Gardener's World (Netherlands)
Hoera voor helleborus
In de kleurloosheid van de winter zijn deze schoonheden des te meer welkom in de tuin. Dit is onze ode aan de helleborus.
In het hart van de winter, op een zonnige maar koude dag, is een eenzame aardhommel op missie. Slaperig zoemt ze over het hek van een stadstuintje, zich niet bewust van politiesirenes in de verte. Met een plofje landt ze op haar doel, een van de weinige bloemen in de tuin in deze tijd ‒ een opvallende schotel met bloembladachtige kelkblaadjes. Als een razende drinkt ze nectar uit een cirkel felgroene honingklieren, de onopvallende echte bloemblaadjes van de plant. Helleborussen zijn geweldige planten ‒ ze zijn volledig winterhard, groeien goed in lichte schaduw, vragen weinig water of aandacht en bloeien wekenlang als nog maar weinig planten uit hun winterslaap ontwaakt zijn. Neem ze gerust op in je tuinontwerp en hou je daarbij niet in. Wij zijn dol op hun spectaculaire, vroege, bestuiver vriendelijke bloemen. Maar doe het ook vanwege hun grotendeels groenblijvende, leerachtige, mooi gevormde blad, dat in elke tuinstijl past ‒ van bos tot tropisch, van formeel tot stadstuin.
Als je geluk hebt, kom je tijdens een winterwandeling door sombere, kale bossen twee inheemse soorten tegen met hun hippe groene bloemen. Helleborus viridis (wrangwortel) is van een bovenaardse schoonheid met een prachtig glanzende tooi en H. foetidus (stinkend nieskruid) heeft fijn vertakte bladeren.
Vaak staan ze in tuinen naast kleurige soorten uit andere landen, zoals H. niger
(kerstroos) en diverse prachtige hybriden
Met hun witte en roze tot pruimzwarte bloemen verlichten helleborussen de
donkerste maanden.
( of kruisingen). Met hun witte en roze tot pruimzwarte bloemen verlichten helleborussen de donkerste maanden, en hun populariteit neemt snel toe. Als je ze combineert met sneeuwklokjes, roze cyclamen, varens en felgroene amandelwolfsmelk, is het niet moeilijk te zien waarom.
De oorsprong
Hoewel ze in het Nederlands bijvoorbeeld lenteroos of kerstroos heten, behoren helleborussen niet tot de rozen- maar de ranonkelfamilie. Als je de bloemen van een ranonkel en een helleborus naast elkaar leg t, zie je de vergelijkbare structuur.
Helleborussen zijn af komstig uit het gebied rond de Adriatische Zee en verspreidden zich vanuit dat Europese epicentrum naar het oosten, westen en noorden. Voordat de Himalaya gevormd werd, k wamen ze waarschijnlijk tot helemaal in China voor. Maar ca. 28 miljoen jaar geleden, naarmate de bergketen oprees, raakten sommige planten geïsoleerd. Dit leidde uiteindelijk tot de ontwik keling van de soort H. thibetanus.
Helleborussen worden voor het eerst als tuinplanten genoemd in middeleeuwse k ruidenboeken, als medicinaal la xeermiddel (tegenwoordig niet aanbevolen!). Maar in de Victoriaanse periode werden ze populair vanwege hun decoratieve waarde. De eerste hybride helleborussen waren waarschijnlijk variëteiten van H. orientalis (lenteroos) of hybriden met andere soorten. In Duitse en Engelse plantencatalogi uit 1850-90 werden helleborussen al aangeboden.
De meeste cultivars die tegenwoordig worden verkocht, stammen van moderne helleborussen die sinds de jaren 1970 worden