Laten we dat koninklijke museum opnieuw inrichten
Kritische reacties volgden op het nieuws van de veiling van kunstvoorwerpen uit de koninklijke collectie, waaronder een tekening van Rubens ( Koninklijke fami
lie laat deel kunstcollectie veilen, 8/1). Er werd opgemerkt dat de Oranjes wel een museum hadden mogen oprichten om hun onderdanen te laten meegenieten van hun kunstbezit. Uitgerekend koning Willem II heeft dat ooit gedaan. Hij liet daarvoor in 1842 achter het Paleis Noordeinde de Gotische Zaal bouwen, ontworpen naar het voorbeeld van de Hall van Christ Church College in Oxford. Daar hing zijn belangrijke verzameling oude meesters, terwijl de tekeningen – zoals Rubens’ voorstudie voor de Kruisoprichting – in een aangrenzende galerij te zien waren. Het was de bedoe- ling van de koning om zijn verzameling te laten zien aan belangstellenden. Het was nog geen museum zoals wij dat kennen, waar mensen ronddwalen na entree te hebben betaald, maar de koning wilde daar wel zijn verzameling museaal presenteren. Hij liet daarom kunstenaars de ingerichte zaal tekenen en verspreiden als publiciteit voor zijn museum. Behalve kunstenaars en buitenlanders bezochten ook Nederlandse burgers het koninklijk museum. Het bestond maar kort, want na de vroege dood van de koning in 1849 werd de collectie geveild en over de wereld verspreid. De Gotische Zaal is er nog. Leeg. Misschien idee om daar 170 jaar na sluiting weer een museum met koninklijke kunst te vestigen.