De crisis zou voorbij zijn. Ook in doorsnee Almere?
Alle problemen waar de kwetsbare middenklasse mee kampt, spelen in Almere. Het is een typische middle town . „Het duurt zestien jaar tot ik mijn pensioen krijg. Dat ga ik echt niet halen.”
Als iemand iets weet van het wel en wee van de middenklasse, dan is het Wim IJgosse, arbeidsdeskundige voor een particuliere verzekeringsmaatschappij. Hij woont in Almere Buiten, aan de groene noordrand van de jonge stad Almere. Voor zijn werk behandelt hij ziekmeldingen van ondernemers of zzp’ers die verzekerd zijn tegen arbeidsongeschiktheid. Slechts 20 procent van hen heeft zo’n verzekering. „De andere 80 procent moet het zelf oplossen”, zegt hij.
Een deel van zijn cliënten blijkt niet ziek, maar staat wel onder spanning door verliezen of dreigend faillissement. Hij helpt met advies of bemiddeling als ze niet voor een uitkering in aanmerking komen. IJgosse bezoekt veel mensen met pech. De loodgieter bijvoorbeeld die na ontslag noodgedwongen zelfstandig ondernemer werd en dat niet aankon. Of de aannemer die door een beleidswijziging van de bank zijn krediet verloor, zodat hij niet meer kon investeren.
Na 2008 kwamen veel huiseigenaren ‘onder water’ te staan: de waarde van het huis was gezakt tot beneden de hypotheekschuld. Ondanks stijgende huizenprijzen is lang niet iedereen boven water, maar zolang ze de hypotheek aankunnen, gaat het goed. Bij scheiding of ontslag stort de financiële constructie in: na verkoop van het huis blijft vele jaren schuld over.
De belastingdienst maakt de onzekerheid soms nog groter door uitgekeerde toeslagen voor huur, zorg en kindercrèches na jaren terug te eisen. Als na herberekening blijkt dat de ontvanger er geen recht op had, is het geld vaak al op. IJgosse: „Het is het Amerikaanse model van eigen verantwoordelijkheid. Dat is met een marginaal inkomen niet zo gemakkelijk.”
Zijn eigen werk probeert hij zo lang mogelijk vol te houden, maar hij weet niet of dat lukt tot zijn 67ste, als zijn pensioen ingaat. Zware zenuwpijn in zijn benen door operaties aan zijn aderen maakt het hem moeilijk lang te staan of te zitten. Dat is lastig als hij een cliënt bezoekt.
Modelstad met problemen
De problemen van IJgosse, zijn cliënten en plaatsgenoten zijn typerend voor een Nederlandse middenklasse die kwetsbaar is geworden. Almere heeft een iets bovengemiddeld welstandsniveau, goed geïsoleerde huizen met tuinen en carports, en geldt met zijn gescheiden fietspaden en autovriendelijke uitgestrektheid als een modelstad voor deze groep – ook volop te vinden in Hoofddorp, Purmerend en Zoetermeer.
Van de Almeerse woningen is 66 procent particulier eigendom, tegenover 60 procent gemiddeld in Nederland. Door de fluctuaties van woningwaarde en hypotheekrente zijn de economische slingerbewegingen in Almere heftiger dan elders. En dat maakt mensen onzeker. Het gaat nu weer goed, maar er is geen buffer meer voor als het slecht gaat. Dit is het Amerikaanse model: veel welvaart, maar ook veel pech waarvoor de verzorgingsstaat geen soelaas meer biedt.
Almere is een typische middle town, zegt Godfried Engbersen, hoogleraar sociologie en lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR). „Alle moderne middenklasseproblemen spelen er: baanonzekerheid, relatieonzekerheid, gering profijt van de overheid en afnemende waarde van de middelbare opleiding.” Veel Almeerders hebben mbo als hoogste opleiding. Zijn ze hogeropgeleid, dan vaak niet op academisch niveau. „En de bevolking telt ook steeds meer migranten.”
Middenklasse moet hard werken
De stad biedt een intens portret van de middenklasse in Nederland. Voor de WRR schreef Engbersen mee aan het rapport De val van de middenklasse? Het stabiele en kwetsbare midden, dat vorige maand uitkwam. „Middelbaar en lageropgeleiden zijn qua beroepshoogte sterker op elkaar gaan lijken, terwijl de afstand tot hogeropgeleiden groter wordt”, aldus het rapport.
Hoog- en laagopgeleiden hebben een stabieler inkomen. Volgens Engbersen is het voor de middenklasse zonder vangnet hard werken om de status overeind te houden. De inkomens van Almere liggen dicht bij het Nederlandse gemiddelde, maar volgens Almere in de peiling, een statistisch overzicht van de gemeente, is er sprake van een verschuiving van midden- naar lagere inkomens. Eenvijfde van de Almeerders heeft een laag inkomen. Volgens Almere in de Peiling kan 17 procent van de Almeerders moeilijk tot zeer moeilijk en 37 procent net rond komen.
Elke dinsdag komen bij IJgosse typische middenklasseproblemen ter sprake. Aan klaptafeltjes in de zitkamer speelt dan Klaver Aas, de klaverjasvereniging. Karin Zwart (51) werkt als boekhouder bij een reisbureau; reisbureaus staan onder zware concurrentiedruk van internetboekingen. „Het duurt zestien jaar tot ik mijn pensioen krijg. Dat ga ik echt niet halen.”
Rob Bosman (62) was verkoper in een tapijtzaak en is inmiddels afgekeurd. De WIA-uitkering geeft zekerheid, en hij hoeft niet te solliciteren. „Als 62-jarige kom je niet meer aan de bak”, zegt hij.
Het kan ook meezitten. Istvan Pinter (56) verkoopt campers en is bijna door zijn voorraad heen. „We zijn helemaal los”, zegt hij. De klanten zijn vaak „royale vijftigplussers” die uit de kinderen zijn,
zodat ze kleiner kunnen wonen en geld over hebben voor een camper. Zo kan hij financieel weer ‘inlopen’. Eerder moest hij zijn autobedrijf noodgedwongen verkopen nadat de projectontwikkelaar de huur plotseling flink had verhoogd. Hij ging nog net niet failliet, maar verloor wel bijna drie ton.
Donkere gaten in de winkelcentra
Almere graaft zich op dit moment uit de economische crisis van 2008, die tot stagnatie van de nieuwbouw leidde. Nieuwe bedrijventerreinen vonden geen kopers, de helft van de kantoorgebouwen stond leeg. De gemeente had zich voor honderden miljoenen vertild aan de aankoop van landbouwgrond waarvoor bebouwing uitbleef. Winkelcentra vertoonden donkere gaten omdat niet voor alle ruimtes huurders werden gevonden. Van 2013 tot en met 2015 gingen meer mensen de stad uit dan erin kwamen. De bouw van nieuwe wijken viel stil.
Nu stromen weer bewoners toe uit Amsterdam en Utrecht, waar nauwelijks nog betaalbare huizen zijn te krijgen. Voor de prijs van een eenkamerstudiootje in Amsterdam krijg je in Almere een rijtjeshuis met tuin. De goedkoopste woningen zijn het eerst weg. Daardoor komen ook binnen Almere de verhuizingen weer op gang naar wijken op betere stand.
Volgens de Nederlandse Vereniging van Makelaars zijn de Almeerse huizenprijzen in één jaar met 16,4 procent gestegen. De huren in de vrije sector van Flevoland gingen in één jaar met 23,5 procent omhoog.
Ook grote huizen worden snel verkocht. Mondhygiëniste Sonja Serlie en haar man hadden lang gewacht met de verkoop van hun grote gezinsvilla met tuin. Er was geen belangstelling voor. Afgelopen maand lukte het wel. De verkoopprijs was 475.000 euro, bescheiden vergeleken bij Het Gooi of de Randstad.
De stad groeit weer. De binnenstad heeft een nieuwe Primark en in het oude V&Dgebouw komt een warenhuis van Hudson’s Bay. In de wijk Almere Poort, vlak bij de brug naar Muiden en Amsterdam, wordt weer gebouwd. In 2016 werd de 200.000ste inwoner van de stad verwelkomd. Almere is nu de achtste stad van Nederland, net iets kleiner dan Groningen.
De eerste huizen die in 1976 werden opgeleverd waren sociale huurwoningen voor Amsterdammers die uit te saneren grotestadswijken kwamen. Inmiddels heeft nog maar een kwart een sociale huurwoning. Het is mede daarom dat de VVD tegenwoordig de grootste partij van de stad is. In de jaren 80 was dat nog de PvdA. Ook huizenbezitters Wim en Helma IJgosse stemmen VVD.
De minder welgestelde buurten in de stad zijn vaak een springplank naar betere wijken. Volgens Niels Orij van makelaardij Van der Linden stromen veel mensen door vanuit de sociale huur naar een koopwoning. De stap dáárna is een ander, groter koophuis. Of een huis in een rustiger buurt. Eymert Versteegt (38) verhuisde met zijn vriendin van de Stedenwijk naar de Filmwijk. „We woonden daar in een grotere woning dan waar we nu zitten. Maar de buurt was niet geweldig. Er was veel overlast en kleine criminaliteit. De bushalte bij ons huis was vlak bij een belwinkel waar veel jonge mannen rondhingen”, zegt hij.
Huizen worden gretig gekocht
Wim en Helma kwamen oorspronkelijk uit de Almeerse Kruidenwijk. Vorig jaar werd de busdienst daar tijdelijk stopgezet omdat groepen jongens, vaak van Marokkaanse afkomst, daar stenen naar de bussen gooiden. Bij mensen die klaagden over hun gedrag werden de ruiten ingegooid. Afgelopen maart gebeurde dit weer. Er hangen nu bewakingscamera’s in de straten en de burgemeester ging op bezoek bij de slachtoffers.
Toch vertrekken de mensen niet massaal uit de buurt. Huizen worden nog steeds gretig gekocht, omdat ze goedkoper zijn dan elders. Ook de woningcorporaties zetten huizen te koop. De buurt zou er beter van worden. Volgens de sociaal actieve bewoner Lesley Belfor zijn de huurhuizen te herkennen aan een slecht onderhouden tuin.
Wim en Helma IJgosse zien een nieuwe toekomst voor Almere. „Lelystad Airport wordt uitgebreid. Dat is hier vijftien kilometer vandaan. En binnenkort gaan ze de A6 naar het vliegveld verder verbreden”, zegt Wim. Daar heeft hij verwachtingen van. Dat brengt nieuwe banen, vast, tijdelijk, voltijd, deeltijd en werk voor zzp’ers. Nieuwe welvaart, maar geen grotere bestaanszekerheid.