‘Laat het landschap zelf sturend zijn’
Vanuit Amsterdam liep Caspar Janssen anderhalf jaar door Nederland. Hij schrok van wat hij zag, maar blijft optimistisch. „Het kan.”
AMSTERDAM. Op een dag in mei
2017 verliet journalist en schrijver Caspar Janssen (57) via het Vondelpark en de langgerekte groenstrook de Brettenzone zijn woonplaats Amsterdam. Zijn doel was een voettocht door Nederland te maken; geen natuurwandeling, maar een ontdekkingstocht „door de landschappen”.
Dat is een essentieel verschil, zegt Janssen: „Natuurwandelingen zijn er volop in ons land en voeren vaak langs museumwandelpaadjes en mooie mini-natuurgebieden. Maar die routes zijn niet representatief voor ons land. Slechts 13 procent bestaat uit natuur, waarvan de helft productiebos. Dus ja, wat is dan natuur nog? Landbouwgrond beslaat 65 procent en juist hier wilde ik me op concentreren. Wat gebeurt daar? Hoe gaan boeren met het land om? Neem de explosieve maatschappelijke discussie, ontstaan door de stikstofproblematiek. De oorzaak daarvan ligt ook in het boerenland, met intensief agrarisch beheer, met uitstoot van ammoniak en het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen. Ik wilde zelf gaan kijken naar dat landschap en het gebruik daarvan.”
Janssen liep ruim anderhalf jaar door heel Nederland en deed bijna dagelijks in de Volkskrant verslag, onder de titel Caspar loopt. Nu zijn de stukken gebundeld en heeft de auteur een belangwekkend essay aan zijn verslaggeving toegevoegd. Voor iedereen die geïnteresseerd is in onze natuur is Caspar loopt van onschatbare betekenis. Op heldere wijze zet hij de ingewikkelde materie van landbouw en natuurbeheer uiteen. Daartoe vond hij een mooie methode: kijken naar de logica en geschiedenis van het landschap in combinatie met wat wij er nu mee doen.
Alles moet meer, groter, lelijker. De beloofde natuur kwam er niet of nauwelijks
Journalist
Op zijn voorstel gaan we naar de Diemer Vijfhoek pal naast Amsterdam, een stuk wilgen- en moeraswildernis aan het Ijmeer, aangelegd met slib en bagger afkomstig van de bouw van de elektriciteitscentrale Nuon, nu Vattenfall. Janssen: „Dit is compensatienatuur, een typisch Nederlands fenomeen. Voor de centrale werd veenweidenatuur opgeofferd en dan moet er dus nieuwe natuur komen. En zo is er de laatste decennia een ruilhandel ontstaan die vaak slecht uitpakt voor de natuur. Hoe mooi het hier ook is, groter dan een postzegel is het niet.”
Landschapspijn
Tijdens zijn tochten ontmoette Janssen natuurkenners, biologen, vogelaars, paddenstoeldeskundigen en boeren die de moed hebben om met de natuur mee te boeren – mensen die hem inspireren en voor wie hij bewondering heeft.
„Soms raakte ik gedeprimeerd door wat recent ‘landschapspijn’ heet, en het regime waaraan we onze leefomgeving hebben onderworpen. Alles moet meer, groter, lelijker. Grootschalige landbouw, zoals ingezet in de jaren zestig, heeft ons platteland op veel plaatsen stevig vernield. De beloofde natuur kwam er intussen niet of nauwelijks.”
In de Diemer Vijfhoek zien we een havik en horen we waterrallen. Omgewaaide wilgen liggen over het pad. Janssen groeide op in de buurt van Nijmegen, tussen de rivieren. Vandaar zijn voorliefde voor het rivierenlandschap, vermoedt hij. „Maar ik geniet ook van landschappen met houtwallen en meidoornhagen, korenvelden met vogels en boerderijen met vee dat buiten kan lopen. Van landschap waarin landbouw en natuur verweven zijn. Een boer vertelde dat hij en zijn vrouw ‘niet meer koeien houden dan ze aan gras hebben’. Dat is beter voor het vee én voor het land. Maar de banken en de wereldmarkt jagen boeren op tot torenhoge investeringen, aanschaf van reuzenmachines en gebruik van kunstmest en bestrijdingsmiddelen. Zo gaat de biodiversiteit teloor.”
Dan hebben we de varkenshouderij in Brabant nog niet genoemd. Daar leven zes miljoen varkens in dichte megastallen – maar op zijn voettocht zag Janssen er bijna niet één. „Ik vind het onbegrijpelijk dat we dit nog altijd toestaan.”
Toch is Janssen niet pessimistisch en ziet hij een oplossing: „Kleinschaligheid
en minder productie is de enige uitweg tegen de wantoestand van grootsheid en rendementsdenken. Ik ben ervan overtuigd dat we de schoonheid van het landschap moeten nastreven, en als de regering dat wil dan kan dat. Laat het landschap zelf sturend zijn, zoals dat gebeurde langs de rivieren. Daar kwam ruimte voor de rivier. Dat had het landschap nodig, dat als het ware ‘meebeweegt’ met de rivier. Het land werd veiliger én mooier.”
Terug in Amsterdam
Na zijn anderhalf jaar durende tocht kwam Janssen via de Diemer Vijfhoek weer aan in Amsterdam. Heeft de reis hem veranderd? „De enorme grootschaligheid van de landbouw en van bedrijventerreinen is nog manifester dan ik al dacht, het is zó dominant en ingrijpend in ons landschap. Maar gelukkig en vrolijk stemmend zag ik ook belangrijke initiatieven en kleinschalige, natuurvriendelijke landbouw. Ik hoop dat het laatste de norm wordt en dat de Europese geldstromen die kant op gaan.”
Ondertussen is Janssen een nieuw onderzoek begonnen, op zijn stadsbalkon: „Daar is het mooi, daar is voedsel voor stadsvogels en akkerhommels. Het kan dus – zelfs op de kleine schaal van een balkon.”
Uitg. Atlas Contact, 340 blz. Prijs € 22,99