Protest tegen Orbán houdt aan
In Boedapest werd ook maandag gedemonstreerd tegen twee omstreden wetten. Volgens de regering zit filantroop Soros erachter. Onvrede over wetten heeft de oppositie van links tot rechts verenigd
Roeland Termote
In de Hongaarse hoofdstad Boedapest zijn maandagavond wederom duizenden mensen de straat op gegaan om te protesteren tegen wetgeving die regeringspartij Fidesz vorige week aannam. De protesten houden al dagen aan.
Een eerste nieuwe wet van de Hongaarse regering dreigt arbeiders onder druk te zetten om veel meer overuren te maken en zo de economie aan te zwengelen. Een tweede wet leidt tot de oprichting van nieuwe rechtbanken voor bestuursrechtelijke zaken die onder controle van de regering zullen staan.
Onvrede over de impopulaire wetten heeft vakbonden en oppositiepartijen, van links tot extreem-rechts, verenigd in verzet. Met een hoogtepunt van tien- tot vijftienduizend de- monstranten op zondag lokten de protesten nog geen enorme mensenmassa, maar ze verliepen wel in een buitengewoon gespannen sfeer.
Een aantal demonstranten zocht zondag, na vredig verlopen optochten, de confrontatie op. Zij drumden tegen de oproerpolitie aan of gooiden met rookbommen en vuurwerk. Als reactie hield de politie tientallen mensen aan en spoot met traangas rond.
Een Belgisch-Canadese student die deelnam aan de demonstraties wordt naar eigen zeggen vals beschuldigd van geweld tegen de politie. Hem hangt een gevangenisstraf van twee tot acht jaar boven het hoofd. Nieuwssite 444.hu publiceerde een geluidsopname gemaakt door een Hongaarse student. Op het bandje zou te horen zijn hoe de 21-jarige man geïntimideerd wordt door een politie- agent die hem even tevoren gewurgd en geslagen zou hebben.
Oppositieleiders grepen het optreden van de ordediensten aan om meer woede op te wekken tegen de autoritaire premier Viktor Orbán. Zondagavond leidden ze enkele duizenden aanhangers naar het hoofdkwartier van de publieke omroep. Daar eisten ze dat hun voorstellen, zoals het terugdraaien van de overurenwet en het garanderen van onafhankelijke publieke media, uitgezonden zouden worden. Nadat veiligheidsagenten een oppositielid hardhandig het gebouw uit sleurden, stonden de demonstranten er maandagavond weer.
De regeringspartij stelt de protesten ondertussen voor als een samenzwering. Fidesz-woordvoerder Balász Hidvéghi poneerde de theorie dat ze georkestreerd werden door een „pro-immigratie Soros-netwerk”. Regeringsgezinde media nemen dat verhaal over.
De Amerikaanse progressieve filantroop Soros, van joods-Hongaarse afkomst, is een bekende voorstander van legale migratie en een geliefde zondebok voor de zelfverklaarde anti-migratiestrijder Orbán.