POLITIEK DENKER ‘Er zijn alleen meerderheden tégen iets, niet vóór iets’
De huidige politieke crises markeren het eind van een lange golfbeweging die in de jaren zeventig begon, zegt de Zweedse oud-minister Allan Larsson. „Mensen willen een nieuw sociaal contract.” p maandagavond, toen de Franse president Emmanuel Macron de Fransen via de televisie tegemoet kwam met 10 miljard euro aan sociale maatregelen, had Allan Larsson een diner in Stockholm. Larsson (1938) was begin jaren negentig minister van Financiën in Zweden en werkte later bij de Europese Commissie als directeur-generaal Werkgelegenheid en Sociale Zaken. Hij is een sociaal-democraat. Naast hem aan tafel zat die avond een Zweed die in de bouw werkt en vertelde dat hij nog nooit zoveel appartementen had neergezet als nu – niet in Zweden, maar in China. Ze bespraken de onbedwingbare bouwlust van de Chinezen. En hoe je bouwprojecten kunt begeleiden met sociale programma’s om een ‘ community spirit’ te bevorderen.
Op weg naar huis, die avond, zag Larsson op zijn telefoon dat Macron de gele hesjes zojuist 100 euro extra minimumloon, belastingvrij overwerk en andere sociale regelingen had aangeboden. Hij was onder de indruk.
Tegelijkertijd maakte het hem somber, vertelt hij in een lang telefoongesprek. Somber, vanwege het contrast met het eerste deel van de avond. „Als je over China praat, is je gesprek constructief. De Chinezen gaan ergens heen. Er is perspectief, een geloof in een betere toekomst waar je met zijn allen naartoe werkt. Dat collectieve geloof is er in Frankrijk niet. Macron reikt de gele hesjes de hand. Dat is goed. Hij moet dat doen. Maar er zit ook een tragisch aspect aan, want hij kan niet onderhandelen. Met wie moet hij praten? Er is niemand. De gele hesjes vormen een bonte groep. De een wil dit, de ander dat. Ze willen geen leiders. Macron gooit zijn voorstellen in het luchtledige. Er komt geen echo. Niets. Hij kan nergens mee aan de slag. Niemand kan in Frankrijk aan de slag, met wat dan ook.”
Larsson, een bedachtzame man met een zachte stem, ziet het protest van de gele hesjes als teken, of liever als een van de vele tekenen, dat we in de westerse wereld politiek op een dood punt zijn aanbeland. Het bestaande systeem functioneert niet meer, zegt hij, maar er is nog geen zicht op een nieuw systeem dat het kan overnemen. In het lange essay How can we understand the times we are living through? schreef hij bijna twee jaar geleden dat Europeanen en Amerikanen, anders dan de Chinezen, geen paradigma meer hebben. Geen ‘denkkader’. Dat veroorzaakt frustratie. En angst. „Onze leiders, onze instellingen, onze politieke partijen, de manier waarop we de maatschappij hebben ingericht: alles maakt deel uit van dat oude systeem. Daarmee kunnen we het antwoord Allan Larsson: „Vanaf de jaren 70 heerst het idee dat de maatschappij er wel bij vaart als markten hun gang kunnen gaan.” op die frustraties en angsten niet meer bieden. Politici gebruiken de vertrouwde politieke instrumenten en middelen, maar het overtuigt burgers niet meer. Het overtuigt politici trouwens zelf ook niet meer. Kijk hoe ze draaien bij de minste weerstand, zoals bij het Marrakesh-pact. Kijk hoe ze doormodderen, zonder veel overtuiging. We zijn in een lege kamer beland. Een kamer waarin veel mensen iets vinden en roepen, maar waarin collectieve actie steeds moeilijker wordt. Die situatie kan makkelijk explosief worden. Duistere krachten kunnen in zo’n atmosfeer hun werk doen. Eerst gebeurde dat in het Verenigd Koninkrijk, in 2016 met het Brexit-referendum. Daarna in de Verenigde Staten, met de verkiezing van Trump. Nu op het Euro- pese vasteland: Zweden kan al vier maanden geen regering vormen. België neemt zijn toevlucht tot een minderheidskabinet. In Frankrijk praat iedereen langs elkaar heen. In Duitsland is de belangrijkste oppositie extreem-rechts.” Ziet u geen lichtpuntjes? Allan Larsson: „Misschien wordt Trump afgezet. Misschien gaat Brexit niet door. Misschien krijgt Macron alsnog greep op zijn land en stippelt hij weer een koers uit waarin mensen kunnen geloven. Ik hoop het. Maar als je een stap terugzet en dit moment in de geschiedenis probeert te plaatsen, dan zie je dat we aan het eind van een lange golf zijn gekomen. Op zo’n moment heerst er vaak ernstige politieke verwarring. Dat is de onderstroom van de politieke crisis van nu.” Wat voor lange golf is dat? „De golf die in de jaren zeventig begon. Hij wordt gekenmerkt door financiële deregulering en onder andere de trickle-down theory, aangezwengeld door Reagan en Thatcher: de overtuiging dat de maatschappij er wel bij vaart als de markten hun gang kunnen gaan. Inkomen en rijkdom zouden vanzelf worden gedistribueerd over de samenleving. Er zou genoeg werk zijn voor iedereen. Als je maar hard werkte, zou alles goed komen.” Nu zien we dat het niet goed komt. „Ja. Eén: de globalisering, die ontstond doordat markten niet meer nationaal werden gecontroleerd en dus mondiaal werden, is te ver doorgeslagen. Dat bleek al in 2008. Twee: vooral in Angelsaksische landen, waar de trickle-down theory het verst werd doorgevoerd, is steeds meer sociale ongelijkheid ontstaan. Het is geen toeval dat de onvrede daarover dáár het eerst tot uitbarsting kwam. Eerst met Brexit, later met de verkiezing van Trump.” U was minister in de jaren negentig. Heeft u spijt van die financiële dere- gulering destijds? „In de jaren negentig piekte de lange golf waarvan we nu het eind beleven. De deregulering ging toen veel te ver. Maar Zweden was atypisch. Eind jaren tachtig barstte hier een financiële bubbel. In 1988-1989 hadden we een zware crisis. Ik moest puin ruimen. Dat heb ik twee jaar gedaan: opruimen, proberen er greep op te krijgen door juist te gaan reguleren. Maar het was moeilijk om de geest in de fles te krijgen. Het evenwicht tussen markt en staat was toen al verstoord.” Klopt het dat lange golven ongeveer vijftig jaar duren? „Dat klopt, maar waarom dit zo is, weet niemand. Degene die deze lange golven als eerste signaleerde, was de Russische statisticus Nikolaj Kondratjev. Hij maakte vijfjarenplannen voor de landbouw. Hij keek naar groothandelsprijzen en productiecijfers en ontdekte dat de economie ongeveer elke halve eeuw door een dal gaat. Zo verklaarde Kondratjev de financiële crisis van 1929: als het eind van een lange golf van globalisering en deregulering. De crisis van 2008 was een vergelijkbaar moment.” Dus in 1929 belandde men ook in een lege kamer? „Precies. En van daaruit de afdaling naar de dark valley van de jaren dertig.” De golf die toen begon, duurde tot begin jaren zeventig. Was er toen ook een lege kamer? „Zeker: oorlog in Vietnam, financiële crises en stagflatie, de oliecrisis. Het duurde tot eind jaren zeventig tot twee sterke leiders, Ronald Reagan en Margaret Thatcher, aan de macht kwamen. Alles draaide politiek in een kringetje rond. Toen namen Reagan en Thatcher de teugels in handen. De nieuwe golf was begonnen.” Zetten Trump en de Britse Nigel Farage nu een nieuwe golf in? „Het is nog niet helemaal duidelijk hoe het zal lopen. Maar zij proberen de teugels te nemen.”