Gardener's World (Netherlands)
Help je tuin en de dieren de winter door
Stadstuinen vormen een essentieel netwerk voor het wildleven. Joe Swi legt uit hoe we allemaal ons steentje kunnen bijdragen om de dieren rond ons huis te helpen
Toen ik net kwam kijken als ontwerper waren minimalistische tuinen in de mode, waarin verharde structuren op de eerste plaats kwamen en planten op de tweede – maar waar nauwelijks wildleven was. Tegenwoordig is het anders en de meesten van ons bese en dat onze stadstuinen, ongeacht hun omvang, van groot belang zijn om te voorzien in de behoe en van allerlei dieren.
De hoeveelheid groene ruimte, gemeten over een heel land, is aanzienlijk dankzij deze tuinen met hun verscheidenheid aan habitats en ora. Als ze allemaal op elkaar aansloten, zouden ze de essentiële verbindingszones vormen die veel soorten nodig hebben om te overleven! De meeste dingen die we in onze eigen tuin kunnen doen, zijn heel simpel en kosten nauwelijks tijd en geld. Ze zijn niet alleen goed voor het wildleven, maar brengen ook je tuin echt tot leven en geven diepte aan het ontwerp ervan.
Vlinders en motten
Vlinders hebben een ingewikkelde levenscyclus – van eitje naar rups en dan verpoppen ze voordat ze hun vleugels uitslaan – en in elk stadium zijn ze kwetsbaar en hebben ze een geschikte habitat nodig.
Het beste kun je een deel van de tuin ver waarlozen, bijvoorbeeld langs een afscheiding of achter de schuur. Laat wat gras lang worden en laat een bosje brandnetels staan als voedsel (vooral voor de gehakkelde aurelia, kleine vos, dagpauwoog en atalanta).
Nectarrijke planten met buisvormige bloemen of clusters kleinere bloemen zijn het best – denk aan asters, vlinderstruik, lavendel, duifkruid en verbena. Motten houden van planten die ‘s nachts geuren, zoals teunisbloem, kamperfoelie, jasmijn en damastbloem.