Geen geitenwollensok
et moet 2012 of 2013 zijn geweest, toen ik als Belgisch staatssecretaris voor Fraudebestrijding Den Haag aandeed. Die ochtend nam ik in de trein de Nederlandse kranten door. Op de economiepagina’s was toen de strijd tegen brievenbusfirma’s – schimmige constructies die de fiscus en de samenleving voor miljarden belazeren – hét topic van de dag. Ik herinner me mijn stijgende verbazing toen ik las dat niet de verontwaardiging ‘tegen’, maar de economische argumenten ‘voor’ de toon bepaalden. Zo mocht een expert doodleuk waarschuwen dat de strijd tegen grote fiscale fraude of ontwijking de Nederlandse staatskas wel eens 3 miljard euro zou kunnen kosten.
Die sfeer lijkt vandaag, bijna tien jaar na de bankencrisis, helemaal terug. Met Mark Rutte als nieuwste woordvoerder, nu hij in Nederland de dividendbelasting wil afschaffen. Bij gebrek aan valide argumenten om zijn plan door te drukken, eindigde hij afgelopen weekend met een uithaal naar België. Zo stelt de ministerpresident zich op als schoothond van een falende politiek van weleer. ergis u niet: de afschaffing van de dividendbelasting draait helemaal niet om de economie, zoals Rutte beweert. Het debat gaat daarentegen over de samenleving die we willen zijn en draait rond één cruciale vraag: zorgen we er in Europa samen voor dat superrijken, grootaandeelhouders en multinationals op een correcte manier bijdragen? Of doen we dat niet, sluiten we onze ogen, en plezieren we liever de machtigen in een spelletje ‘om ter laagst’?
Het is duidelijk welke kant Rutte kiest. Zonder schroom voert hij een politiek in naam van een ideologie waarvoor de econoom Milton Friedman de grondslag legde. Voor deze oud-adviseur van Ronald Reagan
BRIEVEN
Als docent aan de lerarenopleiding maatschappijleer gebruik ik NRC vaak als bron voor mijn colleges. „Een van de weinig kwaliteitskranten van Nederland!”, roep ik er dan bij. Maar nu schrijft mijn kwaliteitskrant dat maatschappijleer een vak is dat geassocieerd wordt met „geitenwollensokken en pluizigheid”, en dat burgerschapskunde „kennelijk hetzelfde lot beschoren is” ( Burgerschapskunde als schoolvak verdient extra impuls, juist nu, Commentaar, 10/11). Serieus? Bij ons in de vakgroep: geen geitenwollen sok te bekennen. Wel hoge hakken en hippe gele sneakers. Aan pluizigheid was het simpel: laat de economie groeien door de sterkste schouders nóg sterker te maken en leg het bedrijfsleven vooral niks in de weg. Ongelijk maar wel duidelijk – het noodzakelijke kwaad van een onversneden rechts liberaal beleid. riedman overleed in 2006. De wereldwijde financiële crisis die twee jaar later uitbrak, maakte hij niet mee. In de nasleep daarvan werden op internationaal vlak beslissingen genomen die tot dan steevast werden weggezet als ‘schadelijk voor de economie’. Zo sneuvelde het bankgeheim, wisselden landen voor het eerst automatisch bankgegevens uit om fraude op te sporen, en kwamen er nieuwe regels om samen – over de landsgrenzen heen – de belastbare basis van multinationals te bepalen.
Een kentering. De overtuiging dat een overgrote meerderheid te veel belastingen betaalde omdat een kleine minderheid dat gewoon niet deed, groeide met de dag. Net zoals de overtuiging dat besparen in onderwijs en zorg niet langer een natuurwet hoefde te zijn, als iedereen zijn of haar eerlijke bijdrage levert. Hoe rijk je ook bent.
Die tegenbeweging dreigt nu stil te vallen. Niet zozeer omdat consultants en fiscalisten weer alles doen om achterdeurtjes en ontsnappingsroutes te vinden – vorige week werd dat nog eens pijnlijk duidelijk met de Paradise Papers – maar vooral omdat toonaangevende politici terug lijken te willen naar een punt dat we, dacht ik, achter ons hadden gelaten. Rutte doet de waarheid onrecht aan als hij zegt dat dit over groei, begroting of bedrijfsklimaat gaat. Het gaat over privileges voor wie de macht heeft om de politiek naar zijn hand te zetten. elkens weer worden zulke cadeaus – ook in België – verkocht ‘in naam van de economie’. Maar welke economie zou het doen we ook niet. Maatschappijleer wordt gegeven door goed opgeleide docenten, die beslist bekwaam genoeg zijn om les te geven over het politieke stelsel en over vele andere onderwerpen die de samenleving aangaan. Daarnaast initiëren ze in de klas netelige discussies over uiteenlopende actuele vraagstukken zoals de migrantenkwestie, de #MeToo-discussie of seksuele diversiteit. Dat tweedeklassers laag scoren op burgerschap, zoals vorige week bleek uit onderzoek, is mede een gevolg van het feit dat maatschappijleer pas gegeven wordt vanaf de derde of vierde klas. Het vak wegzetten als achterhaald of ondermaats is niet de oplossing. Bij maatschappijleer doen leerlingen Saskia Oosterhoff docent lerarenopleiding maatschappijleer, Leeuwarden