Apple
Iets later dan gebruikelijk presenteerde Apple dit jaar zijn nieuwe serie iPhones. Het aantal nieuwe modellen is bij de iPhone 12 van drie naar vier gegaan. Daarbij is een kleiner model toegevoegd, maar zijn ook de onderlinge verschillen kleiner.
De nieuwe line-up aan Apple-smartphones bestaat uit de iPhone 12, 12 Pro, 12 Pro Max en 12 mini. Net als bij de vorige generatie is er een Pro-uitvoering van de standaard iPhone en een extra grote Pro Max. Ditmaal is echter ook een kleiner model toegevoegd.
De iPhone 12 mini is afgezien van het kleinere scherm gelijk aan de gewone iPhone 12. Zowel qua snelheid als bijvoorbeeld qua camera is er geen verschil. De resolutie van het 5,4-inch scherm is met 2340 × 1080 pixels iets lager dan bij het grotere 6,1-inch display van de iPhone 12 (2532 × 1170 pixels) maar even scherp. De 12 mini is dus niet te vergelijken met de goedkope, kleine iPhone SE 2020. Die had afgezien van de chipset op alle opzichten duidelijk mindere hardware dan de gewone iPhone (11). Dat de 12 mini geen afgeslankte versie is zie je ook aan de prijs, want het goedkoopste model met 64 GB opslagruimte moet 809 euro kosten. Overigens is de mini met afmetingen van 131,5 × 64,2 × 7,4 mm aanzienlijk kleiner dan de iPhone 12 (146,7 × 71,5 × 7,4) en iets kleiner dan de SE 2020 (138,4 × 67,3 × 7,3 mm). Hij is met een gewicht van slechts 133 gram ook 15 gram lichter dan de SE.
De SoC in alle nieuwe iPhones is de op 5 nanometer geproduceerde A14 Bionic-chip. Die is weer aanzienlijk sneller dan de A13 Bionic van de vorige generatie. De iPhone 12 en de Pro hebben hetzelfde schermformaat en resolutie. De Pro Max hee een groter 6,7”-scherm en hogere 2778 × 1284-resolutie. Dat toestel is met 160,8 × 78,1 × 7,4 mm ook de grootste iPhone tot nu toe.
De hele lijn hee een vernieuwd design met meer hoekige randen, dat weer wat doet denken aan de iPhone 4. De relatief grote inkeping in het oledscherm huisvest bij alle modellen de frontcamera en sensoren voor FaceID. Een vingerafdrukscanner ontbreekt. Ze bieden allemaal 5G.
De twee hoofdcamera’s van de 12 en 12 mini zijn een 12 megapixel gewone en ultragroothoek. De camera zou ten opzichte van de vorige generatie vooral bij weinig licht nóg betere opnames moeten maken. De cameramodule zit weer linksboven aan de achterkant en steekt wat uit. De 12 Pro en Pro Max hebben als extra een telelens en Lidar. Dat laatste moet vooral bij AR-toepassingen voor extra mogelijkheden zorgen. Bovendien kunnen de Pro-modellen foto’s in een Apple-eigen RAW-formaat opslaan. Alle modellen kunnen 4K-video’s opnemen mét Dolby Vision en HDR, de Pro-modellen lukt dat zelfs tot 60 fps.
De nieuwe iPhones zijn voorzien van MagSafe. Daarmee kunnen accessoires zoals een hoesje magnetisch aan het toestel hechten. Ook kunnen draadloze laders dat gebruiken voor makkelijker positioneren van de smartphone op de lader. In de verpakking wordt geen oplader meegeleverd. Dat is volgens Apple om het milieu te ontzien, maar er wordt wel een USB-C-naar-Lightning-kabel meegeleverd. Voor een 20W-lader waarmee je profiteert van het snellere opladen vraagt Apple 25 euro. Het is afwachten of andere fabrikanten net als bij het weglaten van de koptelefoonaansluiting door Apple die stap nu ook ‘durven’ te volgen.
De smartphonemarkt is volwassen geworden en ook bij Apple zien we vooral nog meer snelheid en nog betere camera’s, maar geen grote vernieuwingen. Hogere verversingssnelheden voor het scherm zoals bij de iPad Pro of bij andere smartphones zien we bij de nieuwe iPhones (nog) niet. De trend van steeds hogere prijzen voor topsmartphones zet door: de laagste prijs voor een gewone iPhone 12 (909 euro voor het 64GB-model) ligt 100 euro hoger dan bij de iPhone 11. Verheugend is dat de trend van steeds grotere topsmartphones wordt doorbroken met de iPhone 12 mini. Voor wie op zoek is naar een nieuwe iPhone betekent de iPhone 12 in elk geval meer keuze, al zijn de verschillen tussen een gewone versie en een Pro of Pro Max kleiner geworden.