‘ Waarom ben jij beter dan Siri?’
Al een tijdje leeft de virtuele assistent Siri in bijna al je Apple-apparaten om je met raad en daad bij te staan. Sinds deze zomer kun je de Nederlandstalige Google Assistent downloaden op je iPhone en iPad – we gingen er al even mee aan de slag op pagina 46. Moet Siri nu zijn biezen pakken?
Het eerste wat opvalt, is dat de Google Assistent zich niet als een geest uit de fles laat oproepen. ‘Oké Google’ – de Androidiaanse variant van ‘Hé Siri’ – werkt niet en hem oproepen met de thuis- of zijknop kan al evenmin. Dat is overigens niet de schuld van Google, maar een beperking die Apple oplegt. Maar het zorgt er wel voor dat je in de auto of als je onder de dekens ligt, toch eerder Siri kiest. Apple zorgt voor nog meer hindernissen. Een wekker zetten via de Assistent? Bluetooth uitschakelen? ‘Ik kan dat nog niet doen’, aldus de Assistent. Dat ‘nog’ klinkt hoopvol, maar is mogelijk te optimistisch.
De Assistent heeft een aantal talenten die Siri mist. Zo kun je vervolgvragen stellen en gaat ook vertalen hem bijzonder goed af. De Assistent voelt Nederlandser aan dan Siri, niet in de laatste plaats omdat je via de Assistent met grote Nederlandse bedrijven kunt praten. Onder andere KLM en PostNL zijn al aan boord, er volgen er ongetwijfeld meer. De Assistent lijkt opener dan Siri: je kunt zelf aangeven wat voor nieuws je wilt horen en bij onjuiste antwoorden heb je de mogelijkheid om feedback te geven. Bijvoorbeeld als er sprake is van spraakverwarring, of als de Assistent een eerdere vraag plots niet meer snapt. Wat plussen en wat minnen dus, wat resulteert in drieënhalve ster. Mager? Valt mee. Siri komt ook bepaald niet aan de vijf en bovendien verwachten we nog veel ontwikkelingen op vrij korte termijn. Oké Google, je bent oké. (Laura Grootaarts)