Ruhrtriënnale
Tijdens de Ruhrtriënnale in Duisburg ging in première. Maar er is meer hoogstaand muziektheater te beleven zoals van Debussy.
Een ‘thinkspiel’, zo bestempelt de Franse componist Philippe Manoury het muziektheaterstuk Kein Licht dat hij samen met regisseur Nicolas Stemann destilleerde uit de gelijknamige toneeltekst van Elfriede Jelinek.
Het naar eigen zeggen nieuwe genre doet zijn etiket eer aan. Met een fikse dosis stekelige humor (ook eigen aan het achttiende-eeuwse ‘Singspiel’) biedt het werk ampel stof tot nadenken. Belangrijkste thema: een kritiek op de onverzadigbare menselijke honger naar energie en de vernietigende kracht van onze moderne technologie.
Tijdens de Ruhrtriënnale ging Kein Licht in première in het Duisburgse Landschaftpark. Met zijn rauwe industriële uitstraling vormt het voormalige hoogovencomplex de ideale setting voor een productie die nadrukkelijk verwijst naar de kernramp in Fukushima en de nucleaire dreiging tussen Noord-Korea en de VS.
Het bühnebeeld spreekt boekdelen. Tussen de afbladderende wanden en stalen trapconstructies van de Gebläsehalle staan twee vloeistofcontainers op het podium. De fluorescerende inhoud sijpelt langzaam over de planken, terwijl videoprojecties beelden van een tsunami en totale ravage tonen. Gekleed in glitterjurken en teletubbie-achtige marsmanpakjes steken een subliem acterende Niels Bormann en Caroline Peters van wal over atomaire deeltjes, elek- triciteit, muziek, violen en een naderende catastrofe. Wat aanvankelijk aandoet als een onbegrijpelijke raaskaldialoog blijkt na verloop van tijd een groteske tekstcollage vol slimme dwarsverbanden en dubbele betekenislagen.
Ondertussen put een uitstekend zingend solistenkwartet en dito spelend United Instruments of Lucilin (Luxemburg) zich uit in een caleidoscopische stroom van kwarttoonlamentaties, atonale kakofonieën en hysterische koortjes.
Een glansrol is weggelegd voor jack russell Cheeky. Componist Manoury verweeft diens virtuoze gejank en gepiep in live-elektronische soundscapes, die variëren van subtiele klankecho’s tot bulderende decibel-erupties. Al met al is Kein Licht een absurdistische en ontregelende kluwen van tekst, muziek, beeld, zang, theater en technologie, die nog lang in je hoofd blijft rondspoken. Urgent muziektheater over urgente thema’s.
De Ruhrtriënnale 2017 staat voor de derde keer op rij onder de artistieke leiding van intendant Johan Simons. Die luidde zijn laatste editie groots in met een nieuwe productie van Pelléas et Mélisande, in een regie van Krzysztof Warlikowski. Dirigent Sylvain Cambreling tekende voor de muzikale leiding.
In Debussy’s baanbrekende opera (naar Maeterlinck) draait het om de fatale liefde van het titelpaar, de paranoïde jaloezie van Pelléas’ halfbroer Golaud en een tragische broedermoord. In de Jahrhunderthalle te Bochum kenmerkt Warlikowski’s enscenering zich door ingenieuze symboliek. Zwart-witte close-ups van de zangers op een projectiescherm aan de achterwand geven de voorstelling een visueel-nostalgische ondertoon. De vluchtig kringelende sigarettenrook van de bij Warlikowski kettingrokende personages verbeeldt de on- grijpbare dimensie van onuitgesproken verlangens en onderhuidse angsten die als een rode draad door de opera voert.
De speelvloer wekt de indruk van een statige balzaal. Aan de linkerzijde zorgt het neonlicht van een aftandse bar voor een fel visueel contrast. Samen met de toevoeging van een gesproken proloog en de nieuwerwetse uitdossing van de hoofdpersonages is het een van de kunstgrepen waarmee Warlikowski het verhaal naar de eigen tijd probeert te trekken, al wordt het waarom daarvan nergens duidelijk.
De muzikale kwaliteit van de productie is hoog. Met haar pure geluid, gedoseerde vibrato en frêle fysiek is Barbara Hannigan de gedroomde vertolkster van het engelachtige personage Mélisande. Mooi hoe haar wendbare stem moeiteloos mengt met de lichte, kernachtige bariton van zielsverwant Pelléas (Phillip Addis) en contrasteert met de krachtige strot van de eeuwige buitenstaander Golaud (een sterk acterende Leigh Melrose). Onder Debussy-kenner Cambreling stijgen de Bochumer Symphoniker boven zichzelf uit. Moeiteloos kleurt het orkest mee met de gevoelstemperatuur van de partituur. Van heiige strijkersnevels en omfloerste blazerslijnen in de eerste aktes tot loodzware donkertinten aan het slot. Manoury, Stemann, Jelinek Debussy, Warlikowski Meer recensies op nrc.nl/cultuur - Boris Giltburg en Residentie Orkest - Vlaklanders van Theater Zeelandia Barbara Hannigan is een gedroomde vertolkster van Mélisande in Debussy’s baanbrekende opera Pelléas et Mélisande.