Sport
huurt een klein appartement in Amsterdam en kan zo ongestoord en anoniem de homowereld ontdekken. „Ik ging veel uit en leerde voor het eerst in mijn leven andere homo’s kennen. Ik was altijd heel gedisciplineerd, maar kwam ineens te laat bij trainingen en wedstrijden. Het was een late pubertijd, een ontdekkingsreis.”
Veel meer zelfvertrouwen
Die periode is nodig, want De Greeff wil „honderd procent zeker weten” dat hij homo is, voordat hij het zijn omgeving vertelt. „Ik kreeg ook veel meer zelfvertrouwen. Jongens vonden mij leuk en ik hoorde positieve verhalen over uit de kast komen.”
Wanneer De Greeff naar een homoclub gaat, stelt hij zich voor als ‘Matthijs’. Gaat hij een club binnen, kijkt hij eerst goed om zich heen. „Ik was heel bang dat het uit zou komen. Maar op een gegeven moment werd ik onvoorzichtiger, omdat het mij minder kon schelen.” Hij vertelt het vage kennissen en langzaamaan sijpelt het ‘nieuws’ de hockeywereld binnen: Thijs is homo.
„Omdat het rondging en omdat ik er ook eindelijk aan toe was, heb ik toen een dag vrij genomen en de mail aan mijn teamgenoten van Pinoké geschreven.”
Docherty begrijpt dat De Greeff het voor zich heeft gehouden, maar vindt het „echt, echt jammer”. Hij ziet hem als een broer. „Ik was er graag voor ’m geweest.”
De Greeffs coming-out was overigens „de grootst mogelijke anticlimax”. Iedereen reageerde positief, al was er wel die ongemakkelijke stilte toen de spelers van Pinoké heren 2 elkaar voor het eerst weer zagen. „Gelukkig riep een teamgenoot in het kringetje ‘en nu gaan we die homo’s inmaken’. Geweldig, alle spanning was meteen weg.” Reageren? m.dallinga@nrc.nl