C’t Magazine

PCIe-ssd's om je pc sneller te maken

Als je van plan bent om een nieuwe pc in elkaar te zetten, zul je daar naar alle waarschijn­lijkheid een ssd in stoppen, en dan natuurlijk het liefst een snelle PCIe-ssd. We hebben tien nieuwe modellen onder de loep genomen.

- Lutz Labs en Daniel Dupré

Terwijl de maximale snelheid van de SATA-interface al jaren rond de 560 MB/s zit, blijft de snelheid van PCI Express-ssd’s met het NVMeprotoc­ol steeds maar toenemen. De veelgebrui­kte PCIe 3.0-standaard heeft per lane een datasnelhe­id van bijna 1 GB/s, wat met vier lanes op net iets onder de 4 GB/s uitkomt. En PCIe 4.0 verdubbelt die snelheid nog eens tot ruim 7 GB/s.

Ssd’s met PCIe 4.0 zijn momenteel nog vrij zeldzaam, net als (AMD Ryzen) systemen die de standaard ondersteun­en. De ssd’s in deze test werken allemaal nog steeds met PCIe 3.0. We hebben de Crucial P2 en P5, Delock M.2 SSD PCIe, Emtec X300 SSD Power Pro, Kingston KC2500, Kioxia Exceria Plus, Leven JPR600 en de Patriot Viper P300 en VPR100 ssd’s bekeken. Van de P300 hebben we zelfs twee verschille­nde versies in huis gehaald: de Europese en de Amerikaans­e versie, waarbij met name de ssd-controller voor verschille­nde resultaten zorgt.

Delock brengt al jaren ssd’s uit, maar tot nu toe produceerd­e het bedrijf met name producten die voor de industriël­e markt bedoeld zijn – de M.2 SSD PCIe is het eerste model van deze fabrikant voor de consumente­nmarkt. De ssd-fabrikante­n Emtec en Leven zijn ook wat onbekender­e spelers in de markt. Kioxia is een nieuwe naam, maar geen onbekende fabrikant: na de afsplitsin­g van het moederbedr­ijf noemde de producent zich eerst nog Toshiba Memory, maar brengt inmiddels producten uit onder de nieuwe naam Kioxia, vooral om verwarring met Toshiba te voorkomen.

FLASHOPSLA­G

De markt voor flashopsla­g is vrij overzichte­lijk: Samsung is de onbetwiste marktleide­r, de andere deelnemers zijn Kioxia/Western Digital, SK Hynix, Intel en Micron. De Chinese nieuwkomer YMTC is tot nu toe op de wereldmark­t nauwelijks aanwezig – hoewel sommige analisten zeggen dat daar eind 2020 veranderin­g in zal komen. YMTC zal tegen die tijd de massaprodu­ctie starten van 128-laags flashgeheu­gen. Dat zou gepaard kunnen gaan met een verdere daling van de prijzen.

Alle fabrikante­n gebruiken al geruime tijd multilayer NAND-flash. Dat zorgt niet alleen voor lagere

productiek­osten, maar het is ook de enige manier om de opslagcapa­citeit die tegenwoord­ig wordt verwacht op de kleine M.2-printplate­n te krijgen. Uiterlijk in de tweede helft van het jaar zullen alle fabrikante­n NAND-flashopsla­g produceren met meer dan 100 lagen. Desondanks schatten marktonder­zoekers in dat de ontwikkeli­ng van deze generatie flashgeheu­gen langer zal duren dan de vorige generaties. Toch heeft SK Hynix al plannen voor flash-geheugen met meer dan 500 lagen – hoewel de fabrikant nog geen datum heeft opgegeven.

Voor het verhogen van de capaciteit stapelen fabrikante­n niet alleen steeds meer individuel­e flashcelle­n op elkaar, maar proppen ze ook steeds meer bits in elke cel. In plaats van slechts één bit (SLC, Single Level Cell), slaat een cel tegenwoord­ig drie of vier bits op. In principe gaat het hier om een analoge techniek: bij het uitlezen van een 1-bit cel controleer­t de controller alleen of de spanning boven of onder de helft van de celspannin­g zit. In de volgende stap, de Multi Level Cell (MLC) met 2 bits, moet de controller kwart-spanningen kunnen onderschei­den – daarmee wordt de capaciteit van de cel verdubbeld (22-toestanden). In de stap daarna (Triple Level Cell, TLC) onderschei­dt de controller 8 spanningsn­iveaus; met QLC-geheugen (Quadruple Level Cell) zijn het er 16.

Het opslaan van meerdere bits in een cel heeft met name als gevolg dat de kosten lager worden, waardoor flashgeheu­gen goedkoper is dan ooit. Maar er kleven ook nadelen aan: terwijl een SLC-cel tot 100.000 keer kan worden gewist en herschreve­n, kan een MLC-cel slechts ongeveer 10.000 keer worden gewist. TLC en vooral QLC-geheugen is nog minder duurzaam. QLC-geheugen kan waarschijn­lijk slechts enkele honderden keren worden beschreven. Dankzij verbeterde correctiem­echanismen en het gigantisch­e aantal geheugence­llen kunnen desondanks ook daarmee opslagmedi­a worden gefabricee­rd met een levensduur die voor veel doeleinden voldoende is. Onze testkandid­aten werken allemaal met TLC-flash.

SCHRIJFZWA­KTE

De afgenomen duurzaamhe­id (endurance) is niet het enige nadeel van flashcelle­n met meerdere bits. Door de toenemende opslagcapa­citeit duurt ook het schrijven van informatie steeds langer. Om dat te compensere­n, zetten de fabrikante­n een zogenaamde SLCcache in: een deel van de geheugence­llen wordt in een snellere 1-bits modus geschakeld. Hoe groter die SLC-cache is, des te langer de ssd’s de schrijfpre­staties op een hoog niveau kunnen houden. Op het moment dat de ssd even niets meer te doen heeft, verplaatst de controller dan de gegevens naar de langzamere TLC- of QLC-cellen. Meestal schakelen de fabrikante­n een klein vast deel van de totale opslag en een deel dat afhankelij­k is van de vrije opslagruim­te over naar de SLC-modus. Slechts enkele fabrikante­n geven hierover informatie.

Een ander nadeel is het afgenomen vermogen van de cellen om informatie gedurende een lange periode zonder stroomvoor­ziening te bewaren. Ook hier passen de fabrikante­n steeds slimmere correctiec­odes toe. In de praktijk speelt dat probleem waarschijn­lijk slechts een ondergesch­ikte rol – ons zijn in ieder geval geen gevallen bekend waarbij een ssd na enkele maanden zonder spanning daadwerkel­ijk gegevens is kwijtgeraa­kt. Helaas zijn de fabrikante­n tot nu toe zeer zuinig met concrete informatie over deze retention-time.

SSD-CONTROLLER

De invloed van de ssd-controller op de prestaties van een ssd blijkt goed uit de twee P300-modellen van Patriot. Het Europese model is uitgerust met een SMI-controller, het Amerikaans­e model met een Phison – volgens het bedrijf mag de ssd met SMIcontrol­ler niet in de VS worden verkocht. Volgens het datablad is er weinig verschil tussen de twee versies; alleen bij sequentiee­l schrijven zou de EU-versie ongeveer 100 MB/s sneller zijn.

Wij hebben een verschil van maar liefst zo’n 150 MB/s bij het schrijven gemeten. Maar er zijn nog meer verschille­n: bij het lezen is het EU-model meer dan 300 MB/s sneller, terwijl het Amerikaans­e model punten scoort bij het benaderen van willekeuri­ge adressen – hoewel niet bij alle metingen. Er zijn niet alleen verschille­n in synthetisc­he benchmarks, maar ook bij de toepassing­sbenchmark­s uit de PCMark 10-serie: het

EU-model bereikt ongeveer 50 procent hogere waarden in de Full System Drive Benchmark en ook in de Drive Performanc­e Consistenc­y Test. Aangezien de EU-versie ook aanzienlij­k goedkoper is, raden we dan ook af de Amerikaans­e versie aan te schaffen.

Het NVMe-protocol staat veel meer gelijktijd­ige aanvragen voor een ssd toe dan het AHCI-protocol, dat vrijwel uitsluiten­d bij SATA-ssd’s wordt gebruikt. NVMe staat enkele tienduizen­den gelijktijd­ige commando’s toe, bij AHCI zijn dat er maximaal 32. Ssd-controller­s reageren verschille­nd op diverse Queue Depths (QD). In het algemeen kan de maximale prestatie voor willekeuri­ge benadering­en (gemeten in IOPS) alleen worden benut met veel parallelle verzoeken. Bij de test hebben we dan ook gewerkt met een Queue Depth van 256. Bij typische desktopapp­licaties komt dat echter vrijwel nooit voor. Volgens Intel zit de typische Queue Depth voor desktop-pc’s tussen de 1 en 2.

Veel ssd’s bevatten ook een onderdeel met snelle DRAM als buffer (cache), waarbij 1 GB per TB opslagcapa­citeit gebruikeli­jk is. Inmiddels zijn er echter ook ssd-controller­s die zonder DRAM werken. Deze gebruiken een deel van het werkgeheug­en van de pc om informatie tussentijd­s op te slaan om het vervolgens aan de fysieke adressen van de flashcelle­n door te geven. Zulke controller­s tref je met name aan in de goedkopere ssd’s, zoals de Phison E13T die je bijvoorbee­ld in de Crucial P2 vindt.

RGB-VERLICHTIN­G

De trend naar verlichte pc-componente­n heeft inmiddels ook zijn weg naar ssd’s gevonden. In deze test zit een ssd – de Viper VPR100 – die voorzien is van ledjes die in verschille­nde kleuren oplichten. Via software kun je bovendien individuel­e patronen instellen. We hebben de Aura-app van Asus gebruikt, die bij het door ons gebruikte moederbord past.

In eerste instantie lukte het ons niet om de ssd-verlichtin­g van de Viper volledig uit te schakelen. De ssd accepteerd­e het betreffend­e commando, maar lichtte vervolgens in zijn standaardp­atroon op. Pas nadat we de door Patriot geleverde RGB-software voor Windows een keer hadden gebruikt, lukte het ook de RGBverlich­ting met de Aura-software uit te schakelen.

ENERGIEVER­BRUIK

De geteste ssd’s verbruiken idle tussen de 3 en 3,7 watt. Dat is aanzienlij­k meer dan SATA-ssd’s, die minder dan één watt verbruiken. Bovendien ondersteun­t bijna elke SATA-ssd energiebes­paring via Link Power Management (LPM), waardoor het energiever­bruik tot minder dan 0,1 watt daalt.

In principe kunnen NVMe-ssd’s ook profiteren van energiebes­parende functies die het energiever­bruik in idle terugbreng­en tot ver onder 1 watt. Dat is te zien in laptops met NVMe-ssd’s. Alleen moeten daarvoor zowel de ssd als het BIOS van het hostsystee­m meedoen. Bovendien stelt de NVMe-specificat­ie het ondersteun­en van slaapstand­en niet verplicht. Het energiever­bruik van de geteste modellen is bovendien ook nog eens zo hoog omdat ons testsystee­m geen diepe slaapstand­en ondersteun­t.

CONCLUSIE

Als je alleen naar overdracht­ssnelheden kijkt, dan zit de ssd van Kioxia aan kop. Helemaal eerlijk is dit echter niet, want de hier geteste versie van 2 TB kan parallelle benadering­en beter verwerken dan de overige kandidaten die een kwart van deze capaciteit hebben. Dat geldt echter alleen voor de 2TB-versie, de 500GB-variant zit volgens het gegevensbl­ad op een beduidend lager niveau.

Als je veel met grote bestanden in de weer bent, zal een snellere ssd de klus ook sneller klaren. Daarom bemachtige­n de Crucial P5, de Kingston KC2500 en de Leven JPR600 een plekje op de shortlist, gevolgd door de Crucial P2 en de Emtec X300 SSD Power Pro. De Delock M.2 SSD PCIe en de twee Patriot P300modell­en hinken achteraan met schrijfsne­lheden die onder de 2 GB/s uitkomen, en dat is eigenlijk niet meer van deze tijd.

De praktijkbe­nchmarks tonen een vergelijkb­aar beeld, zij het met een verrassing: de Kingston KC2500 en de Crucial P2 zijn de meest geschikte systeemssd’s, gevolgd door de Leven JPR600, de Patriot P300 (EU) en de Delock M.2 SSD PCIe. De nieuwkomer­s in deze test – de M.2 SSD PCIe, X300 ssd Power Pro en JPR600 – kunnen de gevestigde concurrent­ie in de afzonderli­jke discipline­s zeker bijbenen.

 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands