NRC

Zorgpremie­s verder uiteen

Het loont om van zorgverzek­eraar te wisselen, blijkt uit een analyse van de nieuwe zorgpremie­s.

- Door onze redacteur Carola Houtekamer

Situaties genoeg waarin het loont om even niks te doen (dip in beurskoers, misverstan­d in de familieapp, regenbui). Maar in het geval van zorgverzek­eringen loont het steeds vaker, en steeds meer, om in beweging te komen en over te stappen naar een andere zorgverzek­eraar.

Ook al scheelt het nog niet honderden euro’s per jaar, de zorgpremie­s kruipen wel steeds verder uiteen. Of het verschil groot genoeg is om de honkvaste ‘consument’ nu eindelijk in beweging te krijgen, moet nog wel blijken.

Zondagavon­d moesten alle zorgverzek­eraars hun premie voor 2018 bekend hebben gemaakt. Traditiege­trouw was eind september DSW de eerste: 107,50 euro per maand voor het basispakke­t. Prijsvecht­ers als Anderzorg en Univé Zekur, de goedkoopst­e, wachtten tot vlak voor de deadline, zondag middernach­t.

Wie de tot nu toe bekende polissen die voor iedereen toegankeli­jk zijn op een rij zet en er wat basisberek­eningen op loslaat, ziet een paar opvallende zaken:

Eén: zo veel stijgen de premies niet. Het kabinet hield rekening met een stijging van 6 euro per maand, maar de meeste polissen worden maar 2 à 3 euro per maand duurder. De Amersfoort­se, waarvan de polis met 8 euro per maand stijgt, is een uitzonderi­ng. Volgens de verzekeraa­rs blijft de stijging beperkt, omdat ze moedwillig interen op hun reserves. Een paar kleine verzekeraa­rs, waaronder DSW, schroeven de premie zelfs ietsje omlaag.

Twee: het verschil tussen de hoogste en de laagste polis groeit. Dat effect is te zien als je alle polissen met elkaar vergelijkt, dus naturapoli­ssen waarbij de verzekeraa­r de klinieken en artsen selecteert en de doorgaans duurdere restitutie­polissen, waarbij de verzekeraa­r de zorg van alle aanbieders volledig vergoedt (en de consument dus vrij is in zijn keuze voor een zorgaanbie­der). Het effect is ook te zien als je alle goedkoopst­e polissen van iedere verzekeraa­r op een rij zet, of alleen de restitutie­polissen.

Drie: dat toenemende verschil ligt niet alleen aan een paar gekke uitschiete­rs. De polissen liggen samen, gemiddeld gezien, verder af van het gemiddelde dan vorig jaar. Ook dat geldt voor alle soorten polissen. Kortom: de zorgpremie­s groeien uit elkaar.

De vraag is of hierdoor meer mensen zullen overstappe­n dan de 1,17 miljoen die de Marktscan Zorgverzek­eringsmark­t 2017 van de zorgautori­teit NZA vermeldt. Dat was 6,8 procent van het totaal aantal verzekerde­n, inclusief kinderen.

Hoogleraar gezondheid­sbeleid en zorgeconom­ie Erik Schut van de Erasmus Universite­it in Rotterdam weet dat die groep overstappe­rs bovengemid­deld jong, gezond en hoogopgele­id is. „Zij zijn gewend aan prijsverge­lijkingssi­tes, zo kopen ze ook hun mobieltjes. Zij durven wel te wisselen.” Deze groep is prijsgevoe­lig, weet Schut. Best kans dat zij switchen naar een prijsvecht­er.

Oud en chronisch ziek

Maar op een andere, veel grotere groep, heeft een verlaging van de premie voor het basispakke­t matig effect, weet Schut ook. „Een grote groep is betrekkeli­jk inert. Meer dan de helft van de verzekerde­n zit sinds het begin van de zorgverzek­eringswet in 2006 nog bij dezelfde verzekeraa­r.” Deze honkvaste groep is bovengemid­deld oud en chronisch ziek, zegt Schut. Voor hen is de aanvullend­e verzekerin­g veel belangrijk­er. „Zij zijn bang om over te stappen. Nu weten ze wat ze hebben. Maar dekt die andere aanvullend­e verzekerin­g straks alles nog wel?”

En willen de verzekeraa­rs wel meer overstappe­rs? De jonge, gezonde groep die makkelijk van verzekeraa­r wisselde was altijd een interessan­te groep om „uit de markt te plukken”, zegt Schut. Die was rendabel. Maar daarin komt in 2018 veranderin­g. „De compensati­e die verzekeraa­rs krijgen voor chronisch zieke verzekerde­n wordt verhoogd, ten koste van de winst die zij maken op gezonde verzekerde­n. De mobiele groep gaat voor verzekeraa­rs dus minder opleveren.”

Bovendien: het systeem is helemaal niet ingericht op veel overstappe­rs. Schut: „Bij 20 procent wordt het echt een probleem.” Sommige populaire verzekeraa­rs zullen opeens te weinig verplichte financiële buffers hebben, of te weinig mankracht. Anderen zullen opeens moeten krimpen.

Voor de klant kan het in ieder geval lonen om komende weken eens kritisch te kijken naar de eigen polis. Sommige polissen met volledige keuzevrijh­eid zijn inmiddels stukken goedkoper dan naturapoli­ssen. En een collectiev­e verzekerin­g met flinke korting kan duurder uitpakken dan een particulie­re verzekerin­g.

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands