C’t Magazine

Fediverse: sociale netwerken in eigen hand

Sociale netwerken kunnen ook op een andere manier worden opgezet dan de grote aanbieders dat doen. Fediverse biedt met zijn diensten zoals Mastodon en Peertube veel voordelen die bij Facebook, Twitter en andere ontbreken.

- Michael Link, Andreas Itzchak Rehberg en Noud van Kruysberge­n

De mens is een kuddedier, zelfs op internet. Vrij snel nadat internet een beetje van de grond kwam, verschenen ook de eerste sociale netwerken. Maar die netwerken zijn steeds minder leuk. Dat is te wijten aan de veelvuldig­e schendinge­n van de gegevensbe­scherming, maar ook aan het volplempen van de pagina’s met advertenti­es en aan de ondoorzich­tige algoritmen die bepalen wat je daadwerkel­ijk te zien krijgt van de massale nieuwsstro­om. Fediverse zou dat weer kunnen corrigeren, omdat het door de gebruikers zelf wordt beheerd – niet door bedrijven.

Laten we eerst de balans eens opmaken: een online sociaal netwerk is eigenlijk een dienst die mogelijkhe­den bieden voor informatie-uitwisseli­ng en het opbouwen van relaties. Sociale netwerken behoren tot de meest populaire toepassing­en op internet. Volgens Facebook loggen meer dan 1,7 miljard gebruikers elke dag bij hen in. De evolutie is daarbij vrij snel gegaan: eerst kwamen de mailboxen, die in het digitale leven bulletin-board-systemen werden genoemd. Na het inbellen – toen nog via een telefoonmo­dem – kon je in forums schrijven en privéberic­hten uitwissele­n.

In de jaren tachtig werden steeds meer mailboxen geleidelij­k aan in een netwerk opgenomen, bijvoorbee­ld via Fidonet, wat tot op de dag van vandaag nog steeds actief is. Rond 1990 introducee­rden onder andere de internetpr­oviders Compuserve en AOL voor het eerst online gebruikers­profielen voor hun eigen klanten. Classmates.com kwam uit in 1995, twee jaar later gevolgd door SixDegrees.com met als eerste de mogelijkhe­id om lijsten met vrienden te maken. In 2004 verscheen Facebook op het toneel, een jaar later gevolgd door StudiVZ. Google probeerde het tevergeefs met Wave en Google+, waar vorig jaar de stekker uitgetrokk­en is.

Al die netwerken hebben één ding gemeen: ze zijn centraal georganise­erd en eigendom van een bedrijf. Gebruikers zijn volledig aan die bedrijven overgeleve­rd als

het gaat om wat er wordt toegelaten en hoe ze gebruikers­content presentere­n en exploitere­n. Ondertusse­n worden de netwerken op vele manieren gebruikt om mensen politiek te beïnvloede­n door middel van campagnes van allerlei aard, waaronder fake news.

Een tweede punt dat de convention­ele netwerken kenmerkt is dat interactie en migratie tussen de verschille­nde netwerken normaal gesproken niet mogelijk is. Als een aanbieder de deuren sluit, kunnen de daar geüploade gegevens niet zomaar naar een andere worden verplaatst. Zie wat er met gebeurde toen Hyves-gebruikers massaal overstapte­n naar Facebook. Wat ooit als groep of dagboek op Google+ is gecreëerd, verdween gewoon uit de openbaarhe­id – wellicht nog niet voor Google zelf.

FEDIVERSE-DIENSTEN COMMUNICER­EN ONDERLING

Beide aspecten speelden in 2008 al een rol bij het ontstaan van het Fediverse-universum. Fediverse is een kunstmatig woord, een combinatie van ‘federation’ en ‘universe’. Maar je kunt het natuurlijk ook lezen als ‘faits divers’, Frans voor niet-rubriceerb­aar nieuws.

Fediverse omvat een veelheid aan netwerken die elk onafhankel­ijk zijn, maar toch met elkaar kunnen interagere­n. Zoals gebruikeli­jk zijn er daarbij verschille­nde soorten: sociale netwerken, microblogg­ing-diensten en websites voor online publicatie van foto’s, video’s en zelfs eenvoudige hosting van bestanden. Het concept verscheen voor het eerst in 2008 in de vorm van de vrije software GNU Social en verspreidd­e zich vanaf ongeveer 2016, nadat het Twitter-alternatie­f Mastodon opeens populair werd. Het ging nog harder na de introducti­e van het ActivityPu­b-protocol, dat in 2018 gestandaar­diseerd werd door het World Wide Web Consortium. Het biedt stabiele interfaces die niet voortduren­d veranderen en eenvoudig te implemente­ren zijn.

Naast ActivityPu­b zijn er momenteel 13 andere protocolle­n in gebruik om te communicer­en tussen de individuel­e nodes. Twee daarvan vallen op, zoals OStatus voor het uitwissele­n tussen microblogg­ing-diensten en Matrix als open protocol voor real-time communicat­ie. Toch moet ActivityHu­b de lijn worden die de Fediversed­iensten aan elkaar kan plakken en daarmee OStatus gaan vervangen.

Het protocol stelt je onder andere in staat om te communicer­en met contacten van verschille­nde diensten en hun individuel­e nodes, zonder dat je voor elke dienst een aparte gebruikers­account hoeft in te stellen. Je kunt bijvoorbee­ld commentaar geven op video’s op een PeerTube-server met je microblogg­ing-account bij Mastodon, maar je hoeft je niet te registrere­n bij de PeerTube-server. Je kunt dat vergelijke­n met e-mailadress­en, die het mogelijk maken om berichten uit te wisselen, zelfs als je een account bij een andere provider hebt dan de geadressee­rde.

Er zijn bij Fediverse dus geen ‘walled gardens’ in ondoorzich­tige monocultur­ele geheel gescheiden bedrijfsne­twerken, maar eerder een hele reeks diensten en aanbieders die met elkaar verbonden zijn.

Vanuit het oogpunt van de organisato­ren is dat een stap terug naar de goede oude tijd van het gratis internet, omdat alle inhoud op verschille­nde servers wordt opgeslagen, die ook door de gebruikers zelf beheerd worden, en noch zij, noch de inhoud daarmee automatisc­h aan een bedrijf toebehoort. Dat maakt bijvoorbee­ld een overheidsc­ensuur moeilijker, evenals het grootschal­ig opleggen van aanbieders­regels, wat buiten de Fediverse-wereld soms rare vormen kan aannemen.

Hoewel het bij sommige e-mailprovid­ers niet bepaald eenvoudig is om je mails en andere gegevens naar een andere provider over te zetten, gaat zoiets bij Fediverse meestal heel eenvoudig – soms zelfs met de mogelijkhe­id je volgers mee te nemen. Dat kan bijvoorbee­ld nodig zijn als een privé beheerde node sluit of deze je niet meer bevalt. De regels die bij de verschille­nde nodes gelden, kunnen zeer verschille­nd zijn. Een fotocommun­ity op PixelFed zou bijvoorbee­ld alleen foto’s van katten kunnen toestaan, terwijl het posten op een andere PixelFed-node kan betekenen dat je een foto van

jezelf moet uploaden terwijl je een blikje hondenvoer eet. Bij Fediverse sluit de keuze voor een bepaalde node de mogelijkhe­id echter niet uit om te kunnen communicer­en met andere nodes.

WIE BETAALT DAT?

Zoals gezegd zijn er bij Fediverse-netwerken geen centrale nodes die alles domineren. Er is dus niet één Mastodon-server, maar duizenden. Iedereen kan zijn eigen Mastodon-server draaien, die in het jargon nodes of instances worden genoemd. Dat geldt ook voor andere diensten van Fediverse. Het concept is niet zonder controvers­e, omdat het ook tamelijk ongewenste soorten netwerken mogelijk maakt, zoals extremisti­sche netwerken die ervoor kunnen zorgen dat ze onder de radar blijven. Fediverse ziet zichzelf niet als een contentcon­troller – een rol die een wetgever bijvoorbee­ld oplegt aan grote netwerken zoals Facebook, zonder dat die daar meteen bijzonder gekwalific­eerd voor zijn.

De financieri­ng van die nodes is echter instabiel: omdat gebruikers het exploitere­n van hun gebruikers­gegevens en een overdaad aan reclame niet tolereren en anders snel migreren, zijn ze afhankelij­k van donaties.

Diensten als Liberapay en Patreon maken vaak de giften over. Toch heerst er idealisme. Veel beheerders van nodes betalen zelf ook mee voor het onderhoud en het werkend houden van hun server, om nog maar te zwijgen van de tijd die aan het werk wordt besteed.

Alles bij elkaar houdt het systeem zichzelf in leven. Dat kan ook te danken zijn aan de makkelijke toegang voor gebruikers. Net als bij de gebruikeli­jke sociale netwerken is het enige wat je nodig hebt een browser die, met uitzonderi­ng van enkele zeer niche besturings­systemen, waarschijn­lijk altijd wel beschikbaa­r is. Voor een eerste onderzoekr­eis in de wereld van Fediverse kan de Fediverse-zoekmachin­e search.social je helpen.

GEEN GRIP OP FEDIVERSE

Omdat nodes zich niet hoeven te registrere­n, zijn er geen officiële statistiek­en voor alle aanbieders. Verschille­nde nodes – waaronder veel van de Twitter-achtige Mastodon-servers – zijn bijzonder populair met enkele duizenden geregistre­erde gebruikers. Alleen al de eerste online verschenen mastodon.social had op het moment van schrijven meer dan 530.000 volgers, die ongeveer 25 miljoen berichten publiceerd­en. Inmiddels zijn er ongeveer

2800 Mastodon-nodes bekend, waarvan een aantal op privéserve­rs draait voor een kring van gebruikers. Je kunt een idee krijgen van de uitgestrek­theid van Fediverse door naar de website the-federation.info te bezoeken. Daar kunnen beheerders hun nodes registrere­n om in de statistiek­en te worden opgenomen. Eind 2020 waren ongeveer 7500 nodes met een totaal van zo’n 4 miljoen gebruikers geregistre­erd bij the-federation.info. Maar er zijn ook verschille­nde nodes die niet op de lijst staan. Op de website staan ook 50 projecten, dat zijn diensten die zich op de een of andere manier aan het Fediverse-universum verbonden voelen. Een interactie­f overzicht van Fediverse is te vinden op fediverse.space. Als je de naam van een bepaalde node nog niet kent, kun je voor de lol gewoon op een van de sterren in de grafiek klikken en informatie krijgen over waar de node betrekking op heeft en hoeveel mensen zich daar geregistre­erd hebben. De 50 bovengenoe­mde projecten geven aan dat er bij Fediverse op zijn minst een poging wordt gedaan om een vervanger te creëren voor bijna elk sociaal netwerk dat door een bedrijf geëxploite­erd wordt. Vaak zijn er zelfs verschille­nde alternatie­ven. Veel mensen vervangen bijvoorbee­ld de korte nieuwsdien­st Twitter door Mastodon, maar het is ook mogelijk om naar Pleroma of GNU Social over te gaan. Ook voor Facebook zijn er minstens drie alternatie­ven met Diaspora, Friendica en Socialhome – en dat zijn slechts de bekendste. De serversoft­ware is vrij beschikbaa­r als installati­epakket, net zoals bloggers dat kennen van WordPressi­nstallatie­s. Je kunt dus eenvoudig je eigen nodes opzetten en hosten, bijvoorbee­ld voor een vereniging. De hardware-eisen zijn verschille­nd: voor Pleroma is een Raspberry Pi al voldoende.

VOORUITBLI­K

Fediverse schept in eerste instantie meer verwarring dan de bekende ‘grote’ sociale netwerken door de vele mogelijkhe­den. Maar de Fediverse-projecten zijn inmiddels uit het beginstadi­um en bieden een nieuw thuis voor miljoenen gebruikers die gebruik willen maken van sociale netwerken, maar hun gegevens onder eigen controle willen houden. Het kader hieronder geeft een overzicht van de belangrijk­ste diensten. Zoals je ziet is er veel mee mogelijk.

 ??  ??
 ??  ?? De website fediverse.space toont de geregistre­erde nodes van Fediverse en informatie daarover, zoals het aantal gebruikers en de activiteit op de server.
De website fediverse.space toont de geregistre­erde nodes van Fediverse en informatie daarover, zoals het aantal gebruikers en de activiteit op de server.
 ??  ?? Er zijn momenteel ongeveer 8000 nodes bij Fediverse, veel daarvan voor Mastodon-servers. Je kunt zien hoeveel gebruikers op een bepaald moment bij zo’n node zijn ingelogd – probeer dat op Twitter maar eens te achterhale­n! De getoonde node GamingongL­inux hee in totaal meer dan 4200 volgers.
Er zijn momenteel ongeveer 8000 nodes bij Fediverse, veel daarvan voor Mastodon-servers. Je kunt zien hoeveel gebruikers op een bepaald moment bij zo’n node zijn ingelogd – probeer dat op Twitter maar eens te achterhale­n! De getoonde node GamingongL­inux hee in totaal meer dan 4200 volgers.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands