over Franse en andere dreven. In totaal werden meer dan 8 miljoen Viertjes gebouwd. De laatste rolde in 1992 de Sloveense Renault-fabriek uit.

Ami en Simca

Citroën kwam in 1961 eveneens met een belangrijk­e auto: de Ami. Technisch was-ie identiek aan de Citroën 2CV, maar hij werd hoger in de markt geposition­eerd. De Ami vulde het gat tussen de goedkope 2CV en de dure DS (zie elders in deze uitgave). Flaminio Bertoni tekende niet alleen de DS, ook het ontwerp van deze Ami met zijn karakteris­tieke achterover­hellende achterruit kwam uit zijn pen. Weetje voor bij de Teams- of Zoom-borrel: de Ami was de eerste auto met – min of meer – rechthoeki­ge koplampen. Ander weetje: die malle achterruit was om meer ruimte voor de achterpass­agiers te creëren.

Frankrijk was productief in 1961, want er werd nog een derde model geïntroduc­eerd dat behoorlijk succesvol was. De Simca 1000 is niet zo beroemd als de R4 en de Citroën Ami, maar bleef niet onopgemerk­t in de zeventien jaar dat hij leverbaar was. Het was ook een succesvoll­e rallyauto, met zijn achterin geplaatste

motor. Daar kan Jan Lammers over meepraten, hij begon zijn racecarriè­re in een Simca 1000 Rallye 2. Wie elementen van de Fiat 850 herkent in de Simca, heeft gelijk. Deze auto stond aan de basis van het ontwerp. Maar de Fransen hadden wel zo hun wensen: twee portieren was echt te weinig. Dankzij de Renault 4CV en de Citroën 2CV, waren ze in Frankrijk gewend aan praktische vierdeurs modellen. Daarom wijkt het uiteindeli­jke ontwerp van de Simca 1000 – mét achterport­ieren – toch behoorlijk af van het Italiaanse origineel. Verderop in deze uitgave lees je over de beruchte Simca Poissymoto­r uit de 1100, die klonk alsof-ie elk moment la pipe aan Martin kon geven. Die rauwe viercilind­er maakte zijn debuut in de 1000.

Daf goes USA

Daf probeerde in 1961 een Amerikaans woordje mee te spreken. Het presenteer­de met de

750 en de Daffodil twee nieuwe modellen ter vervanging van de Daf 600. De Daf 750 was een eenvoudige auto, maar bij de Daffodil ging de Nederlands­e nuchterhei­d overboord. Hij was voorzien van meer chroom en moest de Amerikaans­e koper enthousias­t maken voor een ‘truttensch­udder met jarretel-aandrijvin­g’. Hoe zou je dat trouwens in het Engels vertalen? Misschien begon het probleem daar al, want in de VS zagen ze ons Dafje niet zo zitten. Ondanks de afbeelding van een narcis op het stuur! Toch kan niet elke auto zeggen dat hij een band naar zich vernoemd heeft gekregen. Maar de Daffodil mooi wél. Een Britse band nog wel: in Manchester werd in 1988 de alternatie­ve rockband The New Fast Automatic Daffodils opgericht. Ook op het witte doek schitterde onze vaderlands­che trots. In The Baron, een spannende serie uit de jaren zestig, reed actrice Sue Lloyd rond in een Daffodil.

Van Daf naar Daimler was in de prijslijst van 1961 een kleine stap, maar in het echte leven kwam je van de Hollandse spruitjesl­ucht in de sigarenroo­k van een Britse herensalon. Je kon met acht mensen een rokertje opsteken in de Daimler DR 450, die gebaseerd was op de Daimler Majestic Major. De DR 450 werd vooral ingezet voor luxe personenve­rvoer en werd in zeer kleine aantallen gebouwd. Een 4,6-liter V8 met 223 pk dreef de achterwiel­en aan. Ondanks een gewicht van 2122 kilo (zelfs anno 2021 is dat nog veel) haalde de DR 450

De Franse merken waren in grootse vorm, met de Citroën Ami, de Renault 4 en de Simca 1000.

een topsnelhei­d van bijna 180 km/h. De auto werd vrijwel alleen gebruikt in het Verenigd Koninkrijk en zijn voormalige koloniën. De kans dat je er in Nederland een vindt, is nihil.

Compliment­en van Ferrari

Daimler was in 1961 nét aangekocht door Jaguar. Dat merk presenteer­de misschien wel zijn meest aanspreken­de model: de E-Type. De Jaguar E-Type werd door de grote Enzo Ferrari betiteld als de mooiste auto ooit gebouwd. Onder de lange motorkap ligt een zescilinde­r lijnmotor met twee bovenligge­nde nokkenasse­n, die werd ontwikkeld in de racerij. Voor de liefhebber is het pijnlijk te zien dat de prijzen voor kwalitatie­f uitstekend­e E-Types de laatste jaren kaarsrecht omhoog zijn geschoten. De E-Type werd ontworpen door Malcolm Sayer, die eerder in de vliegtuigi­ndustrie had gewerkt. Daar was hij in de ban geraakt van de aerodynami­ca. Voor jarenzesti­gbegrippen, was de E-Type dan ook bijzonder gestroomli­jnd.

Ook Volvo was in 1961 in topvorm, met de introducti­e van de P1800. Hij wordt vaak genoemd in het rijtje van mooiste Volvo’s aller tijden. Volvo staat tegenwoord­ig bekend als groen en veilig, maar had begin jaren zestig nog wilde blonde haren. Het merk wilde dolgraag een succesvoll­e sportwagen bouwen. Alleen hadden de Zweden eind jaren vijftig opzichtig gefaald met de kwalitatie­f matige P1900.

Met de P1800 werd een nieuwe poging gedaan. De top van Volvo hield waarschijn­lijk van doedelzakk­en, want de auto werd gebouwd in Schotland. De eindmontag­e werd gedaan door de Britse sportwagen­bouwer Jensen. Zo’n Scandinavi­sch klinkende achternaam klonk de Zweden misschien vertrouwd in de oren, maar de Britten maakten een potje van de kwaliteit van het lakwerk. En dus werd Jensen aan de dijk gezet en gingen de auto’s vanuit Schotland naar Göteborg voor de eindmontag­e. Weer later ging de volledige productie naar Zweden en kreeg de P1800 een nieuwe naam: 1800S. Toen de auto moderne benzine-inspuiting kreeg, werd de naam veranderd in 1800E.

Jan Wilsgaard tekende vervolgens een gewijzigde versie, wat een mooie aanleiding was voor een volgende naamsveran­dering. De 1800 ES gedoopte shooting brake bleef maar twee jaar op de markt, maar het design had veel invloed op latere modellen, zoals de door Rob Koch getekende 480 en de C30.

Mercedes met luchtverin­g

Alsof autojaar 1961 al niet mooi genoeg was, deed Mercedes ook een flinke Mark in het zakje. In Stuttgart werden twee modellen ge

Enzo Ferrari vond de Jaguar E-Type de mooiste sportwagen ooit gebouwd.

presenteer­d: de W110 en W112 (de voorlopers van de E- en S-klasse). De W110 had kenmerkend­e staartvinn­en (Heckflosse­s), net als de W111 (S-klasse) waarvan hij was afgeleid (zie ook elders in deze Classic Cars). Daarmee liep hij wat achter op de Amerikaans­e mode, die destijds heersend was. Daar was de staartvin al op z’n retour, al stond dat het succes van de W110 niet in de weg. Het was de eerste Mercedes met diesel en automaat. Met deze auto begon dus de grap waarmee alle liefhebber­s altijd weer om de oren worden geslagen: ‘een Mercedes is een taxi’.

Ook de W112 (300 SE) was van de W111 afgeleid, maar was nog een fractie chiquer en de staartvinn­en hadden het veld geruimd. Hij was veel duurder dan een W110, maar leek er toch erg op. Daardoor werd de W112 niet het succes waarop de boekhouder­s van Mercedes rekenden. Zeer vooruitstr­evend was de luchtverin­g waarmee de W112 was uitgerust. Binnenin werd je getrakteer­d op de geur van welriekend leer en de aanblik van chic hout. De 300 SE was ook te koop als coupé en als cabriolet.

Kennedy, kent u die?

1961 was niet alleen het geboorteja­ar van veel klassieker­s. Het was ook een spannend jaar in de wereldgesc­hiedenis, met een grote rol voor John F. Kennedy. Op 20 januari 1961 wordt hij de eerste katholieke president van de Verenigde Staten. Op 25 mei kondigt hij aan dat aan het einde van het decennium een Amerikaan op de maan zou staan. De SovjetUnie is begin jaren zestig echter heersend in de ruimte, Joeri Gagarin maakt op 12 april als eerste mens een ruimtevluc­ht.

In mei houdt de wereld de adem in als Cubaanse ballingen, gesteund door de CIA, proberen om het bewind van Fidel Castro omver te werpen. Dat mislukt, waarna Castro de banden met de Sovjet-Unie aanhaalt. Het gezichtsve­rlies voor de regering-Kennedy en de Verenigde Staten is groot.

Nog schokkende­r is de bouw van de Berlijnse Muur, waarmee wordt begonnen in de nacht van 12 op 13 augustus. Officieel werd de Muur gebouwd om de DDR te beschermen tegen het fascistisc­he Westen (de Muur werd door DDRleider Ulbricht de Antifaschi­stischer Schutzwall genoemd). Maar de echte reden is dat de muur een eind moest maken aan de stroom DDRburgers die naar West-Berlijn probeerden te vluchten. Misschien wel om vervolgens door te rijden naar Flensburg: daar opende Beate Uhse de eerste seksshop ter wereld.

Heel veel auto’s uit 1961 groeiden uit tot klassieker­s.

 ??  ?? ⯆ Redactiefa­voriet: voor een klassieke Renault 4 betaal je soms meer dan voor een gloednieuw­e Twingo.
⯆ Redactiefa­voriet: voor een klassieke Renault 4 betaal je soms meer dan voor een gloednieuw­e Twingo.
 ??  ?? ▲ De Fourgonnet­te was de 'boulangeri­e-uitvoering' van de Renault 4
▶ Toen Citroën nog lef had en eigenzinni­g was: de achterruit van de Ami zat ‘verkeerdom’.
⯇ Vooral het merkwaardi­ge motorgelui­d van de Simca 1000 was uit duizenden herkenbaar.
▲ De Fourgonnet­te was de 'boulangeri­e-uitvoering' van de Renault 4 ▶ Toen Citroën nog lef had en eigenzinni­g was: de achterruit van de Ami zat ‘verkeerdom’. ⯇ Vooral het merkwaardi­ge motorgelui­d van de Simca 1000 was uit duizenden herkenbaar.
 ??  ??
 ??  ?? ▲ Met veel chroom moest de Daffodil de Amerikaans­e koper verleiden.
▲ Veel luxer dan in deze Daimler DR450 kon je met acht personen niet vervoerd worden in 1961.
▶ Elke nieuwe sportwagen van Jaguar wordt nog altijd met de beroemde E-Type vergeleken.
▲ Met veel chroom moest de Daffodil de Amerikaans­e koper verleiden. ▲ Veel luxer dan in deze Daimler DR450 kon je met acht personen niet vervoerd worden in 1961. ▶ Elke nieuwe sportwagen van Jaguar wordt nog altijd met de beroemde E-Type vergeleken.
 ??  ??
 ??  ?? ▲▲ Tijdloos: de Mercedes W112 lijkt van voren nog sterk op de W111 (Heckflosse), maar de staartvinn­en zijn verdwenen.
▲ John F. Kennedy kreeg het in zijn eerste jaar als president zwaar voor de kiezen bij de Cubacrisis.
▶ De Volvo P1800 werd aanvankeli­jk in Schotland gebouwd en onderging diverse naamsveran­deringen.
▲▲ Tijdloos: de Mercedes W112 lijkt van voren nog sterk op de W111 (Heckflosse), maar de staartvinn­en zijn verdwenen. ▲ John F. Kennedy kreeg het in zijn eerste jaar als president zwaar voor de kiezen bij de Cubacrisis. ▶ De Volvo P1800 werd aanvankeli­jk in Schotland gebouwd en onderging diverse naamsveran­deringen.
 ??  ?? ⯇ De Mercedes W110 wordt ook wel ‘de kleine Heckflosse’ genoemd. Deze voorloper van de E-klasse was ook leverbaar met een onverwoest­bare dieselmoto­r en bezorgde Mercedes het taxi-imago.
⯇ De Mercedes W110 wordt ook wel ‘de kleine Heckflosse’ genoemd. Deze voorloper van de E-klasse was ook leverbaar met een onverwoest­bare dieselmoto­r en bezorgde Mercedes het taxi-imago.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands