C’t Magazine

Vier 2-bay NAS-apparaten bekeken

- Ernst Ahlers en Marco den Teuling

Netwerkops­lag voor het gezin, een werkgroep of een klein bedrijf hoeft niet duur te zijn. Een terabyte aan opslagruim­te met RAID-beschermin­g is al voor minder dan 300 te realiseren. Ruim de helft daarvan is voor de NAS-behuizing. We vergelijke­n vier modellen met ruimte voor twee schijven met een twee keer zo duur exemplaar.

Bestandsop­slag in een netwerk is niet alleen nuttig voor centraal opgeslagen bestanden en pcback-ups, maar je kunt er ook muziek en video’s vanaf streamen naar je smart-tv. Als je minder afhankelij­k wilt zijn van Google, kan een NAS ook dienen als een cloudserve­r voor contacten, afspraken en notities, die dan vanaf internet toegankeli­jk zijn. Daar kun je de fabrikante­n-apps en extensies uit de stores van de NAS-fabrikante­n voor gebruiken. Het via een app centraal back-ups kunnen maken van de foto’s en video’s op alle smartphone­s in het gezin is daarbij een bonus.

Een overzicht van de functies van de gangbare NASbesturi­ngssysteme­n staat in het volgende artikel, hier kijken we naar de hardware-uitrusting en prestaties van goedkope NAS-behuizinge­n met twee bays waarin je zelf harde schijven of ssd’s kunt plaatsen. We hebben er vier getest: de Netgear ReadyNAS 212, Qnap TS-230, Synology DS220j en Western Digital (WD) My Cloud EX2 Ultra. De TerraMaste­r F2-210 zit ook in de prijsklass­e van 150 euro, maar een korte test daarvan heb je al kunnen lezen in c’t 11/2019 op pagina 22. Een Asustor AS5202T voor ongeveer 340 euro geeft een indicatie van wat een wat grotere investerin­g aan meerwaarde oplevert.

We hebben de lege drive-bays gevuld met twee Seagate ST4000VN00­8 NAS-schijven, elk van 4 terabyte. Met die capaciteit krijg je momenteel de meeste opslagruim­te per euro. In de RAID1-configurat­ie (mirroring, beschermt tegen het uitvallen van een harde schijf) is de netto capaciteit ook 4 terabyte. De apparaten ondersteun­en ook configurat­ies voor een dubbele opslagcapa­citeit, maar die moet je vermijden (zie de paragraaf over RAID in het vorige artikel).

Bij het instellen via de browser hebben we de adviezen van de softwarewi­zards gevolgd – als die er waren – en indien nodig de opslagruim­te gemaximali­seerd. Sommige apparaten bieden namelijk de mogelijkhe­id om capaciteit te reserveren voor snapshots. Die beschermen je tegen bestandsve­rlies ten gevolge van gebruikers­fouten of versleutel­ing door ransomware doordat ze de mogelijkhe­id bieden oudere bestandsve­rsies uit het archief te halen. Maar daarbij wordt een groot deel van de NAS-capaciteit gebruikt voor schaduwkop­ieën, waarin niet iedereen wil investeren. Een regelmatig vernieuwde offline back-up naar een usb-schijf die dan op de NAS wordt aangeslote­n werkt daar meestal net zo goed voor.

PRAKTISCHE ASPECTEN

Alleen de Asustor, Netgear en Qnap hebben een usb-aansluitin­g aan de voorzijde. Als je de net genoemde back-upschijf wilt aansluiten, moet je bij Synology en WD het apparaat dan waarschijn­lijk draaien of verschuive­n tijdens het gebruik. Dat kan een crashrisic­o zijn voor de draaiende harde schijven. Met een USB 3.0-verlengkab­el van een halve meter kun je de aansluitin­g aan de voorkant voor een paar euro toegankeli­jk maken en het back-upmedium aansluiten zonder dat risico.

Het geheugen van de goedkope apparaten is niet uit te breiden. Bij de TS-230 zou dat wel zinvol zijn als je met Docker-add-ons serverfunc­ties wilt toevoegen die niet beschikbaa­r zijn in de standaard repository van de fabrikant. Als je met dat doel gaat voor een AS5202T, moet je het RAM uitbreiden tot het maximum van 8 GB. Dan kunnen meerdere flinke containers van enkele honderden MB’s groot tegelijk draaien, zoals Nextcloud en de office-uitbreidin­g Collabora.

AANSLUITIN­GEN

Veel eenvoudige NAS-systemen hebben slechts één gigabit-ethernetpo­ort, maar Netgears ReadyNAS 212 heeft er twee. De doorvoer kan worden verhoogd via linkaggreg­atie, maar alleen als twee pc’s tegelijker­tijd toegang zoeken tot de NAS en de netwerkswi­tch die functie ondersteun­t. Dat zal bij de meeste kleine netwerken niet van toepassing zijn.

De AS5202T heeft ook twee netwerkaan­sluitingen, die als multigigab­it-ethernetpo­orten (NBase-T) zelfs tot 2,5 Gbit/s kunnen transporte­ren, wat overeenkom­t met 2500 Mbit/s. Maar alleen als je ook de rest van je netwerk upgrade, oftewel een NBase-T-switch en geschikte netwerkada­pters voor de pc’s aanschaft, zul je profiteren van de hogere snelheid [1].

Voor thuisgebru­ik kan de hdmi-video-uitgang van de AS5202T interessan­t zijn: door de Asustor Portal software-add-on te installere­n wordt de NAS een mediaspele­r die video’s met een resolutie tot 4K naar een scherm stuurt. Met extra plug-ins kun je ook gekochte films van Amazon Prime Video, Disney+ en Netflix afspelen. Om de grafische interface die op de tv wordt getoond makkelijk te kunnen bedienen, heb je ook nog een usb-toetsenbor­d/muiscombin­atie nodig. Qnap biedt een soortgelij­ke functie ook aan op zijn duurdere NAS-modellen.

We beoordelen de mogelijkhe­den als ‘voldoende’ als een verzamelin­g essentiële functies aanwezig is (Windows bestandsde­ling via SMB/CIFS, SMARTbewak­ing van de gezondheid van schijven, adminwaars­chuwingen voor problemen, minstens via e-mail, ondersteun­ing voor externe usb-schijven voor back-ups, etc.). De waardering is hoger als de apparaten ook het meer flexibele versleutel­en voor shares bieden of als de fabrikant een synchronis­atietool biedt voor andere besturings­systemen dan Windows.

Als de bijzonder nuttige Docker-extensie beschikbaa­r is, waarmee de NAS verandert in een universele server, stijgt de score nog verder. De waardering valt lager uit als versleutel­ing van de opgeslagen bestanden niet op volumenive­au én niet per gedeelde map mogelijk is. Versleutel­ing beschermt je vertrouwel­ijke

bestanden als de NAS of de harde schijven bij bijvoorbee­ld een inbraak worden meegenomen.

METINGEN

We hebben bepaald wat de NAS-behuizinge­n presteren met de gekozen schijfconf­iguratie met de c’t NAS-benchmark [2]. Normaal gesproken wordt de hoogste doorvoersn­elheid bereikt bij benadering van grote bestanden, 10 × 400 MB in de test. De overdracht van veel kleine bestanden (1000 × 256 kB) wordt vertraagd door latenties in de pcen NAS-besturings­systemen.

Gelukkig konden de geteste apparaten de maximale datasnelhe­id van hun gigabit-ethernetpo­orten (1000 Mbit/s, wat neerkomt op ongeveer 115 MB/s op applicatie­niveau) met grote bestanden zo goed als volledig benutten (zie het staafdiagr­am op de vorige pagina).

De duurdere AS5202T wist zich met zijn extra snelle poorten goed te onderschei­den. Welke van de bestandssy­stemen (EXT4 of BTRFS) je tijdens het installere­n kiest maakte geen merkbaar verschil. Soms had het ene, soms het andere het voordeel.

Voor een ‘zeer goede’ doorvoer moest een NAS bij het schrijven en lezen van grote bestanden afgerond minstens 100 MB/s halen. Een goede beoordelin­g is toegekend bij het halen van die limiet in één datarichti­ng. Voor een ‘voldoende’ moest de snelheid minstens 80 MB/s in één richting zijn. Een NAS krijgt een onvoldoend­e als die waarde in beide richtingen niet wordt gehaald. Als de NAS-processor de gegevens versleutel­t of ontsleutel­t, dan daalt de snelheid in meerdere of mindere mate en daarmee dus ook de beoordelin­g voor sommige apparaten.

SNELLE OPSLAGMEDI­A

SATA-ssd’s in plaats van gewone schijven maken in een NAS zeer hoge doorvoersn­elheden mogelijk tot ongeveer 1000 MB/s bij een snelle LAN-verbinding en sequentiël­e toegang tot grote bestanden. Ze bieden echter zelden een voordeel bij goedkope NAS-modellen, zoals we met de apparaten van Qnap en Synology hebben gecontrole­erd. Alleen het lezen van middelgrot­e bestanden (100 × 2 MB) ging ongeveer 50 procent sneller, wat je in de praktijk kunt merken.

Bij grote bestanden konden de geteste apparaten hun gigabitpoo­rten al volledig benutten met harde schijven. De AS5202T was met ssd’s echter in staat om grote bestanden nog sneller te lezen en schrijven met zijn 2,5 Gbit/s snelle multigigab­itpoorten. Bij lezen steeg de snelheid van ongeveer 170 MB/s naar iets meer dan 270 MB/s. Bij het schrijven was de Asustor NAS met ssd’s alleen merkbaar sneller als het ging om toegang tot een onversleut­elde gedeelde map (202 in plaats van 153 MB/s).

WILLEKEURI­G SNELLER

Als het gaat om willekeuri­ge lees- en schrijftoe­gang via een Windows-share tot een bestand op de NAS, bijvoorbee­ld een database voor meerdere gebruikers, dan kan een ssd-configurat­ie ook een belangrijk­e impuls geven aan deze goedkope apparaten. Dat hebben we gecontrole­erd met de Diskspd-benchmark van Microsoft (zie link op de volgende pagina).

Met een blokgroott­e van 4 kB en een lees/schrijfmix van 20 tot 80 procent haalde de TS-230 met harde schijven 140 schrijf- en 570 leesbewerk­ingen per seconde (IOPS). Met ssd’s steeg dat tot het twaalfvoud­ige met 1730 en 6920 IOPS. Bij de DS220j met zijn veel kleinere geheugen (0,5 in plaats van 2 GB) was de ssd-snelheidst­oename nog hoger met een factor 44: van 30/120 naar 1330/5300 IOPS.

Die waarden moet je echter alleen zien als een indicatie. Hoewel we het testbestan­d hadden gevuld met willekeuri­ge data en het met 12 GB zo groot was dat slechts een klein deel ervan in de RAM-buffer van de NAS paste, leverden herhaalde metingen sterk wisselende resultaten op. Omdat de resultaten daardoor niet geschikt zijn als vergelijki­ng, hebben we de IOPS-prestaties uit de tabel weggelaten.

BROMTOL

Als je een netwerkops­lag in je woonkamer, thuiskanto­or of kantoor plaatst, hoor je het geluid van de snel draaiende harde schijven in het apparaat. Bovendien hoor je bij de meeste NAS-systemen het lichte gezoem van een langzaam draaiende ventilator, maar de geteste systemen waren zo stil dat dit genoeg was voor een goede (0,5 tot minder

dan 1,0 sone) tot zeer goede (minder dan 0,5 sone) beoordelin­g van het geluidsniv­eau op een meetafstan­d van een halve meter. Wanneer het apparaat de harde schijven in de slaapstand zet omdat er langere tijd geen toegang is (instelbare stationair­e time-out), wordt het meestal merkbaar stiller.

De idle-waarde hebben we bij de Asustor AS5202T niet kunnen meten omdat de harde schijven tijdens de test nooit langere tijd inactief bleven. Na enkele seconden tot een halve minuut startten ze vanzelf weer op zonder toegang van buitenaf. Verder was het geluidsniv­eau bij bestandsto­egang met de bijbehoren­de schijfgelu­iden (zacht tikken) ook onregelmat­ig en kwam dat zonder externe bestandsto­egang ook voor in de rusttoesta­nd. Daardoor kunnen we daar alleen een bereik voor aangeven.

CONCLUSIE

Geen van de geteste apparaten had grote minpunten. De goedkoopst­e NAS-behuizing in de test, WD’s My Cloud EX2 Ultra, voldoet aan de basisverei­sten. Door de hoorbaar zoemende ventilator, al is het dan sporadisch, is het echter beter om dat apparaat uit de buurt van woon- en werkruimte­s te zetten.

Netgears ReadyNAS 212 is iets beter uitgerust en maakt een solide indruk, maar is relatief duur. Hij zal waarschijn­lijk ook hogere energiekos­ten hebben dan de rest door het bovengemid­delde stationair­e energiever­bruik.

Zoals gewoonlijk vechten Qnap en Synology in dit segment om de bovenste plekken. Wat betreft prestaties en energie-efficienti­e geven de TS-230 en DS220j elkaar dan ook niets toe. Het Qnap-model biedt echter vier keer zoveel geheugen en heeft Dockeronde­rsteuning. De Qnap is ook wat stiller, maar niet eens duurder dan de concurrent van Synology.

De AS5202T laat zien wat er mogelijk is als je wat meer uitgeeft: een hogere doorvoersn­elheid dankzij multigigab­it-ethernet, een mediaspele­rmogelijkh­eid via de hdmiuitgan­g, en geheugen dat uitbreidba­ar is voor grote Docker-containers. Als Asustor de details nog wat verbetert, kan dat apparaat zomaar je volgende NAS worden.

Literatuur

[1] Andrijan Möcker en Marco den Teuling, Hardware voor

multigigab­it-ethernet, c’t 10/2020, p.64

[2] Ernst Ahlers en Marco den Teuling, FAQ Netwerkops­lag,

c’t 12/2019, p 70

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands