Ook Doldenaren onrustig, online petitie massaal getekend
Inwoners van Den Dolder waren gewend om te gaan met patiënten van ggzkliniek Altrecht. Maar nu heerst er onduidelijkheid.
Sjoerd Klumpenaar
Hoe kon het gebeuren dat Michael P., een veroordeeld zedendelinquent met een lange gevangenisstraf, zonder begeleiding het terrein van ggz-instelling Altrecht Aventurijn kon verlaten?
Na de vondst van het lichaam van Anne Faber kondigde demissionair minister Stef Blok (Veiligheid en Justitie, VVD) donderdagavond een onderzoek naar de forensisch psychiatrische kliniek in Den Dolder aan. Het zal uitgevoerd worden door twee diensten: de Inspectie Veiligheid en Justitie en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd.
Los daarvan eist een groot aantal Nederlanders een onderzoek naar „het falend rechtssysteem in de zaak Michael P.”, via een online petitie van „een moeder met drie dochters”. De petitie, gericht aan premier Rutte, minister Blok en Altrecht, was deze vrijdag tegen het middaguur al bijna 150.000 keer getekend.
Ook in Den Dolder zelf hebben veel mensen vragen. Bijvoorbeeld mevrouw De Jong, die nabij de kliniek woont. „Ik woon al 57 jaar in Den Dolder, maar word hier toch ongerust van. Ik dacht dat alleen patiënten met een verslaving buiten vrij mochten rondlopen, of die op een andere ma- nier met zichzelf in de knoop zaten. Maar dat ze hier zware criminelen gewoon van het terrein laten en toestemming geven in een auto te stappen, dat is een eng idee.”
Woensdag ontving burgemeester Koos Janssen omwonenden en ondernemers met dezelfde zorgen. Uit het verslag van de avond blijkt dat er veel onduidelijkheid is over wat voor patiënten er bij Altrecht wonen, en waarom er een veroordeelde crimineel vrij in het dorp kon rondlopen. En als ze dan het terrein mogen verlaten, hoe worden ze dan begeleid? Dragen ze enkelbanden? De vragen zullen binnenkort worden beantwoord, zegt de burgemeester. Omwonende kliniek Altrecht De Aventurijn is een van de zorglocaties op het terrein van Altrecht. Het complex ligt verscholen in het bos en wordt door een autoweg gescheiden van de woonwijk in het dorp. Een smalle voetgangersbrug over de weg leidt naar het bospad, maar wie daar naartoe wil wordt tegengehouden door twee beveiligers; ook Altrecht blijkt maatregelen te hebben getroffen. „U mag hier niet verder in verband met het onderzoek. Media? Die laten we er al helemaal niet door.”
Op het dorpsplein is het rustig. Al- leen aan de omstanders is te merken dat er een grote ggz-instelling in de buurt ligt. Op een bankje voor de bakker zit een man met een flesje water en twee blikken bier. Hij lacht en roept iets onverstaanbaars naar voorbijgangers. Van een passerende jongen krijgt de man een sigaret en een vriendelijke ‘boks’ ter begroeting. In het dorpscafé is de vermissing van Anne Faber het gesprek van de dag, maar niemand wil vragen beantwoorden.
Angela Jongbloed loopt met hond en kinderwagen het spoor over, en heeft wel tijd om te praten. Ze woont in de nieuwbouwwijk Duivenhorst, die naast het spoor grenst aan het Altrecht-terrein. Vanuit haar slaapkamer kijkt ze uit op het bos waar het complex ligt. „Je gaat er onbewust toch anders naar kijken. Mijn man laat nu ’s ochtends de hond uit in het bos in plaats van dat ik dat doe. Maar verder leven we gewoon door. Je moet wel, het is toch je thuis hier.”
„Altrecht en de Remia-fabriek. Dat is Den Dolder”, zegt Jongbloed. Ze zegt ‘de bewoners’ van Altrecht goed te kennen. „Het overgrote deel van de bewoners van Altrecht heeft een psychische aandoening of is verslaafd, en zit er niet omdat ze een zwaar misdrijf hebben begaan. Dat is wel belangrijk om je te realiseren. We willen hen toch weer terug de maatschappij in helpen.”
Jongbloed begon een initiatief om samen met buurtbewoners en bewoners van Altrecht om de buurt op te knappen. „Het plan was om perkjes aan te leggen en klimop te snoeien. Ik hoop dat dat het er na al deze commotie nog van komt”, verzucht ze.