Teletekst
We doen het toch allemaal. Als we een lichamelijke klacht hebben, al is deze nog zo klein en onbelangrijk, dan vragen we dokter Google. De zoekmachine komt heel snel met een resultaat, maar zelfs met een onschuldig hoestje krijg je al gauw een middelzware bronchitis of iets ergers als diagnose.
Dat moet beter kunnen, dachten de ontwikkelaars van de app Ada. Ada is de naam van een vriendelijke kunstmatige intelligentie met veel medische kennis. De hele app is opgebouwd als een conversatie in een berichten-app. Je begint met het invoeren van een symptoom. Vervolgens wil Ada tot in detail weten hoe dat symptoom zich uit. Stel, je hebt een continu een rode neus. Dan wil Ada ook nog weten of je vaak je neus snuit en of je neus vaak dichtzit. Of dat het symptoom zich alleen onder bepaalde omstandigheden voordoet, bijvoorbeeld alleen in het voorjaar. Op basis van je antwoorden laat Ada aan het einde meerdere mogelijke diagnoses zien, gesorteerd op waarschijnlijkheid. Daarnaast krijg je advies of het zinnig is om hiervoor naar de ‘echte’ dokter te gaan, en kun je zien wat een behandeling inhoudt. Voor zover wij het kunnen beoordelen, levert Ada betere resultaten dan dokter Google. Maar de app heeft ook nog een aantal nadelen. Allereerst: hij is alleen beschikbaar in het Engels. Dat maakt het lastig om de symptomen goed te beschrijven en de vragen helemaal correct te beantwoorden. Wat we echter nog erger vinden, is dat je per se een account moet aanmaken – terwijl het vragen stellen ook prima zonder zou werken. Al je gezondheidsklachten worden vervolgens opgeslagen in je account. En dan moet je vertrouwen hebben in het privacy-beleid van zo’n gratis appje uit de Store, hoe praktisch het ook is. (Sven Lamers)