Zo kweek je zelf pepers

■ Nadat je je pepers hebt gezaaid en ze ontkiemd zijn, verspeen je de zaailingen naar kleine potjes van 9 cm. Zet ze in turfvrije, universele potgrond waar genoeg voeding in zit. Kweek ze verder op bij een temperatuur van 18°C en verpot ze weer naar grote potten zodra de wortels de potjes vullen. Terracotta potten zijn geweldig voor pepers, omdat ze poreus zijn en het er niet snel drassig in wordt. Mik op één plant per pot van 25 cm doorsnee.

■ Pepers zijn fan van heel veel licht en warmte. De beste plek is in een lichte kas, serre of op een vensterbank. Een pot op een zonnig terras of balkon werkt ook erg goed. Uitplanten in borders kan ook, maar hard planten wel eerst goed af voor je ze uitplant. Je zet ze dan gedurende ongeveer tien dagen overdag buiten en ’s nachts binnen. Plant ze pas uit als de temperaturen stabiel boven de 12-15°C blijven.

■ Als je pepers niet vanzelf vertakken, kun je de groeipunt toppen zodra de plant 25 cm hoog is. Hij zal dan zijtakken gaan produceren.

Zet korte (bamboe)stokken bij hogere planten die dreigen topzwaar te worden. Plagen zoals rode spintmijt en bladluis kun je onder controle houden door ze weg te halen zodra je ze ziet. Gebruik vooral geen bestrijdingsmiddelen – de pepers belanden immers uiteindelijk op je bord.

■ Geef je planten niet te veel water, maar geef ze alleen een slok als ze het nodig hebben. Voelt de pot licht aan als je hem optilt? Dat is het moment waarop je de gieter erbij pakt. Geef liefst van onderaf water (in een schotel), zodat de plant het water kan opzuigen. Na een paar uur gooi je het overtollige water weg. En bedenk: peperplanten die af en toe een beetje lijden produceren hetere vruchten!

■ Geef peperplanten eenmaal per week een vloeibare tomatenvoeding (want daarin zit veel kalium) zodra de bloei begint. Dat helpt bij de productie van bloemen en vruchten.

■ De planten zijn zelfbestuivend, dus in principe hoef je daarvoor niets te doen. Maar als je pepers binnen staan, kun je ze een handje helpen door af en toe zachtjes tegen de hoofdstengel te tikken of voorzichtig de pot te schudden.

■ Je kunt pepers groen eten, maar de smaak is vaak het beste wanneer de vruchten volledig rijp en gekleurd zijn. Knip de rijpe vruchten af naar behoefte. Ze rijpen over het algemeen vanaf half juli af. Oogst regelmatig om de aanmaak van meer pepers te stimuleren. Planten in potten kun je in het najaar naar binnen halen om de laatste vruchten te laten rijpen. Je kunt de pepers invriezen, drogen, of inleggen in olie of azijn.

Draag handschoenen bij het verwerken van erg hete pepers.

Pepers houden van rijke, goed drainerende grond.

Voed de planten zodra ze beginnen te bloeien wekelijks voor een betere vruchtzetting.