Burgers in Idlib hebben het gevoel dat ze weer even veilig zijn
Jihadisten trekken zich terug uit Idlib, de laatste Syrische provincie in handen van de gewapende oppositie. Met een Turks-Russisch akkoord lijkt een bloedbad afgewend. Maar over de toekomst van Idlib bestaat nog veel onzekerheid. e 45-jarige Raed Fares ging afgelopen vrijdag zoals elke week naar het centrum van het stadje Kafranbel in de provincie Idlib om er te demonstreren. „Maar er was helemaal niemand op straat. Ik ben terug naar huis gegaan.”
Dat was de voorbije weken wel anders. Toen het ernaar uitzag dat het Syrische regeringsleger en zijn bondgenoten zich opmaakten voor een grootschalig eindoffensief tegen Idlib – de laatste Syrische provincie in handen van de gewapende oppositie – gingen de mensen daar massaal de straat op.
„De mensen waren heel bang voor het naderende offensief. Ze wilden uitschreeuwen dat zij niet allemaal terroristen zijn, zoals het regime beweert”, zegt Fares, een leraar Engels die internationaal bekend werd door de betogers in Kafranbel slimme, Engelstalige boodschappen te laten uitdragen aan het adres van de internationale gemeenschap.
„Sinds de deal tussen Rusland en Turkije hebben we het gevoel dat we opnieuw veilig zijn. Het is niet meer nodig om te demonstreren”, zegt Fares. Hij is optimistisch dat het huidige bestand lang kan standhouden én dat nu eindelijk wordt afgerekend met de jihadistische groeperingen die „zijn” revolutie hebben bezoedeld.
Eind september kwamen de presidenten Erdogan en Poetin in het Russische Sotsji overeen een gedemilitariseerde bufferzone te creëren op de grens tussen regerings- en rebellengebied in Idlib. Binnen die zone van 15 à 20 kilometer breed moesten uiterlijk 10 oktober alle zware wapens worden teruggetrokken en 15 oktober ook alle strijders van groeperingen die als terroristisch worden beschouwd. Dat is in de eerste plaats Hayat Tahrir alSham (HTS). Rusland en Turkije hebben afgesproken er samen op toe te zien dat het akkoord wordt nageleefd, al is nog niet duidelijk hoe dat in de praktijk gaat gebeuren.
Nieuwe vluchtelingencrisis
Voor Turkije, dat de opstand tegen Assad heeft gesteund, speelt dat het koste wat kost een nieuwe vluchtelingencrisis aan de Turkse zuidgrens wil voorkomen. Turkije herbergt nu al 3,5 miljoen Syrische vluchtelingen. In de provincie Idlib wonen bijna drie miljoen mensen, het grootste deel zijn vluchtelingen uit andere delen van Syrië. Turkije heeft ook gewaarschuwd dat Europa een nieuwe vluchtelingenstroom kan verwachten na een Idlib-offensief.
Voor Rusland, de voornaamste bondgenoot van Assad, speelt de toenadering mee tot Turkije, een NAVO-lidstaat. Maar ook: de Sotsji-deal legt de bal helemaal in het kamp van Turkije. Hoewel het akkoord in principe alleen over de gedemilitariseerde zone gaat, is voor iedereen duidelijk dat Turkije nu de taak heeft om in heel Idlib de gematigde rebellen te onderscheiden van de extremisten, én die laatste te Een strijder van de Syrische oppositie bij een checkpoint in Idlib.