Hardware nieuw leven inblazen met Linux
Oude hardware met Linux nieuw leven inblazen
Als je netbook zijn beste tijd heeft gehad, maar nog te goed is voor op de schroothoop, kun je daar met een lekker licht Linux-systeem nog goed mee typen, internetten of video's afspelen.
Als een notebook na een paar jaar is afgeschreven, is daar qua hardware weinig mis mee, maar een sneller en moderner apparaat is natuurlijk een stuk aantrekkelijker. Maar zelfs met een tien jaar oude notebook of klein netbookje kun je nog teksten schrijven, op internet rondstruinen, een mailtje versturen en naar wat muziek luisteren. Op die manier is zo'n ding nog prima geschikt als tweede apparaat op je bureau of voor familieleden die verder geen computer hebben. In noodgevallen kan zo'n reserve-apparaat ook handig zijn om tips op internet te zoeken als je eigen pc het opeens niet meer doet.
Op veel oudere note- en netbooks staat Windows XP geïnstalleerd. Die werkt meestal nog wel, maar heeft al lang geen updates meer gekregen. Daar moet je uit veiligheidsoverwegingen sowieso dan ook niet internet mee op. Een klein Linux-systeem brengt dan uitkomst en biedt, afhankelijk van de uitrusting en de desktop, ook duidelijk meer performance dan de antieke Windows-versie.
In tegenstelling tot de huidige Windows-versies hebben veel Linux-systemen nog drivers voor oudere hardware. Sommige distributies hebben zich erin gespecialiseerd om oude hardware nieuw leven in te blazen – die zijn er ook voor 32-bit processors. Met een selectie aan software en een desktop die op dat doel afgestemd zijn, heb je dan toch een redelijk snelle werkomgeving.
Dinosauriërs
Netbooks uit de tijd van de eerste hype van die mini-apparaten, zoals de Asus Eee PC 1000H, hebben al een aantal jaren op de teller maar werken vaak nog zonder mankeren. Met een klein Linux-systeem geef je ze een recent besturingssysteem om je geen zorgen te hoeven maken over de beveiliging. Daar hoef je zelfs niet zo heel veel voor op te geven, want met een Atom
N270-processor (1,6 GHz) en altijd nog 1 GB aan werkgeheugen werkt zelfs (32-bit) Xubuntu 18.04 prima.
De apparaten met een Pentium M-processor horen wel bij de dinosauriërs onder de notebooks. We hebben als vertegenwoordiger uit die categorie een Samsung X10 uit 2003 gebruikt. Die heeft een Pentium M met 1,4 GHz en 512 GB aan RAM.
Valkuilen
De meeste grote Linux-distributies hebben gedurende de afgelopen jaren de ondersteuning voor 32-bit afgebouwd en bieden nu alleen nog maar live- en installatiemedia voor 64-bit x86-systemen. Op de 32-bit hardware van oude notebooks starten die echter niet, dus kijk alleen naar de beschikbare 32-bit varianten. De keuze aan distributies is desondanks nog reuze. De recente Ubuntu 18.04 is er niet meer voor 32-bit, maar zijn familieleden Xubuntu en Lubuntu bieden van hun laatste versies ook nog een 32-bit variant. De hier genoemde Linux-distributies zijn speciaal bedoeld voor oudere apparaten en hebben dan ook allemaal de bijpassende live- en installatiemedia ter beschikking.
Maar zo heel simpel is het allemaal ook weer niet: de huidige versies van de Linux-kernel gaan er vanuit dat de processor Physical Address Extension (PAE) ondersteunt. Als dat niet het geval is, boot het systeem simpelweg niet. Soms helpt het dan om in het bootmenu het betreffende item te openen met de Tab-toets om het te bewerken en aan het eind van de regel de bootparameter forcepae toe te voegen. Maar dat helpt ook niet altijd. De boven genoemde testapparaten gebruiken een 32-bit besturingssysteem, maar alleen het netbook van Asus ondersteunt PAE.
Een ander probleem: moderne pc's booten eigenlijk geheel vanzelf vanaf een usb-stick, maar dat werkt bij die oudere apparaten vaak niet. Dan moet je een cd of dvd als bootmedium gebruiken. Onze Asus Eee PC 1000H startte zonder problemen vanaf een usb-stick, maar het oudere X10-notebook van Samsung uit het jaar 2003 deed dat daarentegen alleen van de ingebouwde dvd-drive. Als er alleen een cd-drive beschikbaar is, dan beperkt dat de keuze aan distributies nog meer. Distributies als Bodhi Linux, die 737 MB groot is en waarvan de systeemeisen zo laag zijn dat die op dergelijke systemen zou moeten kunnen draaien, passen niet op een cd. Dat was soms ook niet op te lossen met een externe, via usb aangesloten dvd-drive.
Licht, lichter, …
De lichtste systeemeisen heb je bij een Linux-systeem zonder grafische interface, maar dat is alleen iets voor de echte nerds zonder behoefte aan gemak of voor als je het apparaat als een kleine server wilt gebruiken. Moderne grafische interfaces als Gnome en KDE Plasma vragen het nodige werkgeheugen voordat er überhaupt een programma gestart wordt. Xfce gaat wat zuiniger met resources om, maar voor systemen met slechts 256 MB aan RAM is ook die desktop te veeleisend. Gelukkig zijn er bij Linux geen beperkingen aan de onderkant: van de functierijke KDE Plasma tot slanke desktops als LXDE en Mate tot de Spartaanse window-manager Openbox, die niet veel meer doet dan vensters beheren, alles is mogelijk als grafische Linuxinterface.
Resourcevriendelijke Linux-distributies hebben daarom een slanke windowmanager in plaats van een omvangrijke desktopomgeving. Puppy Linux gebruikt in de variant Xenialpup 7.5 bijvoorbeeld Joe's Window Manager (JWM), TinyCore 9.0 gebruikt de Fast Light Window Manager (FLWM) en BrunsenLabs Helium werkt met Openbox.
Xubuntu 18.04: veel comfort
Als je zo min mogelijk concessies aan het gebruiksgemak wilt doen, installeer je de huidige versie van Xubuntu 18.04
LTS in zijn 32-bit variant. Voor wat oudere notebooks is de Ubuntu-variant met Xfcedesktop [1] een goede oplossing. Zelfs op een netbook als de Eee PC 1000H draait die distributie nog prima. Met een van een usb-stick bootend live-systeem hebben we eerst de hardwarecompatibiliteit getest. Als die positief uitviel, installeerde de Ubuntu-installer Ubiquity het systeem met een paar stappen op de harde schijf. Op een netbook moet je een omweg voor het bootmenu maken: om het starten van Windows tegen te gaan en in het bootmenu de usb-stick te kunnen kiezen, druk je bij het starten op F2 om het BIOS te openen. Verlaat dat weer en start opnieuw op, maar druk dit keer op de Escape-toets om bij een bootmenu te komen waar je de stick kunt selecteren.
Na het opstarten verbruiken de desktop en het geïnstalleerde systeem ongeveer 225 MB aan werkgeheugen. Met de 1024 MB aan RAM van het netbook blijven er dan nog genoeg reserves over voor programma's. Wonderen mag je daarbij niet verwachten, met name niet bij het starten van grote programma's als Firefox, Thunderbird en LibreOffice.
De Firefox-browser en Thunderbirdmailclient starten op een netbook dan wel langzaam, maar voor het internetten en mailen werken ze snel genoeg. Firefox speelt ook muziek van streamingdiensten zonder al te veel gemor af, maar YouTubevideo's lopen niet echt vloeiend. De voorgeïnstalleerde mediaplayer Parole speelt audiobestanden zonder problemen af, maar videobestanden op de harde schijf haperen. Als je echter VLC Mediaplayer installeert, ze wel zonder problemen afgespeeld. Het krachtige LibreOffice is geïnstalleerd als officepakket, maar dat heeft even nodig om op te starten – zo'n 12 tot 20 seconden. Xubuntu heeft aan de andere kant wel de volledige beschikking over de Ubuntu-pakketbronnen, je kunt naar believen ook andere software installeren.
Voor nog oudere apparaten is Xubuntu 18.04.1 echter een te grote beproeving. Dan moet je op zoek naar een slankere Linux. Als je vindt dat het systeem te traag reageert, moet je ook eens een van de volgende distributies uitproberen – of een grafische interface proberen die minder resources vreet.
Lubuntu 18.04: minder software-aanbod
Als Xubuntu te traag draait, kun je het eens proberen met de iets slankere variant Lubuntu 18.04, die als live-systeem ook over de Ubuntu-installer beschikt. Het standaard geheugenverbruik van ongeveer 150 MB van het systeem met desktop is daarbij wat minder. Het grootste voordeel zit echter in de ingebouwde software: Lubuntu is met zijn verzameling lichte software beter toegerust voor oudere apparaten. In plaats van het grote LibreOffice worden bijvoorbeeld de tekstverwerker Abiword en het spreadsheetprogramma Gnumeric gebruikt, die in een paar seconden gestart zijn. Sylpheed fungeert als mailclient, maar de standaardbrowser is ook hier Firefox. Audiobestanden worden door Audacious afgespeeld, en voor video's is Gnome MPV verantwoordelijk. YouTube-video's worden door Firefox alleen als diashow afgespeeld, maar als je Chromium installeert draaien ze weliswaar niet helemaal perfect maar zeker draaglijk.
Xubuntu en Lubuntu hebben het voordeel dat ze kunnen beschikken over het uitgebreide arsenaal aan Ubuntupakketbronnen en je software kunt installeren naar eigen inzicht. Als je bekend bent met Ubuntu, hoef je bovendien niet zoveel om te schakelen. De wachttijden bij bijvoorbeeld het starten van een browser of wanneer er een update geïnstalleerd wordt, zijn echter wel aanzienlijk.
Xenialpup 7.5: klein live-systeem
De op Ubuntu 16.04 Xenial gebaseerde Linux-distributie Xenialpup 7.5 is met name bedoeld voor oudere apparaten als het Eee PC 1000H-netbook. De technische specificaties daarvan komen precies overeen met de systeemeisen: een 1,6GHz-processor en 1 GB aan RAM. Het systeem neemt echter ook genoegen met een 1GHz-cpu en 768 MB werkgeheugen. Xenial werkt ook vanaf een usb-stick. Na het starten zie je dan de dialoog 'Quick Settings', waarmee je de
taal, regionale instellingen en de toetsenbordlay-out kunt aanpassen. Hier wordt ook uitgelegd hoe je andere taalpakketten kunt downloaden.
Ook de rest van het configureren is niet moeilijk: een klik op het verbindingssymbool op de taakbalk onderin opent de 'Internet Connection Wizard' voor het configureren van de internetverbinding. Met een paar muisklikken stel je daar de wifi- en netwerkverbindingen in. De bonte Xenialpup-interface komt van de windowmanager JWM, die een kleine 'woesj' laat horen als hij klaar is. Met de tool JWMdesk configureer je naar believen de achtergrond, de pictogrammen, thema's, lettertypen, sneltoetsen en dergelijke.
Voor schrijf- en programmeerwerk zijn de editors Leafpad en Geany en de tekstverwerker Abiword geïnstalleerd. In het menu staat ook een link voor het installeren van LibreOffice. Gnumeric zorgt voor de spreadsheets, Planner beheert projecten en naast de pdf-viewer qpdfview zijn er ook tools voor het bewerken en converteren van pdf-bestanden. De kleine imageviewer Viewnoir laat de afbeeldingen zien, de muziek wordt bij Xenialpup afgespeeld door DeadBeef en de videobestanden komen bij mpw terecht. De op Firefox-ESR gebaseerde browser Palemoon zorgt voor het internetten en het lezen en schrijven van mails kan met Claws Mail.
Als je meer software nodig hebt, moet je eens een blik op 'Quickpet' werpen, dat je start met een klik op het hondjespictogram op de desktop. Met die tool kun je een alternatieve browser en software als Skype, Dropbox, Pidgin, Calibre en Thunderbird eenvoudig installeren met een muisklik.
Als je pakketten wilt verwijderen of toegang tot de Ubuntu- of Puppy-pakketbronnen nodig hebt, open je via het menuitem 'PPM' de Puppy Package Manager.
Om ook bestanden te kunnen opslaan, is het systeem op de harde schijf te installeren met de Puppy Installer bij het menu 'Setup'– of op een usb-stick of een sd-kaart. De installer is niet echt overzichtelijk en kopieert alleen maar het live-systeem naar de datadrager. Wijzigingen aan het in principe onveranderlijke live-systeem worden door Xenialpup net als eigen bestanden indien gewenst bewaard op een persistent deel van een stick of schijf. Bij de volgende start biedt Xenialpup dan aan dat bestand opnieuw te laden.
Xenialpup kwijt zich goed van zijn taak: met gebruiksvriendelijke configuratiedialogen is het ook voor beginners op Linux-gebied goed te bedienen. Maar die bediening onderscheidt zich wel duidelijk van bijvoorbeeld Ubuntu. Mooie pictogrammen en een bijpassend thema kunnen de window-manager JWM een minder Spartaans uiterlijk geven. De selectie aan resourcevriendelijke tools dekt veel af – en ze werken ook op oudere hardware nog prima.
BunsenLabs Helium: fraaie allrounder
BunsenLabs biedt een lichte Linux-distributie die ook geschikt is voor oude computers. Het fundament wordt verzorgd door Debian GNU/Linux 9, de grafische interface komt van de window-manager Openbox. De van CrunchBang Linux afstammende distributie is er in zijn huidige versie 'Helium' ook in twee 32-bit varianten: een ISObestand met een omvang van ongeveer 1,1 GB en een andere, die op een cd past en een kernel heeft die geen PAE-ondersteuning nodig heeft. BunsenLabs vraagt een minimum van 256 MB werkgeheugen en voor het installeren 1 GB aan schijfruimte. BunsenLabs werkt daarom niet alleen op ons testnetbook, maar ook op het oudere Samsung X10-notebook – maar dan wel met de parameter nomodeset. Die gebruik je door in het bootmenu op de toets E te drukken, dan met de pijltjestoetsen naar de regel te navigeren die met linux begint, en aan het eind van die regel dan die extra parameter toe te voegen. Met F10 start je het systeem daarna op.
BunsenLabs is van een usb-stick of een cd/dvd als live-systeem te starten. Om het installeren, selecteer je na een herstart de grafische of de textbased installatie in het bootmenu van het installatiemedium. Bij de 'cd-sized'-variant van Bunsenlabs ontbreekt de grafische installer.
De grafische Debian-installer leidt je stap voor stap door de installatie, bij de textbased installer moet je er alleen op letten dat je alle punten op het rijtje een voor een afwerkt en niets overslaat. De grafische manier heeft daarom de voorkeur, daarbij heb je minder kans op fouten. Je stelt achtereenvolgens de taal, locatie en toetsenbordlay-out in, configureert het netwerk, maakt een systeemgebruiker aan en partitioneert de schijf. De installer kan ook werken met de Logical Volume Mana-
ger (LVM) en het versleutelen van partities. Als het booten van cd/dvd of van een usb-stick niet lukt, is de installatie ook nog vanuit een geïnstalleerde Windowsversie te starten (als die nog op het apparaat staat). Bij de Verkenner van Windows heeft de cd/dvd dan de titel 'Run Debian GNU/Linux'. Als je daar op dubbelklikt, start de 'Debian-Installer Loader', die vervolgens een paar bestanden naar de harde schijf kopieert en daarna een rudimentaire bootloader installeert. Na een herstart biedt die de keuze uit XP en het voortzetten van de installatie. Met dat laatste start het installeren vervolgens.
De Openbox-interface van BunsenLabs heeft slechts 140 MB van het werkgeheugen van het netbook nodig. De Linux-distributie bespaart op een flink aantal punten, maar niet op de gebruiksvriendelijkheid. De grafische installer doet in niets onder voor die van Ubuntu. Na het installeren word je begroet door een console-based welkomstdialoog, die ook later nog te starten is met het commando bl-welcome. Het script vergt wel een functionerende internetverbinding, die je net als bij Ubuntu kunt instellen door op het netwerkpictogram te klikken op de taakbalk bovenin. Als de verbinding er is, kun je het script aflopen. Daarmee kun je onder meer het systeem updaten, extra achtergrondafbeeldingen downloaden of een Java-runtine-omgeving, Flash-browserplug-in, Dropbox en ontwikkeltools en toegang instellen tot de actuele Debianpakketten (Debian Backports en BunsenLabs Backports).
Openbox: razendsnelle window-manager
BunsenLabs gebruikt als grafische interface de window-manager Openbox. Die staat razendsnel klaar om mee aan de slag te gaan. Ook andere distributies kunnen gebruik maken van de voordelen, hij is bij de meeste distributies namelijk rechtstreeks vanuit de pakketbronnen te installeren. Openbox laat zich dan meteen van zijn beste kant zien: een zwarte interface, waarop na een rechter muisklik een menu opent.
BunsenLabs heeft de minimalistische Openbox-window-manager al elegant voorgeconfigureerd en een beetje opgepoetst: aan de bovenkant staat een Tint2taakbalk op het scherm, links staan een paar programmastarters klaar en rechts is er een systeemdeel met netwerkbheer, volumeregelaar, klembord, klok en een pictogram voor het afmelden en afsluiten van de computer. Daaronder laat een Conkysysteemmonitor op de desktop systeeminformatie zien, evenals een spiekbriefje voor sneltoetsen. Nitrogen zorgt voor een achtergrondafbeelding. Die stel je in via een rechter muisklik en dan het menu-item 'Preferences / Wallpaper'.
Zoals bij Openbox gebruikelijk, opent een rechter muisklik op de desktop een menu. Daar staan de geïnstalleerde programma's in categorieën gesorteerd en onder 'Install' staan verschillende scripts voor het eenvoudig installeren van programma's. Naast kleine tools zijn onder meer de browser Firefox-ESR, de teksteditor Geany, de documentviewer Evince, de image-viewer Mirage, VLX Mediaplayer, de tekstverwerker LibreOffice Writer en het spreadsheetprogramma Gnumeric geïnstalleerd.
Voor het aanpassen van de pictogrammen en thema's heeft BunsenLabs van Lxde de tool Lxappearance geleend. BunsenLabs heeft in het menu 'Preferences' ook wat tools staan voor het anders wat moeizame configureren van de systeemmonitor Conky en de Tint2-taakbalk. Er zijn meerdere kant-en-klare configuraties beschikbaar.
Op de Eee PC 1000H werkt BunsenLabs vloeiend. Het systeem en de desktop hebben standaard genoeg aan ongeveer 150 MB RAM. Bij het starten van de browser en het openen van websites moet je echter wel even wat geduld hebben. Firefox-ESR heeft ongeveer 15 seconden nodig om te starten, en ook het oproepen van een website duurt dan nog even.
Bij het afspelen van de muziek van streamingdiensten als Google Play Music
krijgt het netbook het aanvankelijk wat benauwd, maar klaart de klus uiteindelijk wel. De voorgeïnstalleerde VLC Mediaplayer heeft met lokale audiobestanden in het geheel geen problemen. Bij het gebruik van videostreamingdiensten als YouTube en Netflix kwamen er wel duidelijk haperingen voor. Voor het afspelen van muziek en lokale video's is een netbook met BunsenLabs dan ook prima geschikt.
Ook als veredelde typmachine of tijdelijke opslag voor vakantiefoto's is een dergelijk oud netbook met BunsenLabs nog goed te gebruiken. Het Asus-netbook met zijn harde schijf van 160 GB heeft genoeg ruimte om bijvoorbeeld in de vakantie foto's op te zetten – met de ingebouwde sd-kaartlezer werkt dat lekker makkelijk ook. Het display is goed genoeg om met de image-viewer Mirage de foto's meteen te kunnen bekijken.
SliTaz: eenvoudig te bedienen
Als je met de bovengenoemde distributies nog niet gelukkig bent, dan zijn er nog talrijke alternatieven over. SliTaz is bijvoorbeeld bijzonder eenvoudig te bedienen. De eveneens op Debian GNU/Linux gebaseerde live-distributie gebruikt als grafische interface de window-manager Openbox, maar heeft die uitgebreid met een Lxpanel-taakbalk met programmamenu, vensteroverzicht en systeemdeel. Op de interface staan pictogrammen voor toegang tot documenten, de prullenbak en de documentatie. SliTaz heeft minimaal 256 MB aan werkgeheugen nodig. Er zijn verschillende images, met uiteenlopend geheugengebruik. De volledige Openboxdesktop van SliTaz met alle toeters en bellen erop en eraan gebruikt standaard al circa 225 MB.
De allround-tool TazPanel is erg handig, die biedt toegang tot de pakketmanager Tazpkg. Daar kun je onder meer software mee beheren en bijwerken. Daarnaast levert TazPanel informatie over het systeem, de draaiende processen, netwerkinterfaces, geladen kernelmodules en nog wat meer. De tool biedt ook toegang tot de logbestanden en de installer.
SliTaz heeft veel grafische configuratietools en gevarieerde programma's. De distributie werkt daarbij niet met de grote softwarepakketten als LibreOffice, Firefox en Thunderbird, maar die kun je achteraf wel installeren. In plaats daarvan worden de browser TazWeb en zijn eveneens slanke broertje Midori meegeleverd. Voor het schrijven is er de editor Leafpad en met een lokale wiki kun je notities maken. Alsaplayer speelt de muziek af en video's worden bij SliTaz standaard weergegeven met TazWeb – maar dat werkt dan wel maar matig.
TinyCore: dwerg-Linux
Voor erg antieke hardware mag het nog een onsje minder zijn: TinyCore is een van de allerkleinste Linux-distributies: het ISObestand is slechts ongeveer 18 MB groot. De iets grotere variant CorePlus, die extra software voor wifi heeft plus een installer, is ongeveer 170 MB groot. Beide leveren een minimalistische FLTK-interface, met een Wbar-taakbalk en een paar programmastarters. TinyCore heeft als basiseisen minimaal een i486DX-cpu en 46 MB aan werkgeheugen, maar liever een Pentium II en 64 MB RAM. Op ons Samsung X10notebook startte TinyCore dan ook razendsnel van cd.
Als je alleen een commandline, een editor en een paar tools nodig hebt, dan ben je na het starten van TinyCore helemaal klaar. Alle anderen moeten met behulp van het wat onoverzichtelijke pakketbeheer een paar grafische programma's als een filemanager en een browser installeren. Het softwareaanbod in de pakketbronnen mag zeker gezien worden.
Conclusie
Al te grote verwachtingen moet je met een oud notebook niet hebben, zelfs niet als je daar met een slank Linux-systeem nieuw leven in kunt blazen. Het is amper mogelijk om meerdere browservensters open te hebben of om meerdere programma's parallel te starten. Voor veel taken zijn die oude apparaten echter nog prima geschikt – bijvoorbeeld als foto-opslag of als optie om een beetje fatsoenlijk te internetten op vakantie. Maar ook als veredelde typmachine. Een oud netbook sleep je makkelijker mee langs douaneposten op de luchthaven dan een nieuw notebook van vele honderden euro's.
Afhankelijk van de leeftijd van de computer moet je echter wel met wat beperkingen rekening houden. Een tien jaar oud notebook is nog prima geschikt voor een uitgebreide Linux-versie als BunsenLabs, waarop je een groot aantal programma's kunt installeren en zelfs foto's en video's kunt kijken. Als je een beetje bekend bent met Ubuntu of Debian, zul je je snel thuis voelen.
Een goede middenweg is Xenialpup, dat een flink pakket aan software heeft en voor veel beheertaken handige scripts heeft en daardoor makkelijk te bedienen is – al werkt hier wel veel anders dan bij Ubuntu en vergelijkbare systemen. Hetzelfde geldt voor SliTaz. Die twee systemen zijn echter meer bedoeld om als live-systeem te worden gebruikt dan om op een harde schijf te installeren.
Bij de nog oudere apparaten spelen minimalistische Linux-systemen als TinyCore hun troeven uit. Die systemen bieden meestal weinig gebruiksgemak en hebben in standaard maar een paar programma's, maar om zonder afleiding teksten te kunnen typen of te programmeren zijn ze goed te gebruiken. (nkr)
Literatuur
[1] Liane M. Dubowy, Onderschat, Xfce: rechtlijnige
desktop voor Linux, c't 3/2017, p.134