Schone energie kost horeca en winkelsector banen
De energietransitie bezorgt vooral ingenieurs werk, zegt het PBL. Winkels en horeca voelen vanwege afnemende koopkracht juist de pijn.
Hester van Santen
Dat de overgang op schone energie in Nederland tienduizenden vacatures zal opleveren voor bouwvakkers en installateurs, is al een paar keer verteld. Maar door de hoge kosten van deze energietransitie gaan er ook tienduizenden arbeidsplaatsen verloren, doordat bedrijven en huishoudens minder te besteden hebben. Dat laat het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) zien in een rapport dat woensdag is verschenen.
„Bijvoorbeeld in de horeca”, zegt arbeidsmarktonderzoeker Anet Weterings van het PBL. „Als mensen veel betalen voor zonnepanelen of isolatie, blijft er minder over om uit eten te gaan.” Weterings en haar collega’s denken dat de energietransitie in 2030 voor grote verschuivingen op de arbeidsmarkt zorgt.
Het goede nieuws is: netto levert die schone energie werk op – ruim 100.000 vacatures in 2030. Maar onder dat getal gaat schuil dat voor veel mensen geen plaats meer is op de arbeidsmarkt. En in de zee aan nieuwe arbeidsplaatsen die ontstaat, zwemmen vooral veel technici. Weterings: „Het gaat wringen.”
Het team rond Weterings bracht in opdracht van drie ministeries in kaart hoe de vraag naar arbeid toe- of afneemt door de energietransitie. Het kabinet wil dat in 2030 de uitstoot van broeikasgas 49 procent lager is dan in 1990. Dat houdt Nederland nog net op koers om de mondiale temperatuurstijging te beperken tot ruim onder de 2°C, het doel van het klimaatakkoord van Parijs.
Die maatschappelijke omwenteling drukt haar stempel op de arbeidsmarkt. De Sociaal-Economische Raad brengt in april een advies daarover uit, mede op basis van dit PBL-rapport.
Dat de energietransitie banen moet opleveren, is een belangrijk politiek thema. Begin dit jaar is er voor de maatschappelijke onderhandelingen voor het nieuwe klimaat- en energieakkoord (met beleid tot 2030) een speciale ‘taakgroep’ ingesteld voor arbeidsmarkt en scholing.
Regionale verschuivingen
De PBL-cijfers laten nog eens zien dat de energietransitie een enorme operatie is. In 2030 moeten het bedrijfsleven, huishoudens en de overheid er 28 miljard euro in investeren, schat het PBL, van warmtepompen tot nieuwe zonneparken. Zonder de halvering van de broeikasuitstoot zouden die kosten slechts 15 miljard zijn.
Om de effecten op de arbeidsmarkt van 2030 in te schatten, ging Weterings ervan uit dat alle investeringen ook echt gedaan worden, zodat de klimaatdoelen van het kabinet gehaald worden. „Iedereen gaat ervoor. Dat is dus heel ambitieus.”
Het PBL simuleerde de arbeidsmarkt, verdeeld over zestig sectoren, De energietransitie creëert banen voor technici.
Balans