Iedereen probeert loyaliteit aan Kremlin te tonen
Andrej Soldatov, Russische cyberexpert
Andrej Soldatov werkt aan een nieuw boek, maar waar dat over gaat, wil hij niet zeggen. „Vandaag de dag liggen álle thema’s in Rusland gevoelig. En u weet hoe lastig het is mensen aan het praten te krijgen.”
Onderzoeksjournalist Andrej Soldatov is Ruslands bekendste cyber- en inlichtingenexpert. Samen met collega Irina Borogan schreef hij twee geruchtmakende boeken, die inmiddels gelden als standaardwerken. In The New Nobility (2010) beschrijven Soldatov en Borogan de restauratie van de geheime dienst FSB als een van de belangrijkste machtsstructuren van Rusland. In The Red Web (herzien in 2017) legden ze bloot hoe het Kremlin het Russische internet controleerde en omvormde tot een machtig wapen. Deze dinsdag is Soldatov in Nederland, voor een optreden met de Brit Eliot Higgins, de man achter onderzoekscollectief Bellingcat. De titel van de lezing, georganiseerd door kennisplatform Raam op Rusland, is Who’s afraid of the FSB? Waarschijnlijk wordt vooral gesproken over die ándere Russische inlichtingendienst, de GROe.
Twee weken terug gaf de MIVD details over de aanhouding van vier GROe’ers in Den Haag. Vorige week onthulde Bellingcat de ware identiteit van de tweede verdachte van de aanslag op oud-spion Sergej Skripal. Daarmee bewezen de amateuronderzoekers van Bellingcat dat de twee mannen die voor de camera’s van RT zeiden dat ze de kathedraal van Salisbury kwamen bekijken, Russische agenten zijn. Verbaasde het u dat de verdachten van de aanslag op Skripal zijn ontmaskerd? „Ja en nee. Bij elk grote zaak worden Russische agenten op een of andere wijze gesnapt. Maar niemand had verwacht dat de echte namen zo snel bekend zouden worden. We leven in een digitale wereld met grote databases, digitale sporen en overal videocamera’s. De incompetentie van de Russische agenten is verbazend. De GROe had het imago van een professionele organisatie, geslotener dan de andere diensten. De GROe hield zich bezig met het verzamelen van inlichtingen op het slagveld en militaire spionage. Niemand had verwacht dat de GROe een politiek instrument zou worden.” De GROe loopt overal in Europa tegen de lamp, lijkt het wel. Is dat de incompetentie waar u over sprak? Of is de dienst veel actiever geworden? „De indruk ontstaat dat hun rol enorm is toegenomen. De Amerikaanse verkiezingen, dopingschandalen, hacken van journalisten. Het ministerie van Defensie heeft een belangrijke positie in het politieke leven ingenomen. Dat is heel opmerkelijk. Rusland is geen Zuid-Amerika. De politieke macht lag bij de binnenlandse diensten, niet de militairen. Maar sinds de annexatie van de Krim in 2014 gedraagt Defensie zich heel activistisch, in Rusland en over de grens. Militairen zijn veel zichtbaarder in het openbare leven. Op Moskouse tankstations worden nu legerrantsoenen verkocht. Dat is allemaal propaganda voor de strijdkrachten. Iedereen weet dat het belangrijk is te laten zien dat je loyaal bent en van nut voor het Kremlin. Defensieminister Sergej Sjojgoe is een ambitieuze man. Het ministerie van Defensie, als grote en dure structuur binnen het staatsapparaat, probeert zijn loyaliteit te tonen.” GROe is de populairste dienst geworden? „Dat is een deel van het verhaal. Het klassieke beeld van de stammenstrijd tussen de diensten was in de jaren negentig actueel, nu niet meer. Toen het schandaal rond ‘Petrov’ en ‘Bosjirov’ losbarstte, meldde de FSB achter de lekken aan te gaan. De FSB helpt de GROe. En het hacken van [wereldantidopingagentschap] WADA toont dat de GROe probeerde de aandacht af te leiden van het schandaal dat de FSB in Sotsji veroorzaakte. [FSB’ers verwisselden in 2014 tijdens de Winterspelen urinemonsters van Russische sporters, red.] Ik zie geen symptomen van de concurrentie waar iedereen het altijd over heeft.” En die vermeende incompetentie? „De GROe heeft dramatische hervormingen doorgemaakt. De vorige minister van Defensie, Anatoli Serdjoekov, probeerde de rol en omvang van de GROe in te perken. Door hem verloor de GROe de ‘r’ in de afkorting. [De ‘r’ staat voor ‘inlichtingen’; officieel heet de GROe tegenwoordig ‘GOe’, een naam die amper ingang heeft gevonden.] Dat was een belediging. De afbraak verklaart het gebrek aan professionaliteit. Toen Sjojgoe minister werd [in 2012] werd alles teruggedraaid en de financiering juist uitgebreid, maar het oude kader was toen al weggelopen. Neem Anatoli Tsjepiga [verdachte ‘Roeslan Bosjirov’]: in feite een commando, die goed operaties kan uitvoeren in het veld, maar geen normale inlichtingenman. „Bij de FSB werken carrièreofficieren die langdurig worden voorbereid op het werken in het buitenland. De spetsnaz, de speciale troepen van de GROe, zijn vaak contractsoldaten die opereren op het grondgebied van de oude Sovjet-Unie. Ze hoeven geen talen te kennen, ze moeten kunnen schieten. Je kunt niet verwachten dat zij professioneel kunnen optreden in West-Europa.” Maar ze passen wel in de agressieve buitenlandse politiek die Moskou nu voert. „Ik ben geen politiek expert, maar het lijkt alsof buitenlandse politiek, die gebaseerd dient te zijn op een strategische doctrine, plaats heeft gemaakt voor een eindeloze reeks ‘speciale operaties’. Poetin reageert op het Westen met agressieve tegenzetten, of het nou lukt of niet. Je besteedt 50 miljard aan de Spelen om je internationale reputatie op te krikken, en je gooit nog geen week later alles in de prullenbak met de annexatie van de Krim. Vervolgens probeer je de aandacht af te leiden door inmenging in de Donbas, en dan met de Amerikaanse verkiezingen. Met als enige gevolg: sancties. Ze denken tactisch te winnen, strategisch is het een enorme mislukking. De GROe denkt op tactisch niveau: je voert de opdracht uit. Het is verbazingwekkend te zien hoe aangebrand Russische politici reageren als ze een operatie laten uitvoeren en de hele wereld zich erna tegen hen keert. Niemand houdt rekening met de gevolgen.” Onderscheiden de agressieve operaties van de GROe zich van de klassieke praktijk uit de Koude Oorlog? „Zeer zeker. In de Koude Oorlog waren de KGB en de GROe bureaucratische organisaties, waar mensen vooral werkten aan hun eigen carrière. In de jaren tachtig werden beide diensten elitaire structuren, voor generaalskinderen. Het meest prestigieuze was een post in het buitenland. De Sovjet-inlichtingenofficieren waren erg voorzichtig, om te voorkomen te worden uitgezet. Petrov en Bosjirov hebben niets te verliezen. Ze komen van het dorp, hun carrière is het leger.” Wat kan het Westen doen? „Ik denk dat westerse diensten al heel lang nadenken hoe ze de Kremlin-operaties kunnen afremmen. Er is van alles geprobeerd: een opmerking van Obama tegen Poetin in de wandelgangen, officiële verklaringen, sancties. Dat hielp weinig. Na de zaak-Skripal lijken de diensten te hebben besloten openheid van zaken te geven. Dat dwingt de Russische diensten tot damage control en verlaagt automatisch het tempo van hun operaties. De tactiek van naming and shaming bleek effectiever dan gedacht. Als je alleen diplomatieke nota’s uitwisselt, geef je Russische politici de gelegenheid naar buiten te komen met een uitgestreken gezicht: wij weten van niets. Nu komt er informatie naar buiten die journalisten kunnen checken. Maar alles verbleekt bij het tvinterview dat Margarita Simonjan [de hoofdredacteur van staatszender RT] afnam met ‘Petrov’ en ‘Bosjirov’. Iedereen kon zien hoe agenten eruitzien, hoe ze praten. Dat was verbazingwekkend.” Een blunder van de zittende macht? „Dat interview heeft meer schade toegebracht aan het imago van de GROe dan wat dan ook.”
De tactiek van naming and shaming bleek effectiever dan gedacht