Wie mag de schoen met rode zool maken?
Al jaren woedt er een juridische strijd over de rode zolen van Christian Louboutin. Heeft hij het alleenrecht?
Mag alleen Christian Louboutin hakken met een rode zool verkopen? Dat is de vraag waar al jaren juridisch over wordt gestreden, en die sinds deze week dinsdag bij de grootste kamer van het Europees Hof van Justitie ligt.
De Franse ontwerper Louboutin verwierf faam met zijn hooggehakte pumps met rode zool, geliefd onder film- en popsterren. De prijzen zijn daar ook naar: een schoen begint bij een paar honderd euro. Een bedrag dat zo kan oplopen tot een paar duizend euro, afhankelijk van wat er naast de kenmerkende rode zool nog meer op de schoen zit: studs, kant, gekleurde kralen of andere versieringen.
In 2012 bracht Van Haren een eigen damesschoen met rode zool op de markt. De hakken uit de Fifth Avenue- collectie (filmster Halle Berry was het gezicht van de lijn) kostten 40 euro. Wel het uiterlijk van een luxe schoen dus, niet de prijs.
Principiële kwestie
De schoenen hebben niet heel lang in de winkels van de schoenenketen gestaan, dat eigendom is van het Duitse Deichmann; momenteel heeft het bedrijf 142 vestigingen. Louboutin heeft de rode zolen als handelsmerk in de Benelux laten registreren en vond dat Van Haren daar inbreuk op maakte. Het sleepte vaker bedrijven voor de rechter die ook een hak met rode zool op de markt brachten, zoals Zara en Van Dalen. In de zaak met Van Haren gaf de rechter Louboutin in eerste instantie gelijk, in 2013. Van Haren moest stoppen met de verkoop van de schoenen, op straffe van een geldboete.
In reactie daarop vorderde de schoenenketen Van Haren een ongeldigverklaring van het merk en sindsdien is de zaak verworden tot een principiële kwestie over de vraag of een rode zool wel een merk kan zijn, en of Louboutin daar het recht op heeft.
Merkenrecht is aan te vragen op een kenmerk dat de producten of diensten van het ene bedrijf van het andere onderscheidt. Dat kan een logo zijn, maar ook een kleur of vorm. Eenmaal een merkrecht verworven is dat in principe, zolang het merk gebruikt wordt, voor altijd. Daarom zijn er strenge eisen verbonden aan wat voor merkbescherming in aanmerking komt.
Zo zijn er een hele hoop vormen uitgesloten voor het aanvragen van merkenrecht omdat hun vorm bepaald wordt door hun functie. Een wiel heeft nu eenmaal een bepaalde vorm – en daar merkenrecht op verlenen zou kunnen betekenen dat één bedrijf het in theorie eeuwigdurende monopolie op het vervaardigen van de producten verwerft.