Latijns-Amerika verdient Nederlandse ondersteuning
Minister Sigrid Kaag (D66) wil maatschappelijke organisaties versterken. Zonde dat ze juist LatijnsAmerikaanse bewegingen links laat liggen, schrijven Barbara Hogenboom en Michiel Baud.
Donderdag bespreekt minister Sigrid Kaag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, D66) haar nieuwe beleidsplan in de Tweede Kamer. Daarin staat dat maatschappelijke organisaties en belangengroepen burgers een stem geven en bijdragen aan een open samenleving en democratisering. Ze roepen overheid en bedrijfsleven ter verantwoording ten aanzien van duurzame ontwikkeling en mensenrechten. Een sterk maatschappelijk middenveld, een civil society, is onmisbaar, aldus Kaag.
In Latijns-Amerika spelen sociale bewegingen van oudsher een cruciale rol in het controleren en corrigeren van de overheid. Hun activiteiten zijn een poging om de democratie te versterken. Momenteel komt dit element van de Latijns-Amerikaanse politiek sterk naar boven. In Chili, Ecuador, Bolivia, Argentinië, Peru en Haïti trekken burgers de straat op uit teleurstelling en woede over politici en hun beleid, maar ook vanwege een diepere maatschappelijke onvrede. En wat doet Nederland, een land dat als één van de weinige landen ter
Argentijnen krijgen wereld het maatschappelijk middenveld zegt te willen steunen? Heel weinig, helaas. Latijns-Amerika blijft buiten beschouwing in het beleidsplan voor versterking van het maatschappelijk middenveld. Nederland was juist een belangrijke steunpilaar van maatschappelijke en overheidsorganisaties tijdens de (postdictatoriale) democratische wederopbouw in de jaren tachtig en negentig. Dit leverde ons goodwill, goede bilaterale banden en een belangrijke positie op.
In de recente onrust in de regio vallen naast nationale verschillen enkele terugkerende thema’s op. Ten eerste is er nauwelijks vertrouwen in politici en democratische instellingen, vooral sinds de vele corruptieschandalen. Terwijl het continent historisch-cultureel in belangrijke mate westers georiënteerd is, dreigen burgers alle vertrouwen te verliezen in de democratie. Ten tweede is er na jaren van groei nu onzekerheid over de economische vooruitzichten, en over de vraag wie er gaat opdraaien voor bezuinigingen en hervormingen.
Dat nu zelfs het relatief welvarende Chili in de greep is van protesten, legt de nadruk op het derde element: de extreme sociale en economische ongelijkheid in de regio. Terwijl armoede de laatste twintig jaar aanzienlijk werd teruggedrongen, blijft de afstand tussen rijk en arm opvallend groot. Dit leidt tot gespleten samenlevingen en politieke polarisatie. Verder worstelt de regio met conflicten rondom het gebruik van land, water en natuur, met georganiseerde misdaad en onveiligheid en met de migratiestromen uit met name Venezuela en MiddenAmerika.
Terwijl de internationale pers beelden laat zien van stenengooiers en van brandstichting, zijn de meeste uitingen van onvrede juist opvallend vreedzaam en goed georganiseerd. Jongeren en ouderen die in Chili op straat samen liederen zingen; inheemse groepen in Ecuador die naar de hoofdstad komen om te demonstreren; studenten in Nicaragua en Venezuela die ondanks de risico’s kritiek blijven uiten. Veel van dit soort bewegingen leveren al jaren een constructieve bijdrage aan de strijd voor eerlijke kansen en een verbetering van onderwijs, gezondheidszorg, rechtssysteem en milieubescherming. Maar zij worden steeds meer geconfronteerd met onderdrukking en criminalisering. Activisten die opkomen voor mensenrechten en het milieu lopen de grootste risico’s: het afgelopen jaar werden zo’n tweehonderd, vooral lokale milieuactivisten, vermoord.
Nederlandse steun voor het maatschappelijk middenveld is dus hard nodig in LatijnsAmerika. Daarmee helpen we de democratie te versterken en gaan we machtsmisbruik, corruptie en straffeloosheid tegen. Sterke banden met deze regio heeft ook voordelen voor Nederland en Europa. Zo is het beter zaken doen in landen met een transparante overheid en sterke rechtsstaat. Bovendien zijn de maatschappelijk organisaties en overheden uit deze regio met 650 miljoen inwoners belangrijke partners voor de internationale bevordering van mensenrechten (inclusief lhbti-rechten), de bestrijding van klimaatverandering en de versterking van multilaterale instellingen en rechtssysteem.
Een brede groep Nederlandse maatschappelijke organisaties en wetenschappers vraagt al langer om een actief beleid voor versterking van het maatschappelijk middenveld in Latijns-Amerika. Het is hoog tijd dat minister Kaag deze oproep serieus neemt. De nieuwsberichten zetten deze boodschap kracht bij. Het is daarom belangrijk dat de leden van de Tweede Kamer de minister deze week alsnog verzoeken Latijns-Amerika op te nemen in het nieuwe beleidskader. en zijn verbonden aan het Centrum voor Studie en Documentatie van Latijns Amerika (CEDLA), Universiteit van Amsterdam.