Minister wil Stint voorlopig nog niet terug op de weg
Het besluit om de Stint van de weg te halen, wordt bij de rechter aangevochten. Een gastouder meent dat de minister dit niet kon doen.
Mark Duursma
De Stint, de elektrische bolderkar van het fatale ongeluk in Oss op 20 september, komt voorlopig niet terug op de weg als het aan minister Cora van Nieuwenhuizen ligt (Infrastructuur en Waterstaat, VVD). Onderzoeksinstituut TNO heeft van de minister de opdracht gekregen voor een onderzoek naar de technische aspecten en veiligheid van de Stint. Dit onderzoek wordt rond de jaarwisseling afgerond.
Dat bleek donderdagmiddag bij een kort geding in Utrecht. Een gastouder uit Almere, Michelle van Zundert van gastouderopvang Het Kinderstraatje, probeert via de rechter het tijdelijke verbod te laten opheffen. Zij heeft één Stint en kan de zes kinderen op wie ze past nu niet goed vervoeren. Op 1 oktober besloot Van Nieuwenhuizen om de toelating van de Stint tot de openbare weg te schorsen voor onbepaalde tijd. Ze vond de Stint, met name de rem, niet veilig genoeg. Dat besluit is omstreden omdat de gevolgen ingrijpend zijn en de gronden onduidelijk.
3.500 Stints ongebruikt
Veel kinderdagverblijven maken gebruik van de Stint, geïntroduceerd in 2012 voor het vervoer van kinderen van en naar school. Er staan nu 3.500 Stints aan de kant. Organisaties voor kinderopvang denken dat de kosten voor ouders zullen stijgen omdat ander vervoer – busjes, taxi’s – duurder is.
Het besluit van de minister is ook omstreden omdat niet helder is op basis waarvan zij precies heeft besloten tot de schorsing. De rechter probeerde dat te achterhalen maar
‘Selectief geciteerd’
RTL Nieuws meldde woensdag dat de minister bij de onderbouwing van haar besluit selectief heeft geciteerd uit een nog geheim rapport. Dit kwam tijdens het kort geding niet aan de orde, maar rechtskundig adviseur Werner van Bentem, die Het Kinderstraatje bijstaat, zei dat de kans op een technisch defect bijzonder klein is. Volgens advocaat Pietermaat „kan zich een situatie voordoen waarin het zeker is dat de Stint onveilig is.”
Van Bentem betwistte de bevoegdheid van de minister om de Stint van de weg te halen. Toelating is wettelijk vastgelegd, verbieden niet. Volgens de advocaten van de minister betreft het een ‘impliciete bevoegdheid’: wie het recht heeft een voertuig toe te laten, mag het ook verbieden – en dus ook schorsen. De uitspraak volgt op 1 november. Op de avond van diezelfde dag spreekt de Tweede Kamer met de minister over de Stint.