Verzet tegen mogelijke schikking Shell
Organisaties die aangifte deden tegen Shells optreden in Nigeria vrezen een schikking. Zij vragen de minister om een rechtszaak. Hester van Santen Erik van der Walle
De vier belangenorganisaties die in 2017 aangifte deden tegen Shell wegens illegale activiteiten in Nigeria, vrezen dat het Openbaar Ministerie aanstuurt op een schikking. In een brief aan minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid, CDA) formuleren ze een aantal eisen als het tot een schikking met Shell komt, en niet tot een rechtszaak.
Aanleiding tot de aangifte tegen Shell en vier bestuurders, onder wie bestuursvoorzitter Ben van Beurden, was het handelen van het olieconcern in Nigeria. De belangenorganisaties hebben Shell aangegeven wegens corruptie, deelname aan een criminele organisatie en bedrog, en het OM gevraagd daar onderzoek naar te doen.
„We hebben van diverse bronnen vernomen dat het OM aanstuurt op een schikking”, zegt Simon Taylor van corruptiebestrijder Global Witness. „Schikken is een trend in veel landen, zoals in het Verenigd Koninkrijk. Het wordt gezien als een positieve uitkomst in zeer complexe corruptiezaken.” Afgelopen najaar trof het OM voor 775 miljoen euro een schikking met ING vanwege witwaspraktijken.
De vier belangenorganisaties – naast Global Witness het eveneens Britse Corner House, HEDA Resource Centre (Nigeria) en Re:Common (Italië) – zijn bang dat Shell door te schikken vervolging kan afkopen, zonder schuld te erkennen. Daar komt bij dat Shell, „anders dan ING” volgens de organisaties geen enkele medewerking aan justitie heeft verleend. Shell bestrijdt in een reactie met klem dat het geen medewerking verleent.
„Er ligt in deze zaak zoveel bewijs, dat we geen enkele reden zien waarom je hier niet zou moeten vervolgen”, zegt Taylor.
Shell en de Italiaanse partner Eni betaalden in 2011 voor het olieveld OPL 245 in Nigeria samen 1,3 miljard dollar. Het grootste deel van dat geld
BANKENTOEZICHT
De Nigerdelta in Nigeria. Geld dat Shell hier betaalde voor een olieveld eindigde vooral bij politici en ambtenaren.