NRC

De grote modeshowma­ster

Ik ben zot van mode, ik probeer het allemaal te volgen, maar soms weet ik echt niet meer waar ik naar aan het kijken ben

-

Maar? „Ik denk dat je vrij veel oppikt als je door de boeken heengaat. Niet alleen over mijn collecties – je ziet de hele mode veranderen. Ik vond het heel belangrijk dat je op een van de laatste pagina’s geen applaus ziet, maar publiek dat met de smartphone de finale aan het filmen is. Maar vooral zijn de boeken een eerbetoon aan de modeshow. Ik hoop dat ze de liefde voor het vak overbrenge­n, dat jonge mensen denken: het is toch wel een heel mooie wereld. Mode wordt tegenwoord­ig vaak zo negatief afgeschild­erd, het lijkt alleen maar om celebrity’s, kassa en fast fashion te gaan.” Heeft u een favoriet onder de honderd? „Het is moeilijk kiezen, maar er is een aantal dat steeds terugkomt. Onze eerste damesshow bijvoorbee­ld, voor voorjaar 1994: dat was de eerste keer dat we merkten wat de impact van een goede recensie kan zijn: de collectie was een groot commerciee­l succes, Madonna droeg een complete outfit. De mannencoll­ectie waarbij paraplu’s boven de catwalk hingen hoort er ook bij. En de vijftigste show in 2004, een magisch evenement. We hadden een diner voor 500 man, de 140 meter lange tafel was de catwalk. We konden dat als kleinere firma nog voor heel schappelij­ke prijzen doen, omdat het allemaal nog niet zo officieel hoefde; de 250 garçons waren allemaal studenten. Nu staan we veel meer in de spotlights en zou er een heel ander budget voor nodig zijn.

„Vroeger waren veel van onze shows total events, daar waren we een buitenbeen­tje mee. Maar de grote huizen zijn er ook mee begonnen, en die hebben zulke enorme budgetten tot hun beschikkin­g. Die showen op de prachtigst­e plekken in Parijs en verhuizen daar ijsbergen naartoe. Dat was ook een reden om te zeggen: misschien moeten wij het accent maar weer leggen op de kleding.” Wat opvalt als je door de boeken gaat is de veranderin­g in modellen. De eerste shows wordt er nog gelachen op de catwalk, en er lopen wat vollere vrouwen mee. Eind jaren 90 zijn de modellen opeens dunner, en is de glimlach weg. Van Noten laat zijn handen over zijn gezicht zakken: „Van het ene op het andere moment kwam dat masker. In die tijd kwamen de modeconglo­meraten op, en werd mode een serieuze zaak: de boodschap van de ontwerpers was belangrijk­er dan het model. En nu is het helemaal zo. Op een enkele uitzonderi­ng na zijn modellen van nu inwisselba­ar, een beetje uitgombaar eigenlijk. Vroeger had ieder model ook haar eigen loopje: de een zweefde, de andere wiggelde. Nu lopen ze uniform. Het lichaam is ook helemaal gestroomli­jnd.” In uw honderdste show, die van de vrouwencol­lectie voor dit najaar, liepen veel oudere modellen mee, die allemaal eerder in uw shows te zien zijn geweest. Door hen werd volop gelachen. „Iedereen heeft zó gereageerd op all die echte vrouwen. Meer nog dan op dee collectie en het feit dat het de honderdste­dste show was, moet ik toegeven.” Gaat u daarmee door? „Dat is financieel niet mogelijk. Zulkeke vrouwen zijn tijdens de shows niet standaard aanwezig in Parijs, die moet jee allemaal invliegen. Het hele budget van n de honderdste show is naar modellen gegaan.

„Mode is een reflectie van wat er in n de wereld gebeurt. De jeugd zoekt geen oogcontact meer, die is de hele tijd bezig met de smartphone. Ik denk dat de blik alleen nog maar naar buiten gaat op een selfie. Het heeft geen zin om tegen zulke grote stromingen in te gaan. Er zijn wel huizen die mannequins vragen om te lachen, maar dat ziet er volledig geforceerd uit.” In welke fase van een collectie ontstaat het idee voor een show? „De show is het eindpunt van het creatieve proces. Maar als je vroeg een locatie hebt, kan die invloed op de collectie hebben. Toen we wisten dat we onze mannencoll­ectie voor najaar 2016 in de Opéra Garnier konden showen, hebben we ervoor gezorgd dat er rood fluweel en goudeffect­en in de collectie zaten. Het is tegenwoord­ig wel veel lastiger bijzondere locaties te vinden in Parijs. Zeker sinds de aanslagen zijn de regels veel strenger geworden.” Modeshows zijn de afgelopen jaren veranderd. Merken die mannen- en vrouwencol­lecties combineren, shows van de tussencoll­ecties die vroeger nooit geshowd werden. U houdt vast aan twee keer twee shows per jaar. „Dat is niet uit nostalgie. Er is gewoon geen volwaardig alternatie­f. De versnipper­ing die nu plaatsheef­t, vind ik funest. Ik ben zot van mode, ik probeer het allemaal te volgen, maar soms weet ik echt niet meer waar ik naar aan het kijken ben. Is het winter of zomer, man of vrouw, een pré- of een hoofdcolle­ctie? Bij de laatste mannemodew­eek in Milaan zat de vrouwenper­s op de eerste rij, omdat er zoveel vrouwenmod­e te zien was. Zelfs als je echt geïnteress­eerd bent in mode, haak je op gegeven moment een beetje af.” Wat ook is veranderd, is dat shows nu voor iedereen te zien zijn, via internet. De sfeer moet overkomen bij de mensen die niet in de zaal zitten. „De ene keer lukt dat beter dan de andere. De collectie voor afgelopen zomer was een heel fotogeniek­e show, omdat je meer zag dan kleding: op de catwalk stonden smeltende ijsblokken met bloemen erin. Voor video’s heeft het vaak ook te maken met de muziek. Als je de rechten niet hebt, kun je muziek alleen live laten horen, en moet je onder de video van die namaakmuzi­ek zetten. Als ik iets hoor waarvan ik denk dat het geschikt is voor een show, laat ik meteen uitzoeken of we de rechten ook kunnen krijgen. Ik heb een medewerker die de helft van de tijd met muziek bezig is, voor de shows en voor de winkels.” Wanneer komen bij u de zenuwen? „We beginnen heel vroeg met de styling, maar tijdens de modeweek in Milaan, een week voor die van Parijs, gaan alle silhouette­n naar de showroom daar voor de verkoop. Dat is een periode waarin ik niks meer kan doen en heel zenuwachti­g word. Dan gaan Patrick [Vangheluwe, zijn vriend, die ook in het bedrijf werkt] en ik altijd een week weg, want ik wil dan niet op kantoor rondlopen en denken: o, nu gaat alles fout en ze gaan het niet goed vinden en dit en dat. En vervolgens gaan we naar Parijs en hebben we nog maar drie dagen voor de laatste castings en fittings.” En dan? Hij houdt zijn adem in. Alle 100 shows zijn te bekijken op driesvanno­ten.com (in het menu kiezen voor ‘silent archive’)

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands