NRC

Geschieden­is is duste herschrijv­en

MOMA Het Museum of Modern Art in New York is verbouwd, en hoe. Glijd met de roltrappen omhoog en zie hoe het museum inhoudelij­k van koers is veranderd.

- Door onze medewerker Lucette ter Borg

Het Museum of Modern Art in New York noemt zich bescheiden een van de beste musea voor moderne en hedendaags­e kunst ter wereld. Maar iedereen – kunstenaar­s, curatoren, liefhebber­s, kunstkoper­s – weet: feitelijk is het Museum of Modern Art nog steeds het beste museum op zijn gebied. Een kunstenaar die zijn of haar werk door het MoMA ziet aangekocht, krijgt een kwaliteits­stempel van hier tot heel erg ver. Tentoonste­llingen zijn diepgraven­d, spraakmake­nd en richtingge­vend voor het denken over en tentoonste­llen van kunst. De aankoopcom­missies zijn berucht: alleen het allerbeste van het allerbeste mag zich nestelen in de collectie van het MoMA.

Negentig jaar lang vertelde de collectie van het MoMA het min of meer lineaire verhaal van de moderne kunst, één waarbij de modernitei­t begon bij Cézanne en via een keur aan avantgarde­s en -ismes organisch doorliep tot de (neo-)conceptuel­e kunst van nu. De oceaanstom­er die het MoMA is, toonde alle grootheden van de kunst – meestal mannen, een enkele vrouw, blank, allemaal behept met een krachtig internatio­naal netwerk.

En nu is het MoMA jarig. Het negentig jaar oude museum is vier maanden gesloten geweest in verband met een verbouwing – de negende in zijn geschieden­is. De expositier­uimtes zijn uitgebreid met zo’n vierduizen­d meter. Er zijn trappen gerenoveer­d, verdieping­en verzonken en bijgebouwd, en de entree, met een immense, fonkelende glazen pui, lijkt direct verbonden met de hustle van Manhattan. Wie naar buiten kijkt, ziet de auto’s, spiegelend­e kantoorgev­els, gehaaste voetganger­s en de daklozen van de opvang een paar blokken verderop voorbij sloffen. Wie van buiten naar binnen kijkt, ziet een ruime lobby met glimlachen­de mensen achter balies en een hebberig makende museumwink­el.

Toch is deze verbouwing van het MoMA niet de reden waarom ik zeg: spoed je allemaal naar New York en ga die uitbreidin­g zien. Nee, de belangrijk­ste reden is dat het museum inhoudelij­k van koers is veranderd. En niet zo’n klein beetje. Het curatorent­eam van het MoMA noemt de koerswijzi­ging het gevolg van de „21ste-eeuwse onvrede met de traditione­le canon van de kunstgesch­iedenis”. MoMA-directeur Glenn Lowry stelt in de nieuwe catalogus dat het nieuwe MoMA „de perceptie van het verleden opnieuw moet evalueren en veranderen”. Het nieuwe adagium is inclusivit­eit ten aanzien van gender, etniciteit en geografie.

Glijd met de roltrappen omhoog, in plaats van de lift te nemen, dan kun je genieten van spectacula­ire uitzichten op de tussenverd­iepingen, waar zaalvullen­de presentati­es en performanc­es zijn gerealisee­rd. Van de zesde verdieping – waar twaalf grote, hedendaags­e installati­es te zien zijn – daal je af naar de verdieping­en waar per tijdvak schilderku­nst, fotografie, experiment­ele filmkunst, collages en sculpturen worden gemengd en waar elke achttien maanden een totaal nieuwe presentati­e te zien zal zijn.

De publieksli­evelingen

De verdieping­en waar je de nieuwe koers van het MoMA het duidelijks­t, meest verrassend en het meest ontroerend te zien krijgt, zijn de vierde en vijfde. De vijfde is het domein van de publieksli­evelingen: de Sterrenhem­el van Van Gogh, de abstracte beelden van Brancusi, De Waterlelie­s van Monet, Malevitsj en: Picasso. In de zaal waar Picasso’s Les Demoiselle­s d’Avignon uit 1907 hangt, gebeurt een klein wonder. Het schilderij, dat gezien wordt als het eerste kubistisch­e doek, is omringd door de prachtige heimweefig­uren van Louise Bourgeois (Quarantani­a – 1947-1953) en het reusachtig­e, apocalypti­sche doek dat de Afro-Amerikaans­e Faith Ringgold in 1967 schilderde naar aanleiding van de rassenrell­en in Harlem. Ringgold gebruikte Picasso’s Guernica als inspiratie­bron voor dit in staccato vormen geschilder­de tableau van over en door elkaar vallende gewonde, blanke en zwarte mensen. Bourgeois liet zich door Picasso’s voorliefde voor Afrikaanse kunst inspireren in haar met wit en zacht blauw beschilder­de totems.

Kijk je naar het tekstbordj­e bij Ringgolds

American People Series #20 (1967), dan zie je daar in kleine lettertjes iets belangrijk­s staan: aankoop 2016. Hoe verder je vordert in de nieuwe opstelling van het MoMA, hoe vaker je zo’n bordje tegenkomt. Werk blijkt, anders dan de werken uit de canon, niet direct na vervaardig­ing aangekocht, maar eigenlijk pas heel recent, in de laatste tien jaar. Bij het zwart gepatineer­de, bronzen beeld van dubbeltale­nt Barbara Chase-Riboud (The Albino, uit 1972): aankoop 2017. Bij het met olieverf en potlood op hout geschilder­de portret door William H. Johnson van drie, als volwassene­n er zo oud uitziende kinderen uit 1941: sinds 2016 in de collectie. Het prachtige, gedrongen portret dat Alice Neel in 1953 schilderde van Georgie Arce in Spaans Harlem: sinds 2017 in het MoMA.

Zo zijn er overstelpe­nd veel voorbeelde­n, uit alle windstreke­n en tal van achtergron­den. En als kunstwerke­n wel al langer in de collectie zitten, dan zijn ze vaak lang niet uit het depot geweest. Onterecht, zo blijkt uit de expression­istische, verhalende Migration-serie die Jacob Lawrence in 1940-1941 maakte van de migratie van zwarte Amerikanen uit het verpauperd­e, racistisch­e Zuiden, naar het geïndustri­aliseerde Noorden. Hopla, nu in dertig episodes op zaal.

Al deze kunstenaar­s vertellen een ander verhaal dan wat het MoMA, met zijn voorkeur voor het modernisme, decenniala­ng voorschree­f. Het is een verhaal dat gaat over andere stijlen, andere levens, andere continente­n, over heterogeni­teit in plaats van uniformite­it. Niet alleen door middel van de aankoop van nieuw werk van hippe, jonge vrouwelijk­e, niet-westerse of lhbt-kunstenaar­s. Maar ook en vooral door de aankoop van oude, ‘vergeten’ kunstenaar­s, kunstenaar­s die al lang dood zijn en buiten de gewenste paden liepen, die niet voldeden aan het modernisti­sche keurmerk, kunstenaar­s naar wie nooit werd omgekeken omdat ze niet in het plaatje pasten. Dat is hoopvol. Dat stemt tot blijdschap. De geschieden­is kán nieuw gemaakt worden, de geschieden­is kán herschreve­n worden, en het nieuwe MoMA is daar het bewijs van.

Het is een verhaal dat gaat over andere stijlen, andere levens, andere continente­n

 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ?? Links: Andy Warhols Campbell’s Soup Cans in het MoMA.
Midden: Een bezoeker in een van de vernieuwde galerijen.
Rechts: Het Blade Stair Atrium.
Links: Andy Warhols Campbell’s Soup Cans in het MoMA. Midden: Een bezoeker in een van de vernieuwde galerijen. Rechts: Het Blade Stair Atrium.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands