Monumentale kunstwerken uit Dijkzigt gered vlak voor de sloop
Van de vier grote werken uit het oude ziekenhuis waren er al twee gered van de sloop, nu zijn ook de laatste twee veilig.
ROTTERDAM. Twee monumentale kunstwerken in het oude Dijkzigt-ziekenhuis zijn gered van de sloop. De wandschilderingen zijn de afgelopen weken in delen van de muur afgenomen en bij de restauratoren in opslag gelegd. Naar een bestemming voor herplaatsing van de werken wordt gezocht. De gemeente laat nu een inventarisatie maken van kunst in en aan Rotterdamse gebouwen om te helpen herhaling te voorkomen, maar zal verder niet financieel bijdragen.
De geredde muurschilderingen zijn van de hand van Rotterdamse kunstenaars die vooral bekend zijn van hun monumentale werken uit de wederopbouwtijd. Begin november is Het leven der insecten van Kees Franse uit het ziekenhuis gehaald. Hiervoor heeft de Werkgroep Monumentale Kunst van Erfgoedvereniging Heemschut zijn budget beschikbaar gesteld. Deze week was het de beurt aan Pauw met zonnestaart van Johan van Reede, op initiatief van de restauratoren en met een financiële bijdrage van de familie Van Reede.
Een plek in een woontoren
De twee enorme muurschilderingen maakten deel uit van een groep van vier in het in 1961 opgeleverde Dijkzigt. De twee andere ontliepen eind vorig jaar al de sloop: Kinderen in het bos van Dolf Henkes krijgt dankzij vastgoedontwikkelaar Blauwhoed een plek in woontoren Stack op de Müllerpier en de Erasmus Universiteit adopteerde een titelloos werk van Louis van Roode. (Zie NRC 1 december 2018: Sloop je het gebouw, dan vaag je ook de kunst weg).
Dat de werken zijn gered, is voornamelijk de verdienste van Johanna Jacobs en Gerard van den Berg van de Werkgroep Monumentale Kunst, die zich inzet voor het behoud van kunst in en om gebouwen in heel Nederland. De laatste twee schilderingen zijn voor de poorten van de hel weggesleept, zeggen ze. „Ik zag de sloophamer er al doorheen gaan. Daar werd ik letterlijk ziek van. Ik ben heel opgelucht dat ze nu veilig zijn”, aldus Jacobs. Ze prijst de medewerking van sloopbedrijf Oranje, dat het pand al heeft overgenomen van het Erasmus MC.
Ook Lito van Reede, zoon van de in 2016 gestorven Johan van Reede, is blij dat het werk van zijn vader behouden blijft. „Ik had het niet meer verwacht. We hadden al een brief gekregen dat we foto’s mochten komen maken en afscheid nemen.”
Betere bescherming voor kunst
De laatste twee schilderingen zijn ‘voor de poorten van de hel weggesleept’
De opslag bij de restauratoren in België is tijdelijk, als het goed is. „De druk om de werken uit het ziekenhuis te halen voor de loop was enorm hoog’’, zegt Van den Berg. „Nu die druk eraf is zullen we aan de bak moeten om afnemers te vinden voor herplaatsing. Ik hoop dat Rotterdam zijn verantwoordelijkheid neemt dat ze in de stad blijven. Anders moeten we het toch echt elders proberen.”
De bijna-sloop van de werken in het Dijkzigt was begin dit jaar aanleiding voor gemeenteraadslid Jimmy Smet (Groenlinks) om een initiatiefvoorstel in te dienen om monumentale kunst in en aan Rotterdamse gebouwen beter te beschermen, om te beginnen door die in kaart te brengen. Juist deze woensdag reageerde wethouder Said Kasmi (D66, Cultuur) in een brief aan de raad op dat voorstel met de aankondiging van een inventarisatie, uit te voeren door het Centrum Beeldende Kunst (CBK). Ook laat hij onderzoeken of het mogelijk is om het beleid rond sloop- en bouwvergunningen voor rijks- en gemeentemonumenten aan te vullen met voorschriften voor gebouwgebonden kunst. De wethouder trekt geen geld uit voor het behoud van kunstwerken. De kosten daarvan blijven voor rekening van de eigenaren van de panden.