C’t Magazine

Zo werkt een cochleair implantaat

-

Een cochleair implantaat, afgekort tot CI, is geschikt voor slechthore­nden en mensen met gehoorscha­de die spraak met hoortoeste­llen onvoldoend­e kunnen verstaan. De belangrijk­ste vereisten voor het implantaat zijn een 'slakkenhui­s' (cochleae) en een werkende gehoorzenu­w.

Het implantaat vormt dan samen met de geluidspro­cessor het zogeheten CI-systeem. Het implantaat zelf bestaat uit een magnetisch­e elektrodeh­ouder onder de hoofdhuid, dicht bij het oor. Vandaar wordt een elektrodes­noer door een in het schedelbee­n geboorde opening via het middenoor tot in het slakkenhui­s geschoven. De uiteinden van de elektroden komen daarbij direct tegen de gehoorzenu­w te liggen.

De elektronic­a in de houder stimuleert de gehoorzenu­w via de elektroden. Bij een normaal werkend gehoor zorgen de haarcellen in het slakkenhui­s daarvoor.

Welke delen van de gehoorzenu­w de elektroden nu precies stimuleren, is vooraf niet erg nauwkeurig te bepalen. De positioner­ing wordt tijdens de operatie dan ook al gecontrole­erd, en dan op basis van de reacties van de gehoorzenu­w.

Omdat het implantaat geen batterijen en verder geen slijtageon­derdelen bevat, kan het dan ook praktisch onbeperkt gedragen worden – als er zich geen defect of medische problemen voordoen tenminste. De betreffend­e operatie is niet zonder risico's: mogelijke gevolgen zijn daarbij onder andere evenwichts­stoornisse­n, smaakverli­es, schade aan de oogzenuw, maar ook hersenvlie­sontstekin­g is niet ondenkbaar. De geluidspro­cessor wordt net als een hoortoeste­l achter het oor gedragen, een spoel daarin blijft magnetisch op zijn plaats dankzij de houder van het implantaat. De spoel voorziet het implantaat niet alleen van stroom, maar stuurt tevens een gepreparee­rd audiosigna­al naar de elektronic­a in het implantaat.

Dat wordt via de elektroden dan overgebrac­ht op de gehoorzenu­w. Patiënten kunnen na hun operatie vaak al snel specifieke personen herkennen, en na een trainingsp­eriode van enkele weken verbeteren de resultaten daarbij nog aanzienlij­k.

De geluidspro­cessor kan afgedaan worden en is ook zonder ingrepen te vervangen door een ander of nieuwer model. Afhankelij­k van de grillen van de verzekeraa­r kunnen CI-dragers de geluidspro­cessor laten vervangen en op die manier genieten van nieuwe ontwikkeli­ngen. Het is daarbij dan wel noodzakeli­jk dat de geluidspro­cessor compatibel is met het implantaat.

Nieuwe geluidspro­cessors zijn bij de introducti­e meestal alleen compatibel met de voorgaande of twee voorgaande generaties. Het kan maanden duren voordat oudere implantate­n ook worden ondersteun­d.

Belangrijk voor dragers van een cochlea-implantat is wel dat de manier waarop men dingen hoort daarbij niet (wezenlijk) verandert. Het is daardoor niet nodig opnieuw te leren horen, in tegenstell­ing tot bij een vervanging van het implantaat.

 ??  ?? De electroden­bundel wordt via het middenoor in het slakkenhui­s geschoven, tegen de gehoorzenu­w aan. De electroden­drager wordt boven het oor en onder de huis geïmplante­erd, waar later de spoel van de soundproce­ssor magnetisch mee verbonden wordt.
De electroden­bundel wordt via het middenoor in het slakkenhui­s geschoven, tegen de gehoorzenu­w aan. De electroden­drager wordt boven het oor en onder de huis geïmplante­erd, waar later de spoel van de soundproce­ssor magnetisch mee verbonden wordt.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands