Eindelijk gerechtigheid na compromisloos vonnis over Bouterse
Wat lange tijd in Suriname voor onmogelijk werd gehouden, is toch gebeurd. Desi Bouterse, de altijd ongrijpbare opportunist en demagoog, heeft zijn meerdere gevonden in de Surinaamse rechters. Vrijdag kwam het langverwachte vonnis in de Decembermoorden, het oordeel over het aandeel van de huidige president Bouterse in de zwartste episode in de recente Surinaamse geschiedenis. Het is een snoeihard vonnis: twintig jaar cel voor de toenmalige bevelhebber die met opzet en voorbedachte rade vijftien politieke tegenstanders liet vermoorden en achteraf geen onderzoek naar de zaak liet instellen, laat staan dat hij berouw toonde.
Symbolischer kon het niet. Terwijl het vonnis tegen hem werd gewezen, verbleef Bouterse zelf in China. Onder zijn bewind heeft dat land Nederland vervangen als geldschieter en handelspartner – sommigen zeggen als kolonisator.
Pogingen van Bouterse de rechtsgang te frustreren en zichzelf vrij te pleiten met een Amnestiewet werden door de rechters verijdeld. Dat getuigt van grote professionele integriteit en persoonlijke moed. Het compromisloze vonnis is zodoende ook een weerlegging van de achteloosheid waarmee minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken, VVD) Suriname vorig jaar afdeed als een failed state.
Met de gerechtelijke uitspraak is, zevenendertig jaar na de moorden en vijftien jaar nadat de dagvaardingen werden bezorgd, recht gedaan. Die moord op advocaten, journalisten en vakbondsleiders – gelegitimeerd met verzinsels over een op handen zijnde staatsgreep – zorgde ervoor dat op 8 en 9 december 1982 in Suriname de burgerlijke oppositie tegen het militaire bewind in een klap werd uitgeschakeld. Niet alleen dat: de moordpartij had op de hele Surinaamse samenleving een traumatiserend en lange tijd verlammend effect.
Pas in de loop van de jaren negentig werd de democratie hersteld en krabbelde het land langzaam op. Met het vervagen van herinnering aan de moorden stegen wrang genoeg de politieke kansen van Bouterse, die in 2010 opnieuw aan de macht kwam, via de stembus.
Er was nog een dramatisch effect. Na de moorden schortte Nederland de ontwikkelingshulp op die bij de onafhankelijkheid van 1975 was toegezegd. Een begrijpelijke strafmaatregel, maar wel een die tot nevengevolg had dat het land verder afgleed. Bouterse en zijn criminele vertrouwelingen zochten hun financiële heil onder andere bij de Colombiaanse drugsmaffia.
Bouterse is nu niet door de oud-kolonisator veroordeeld zoals in 1999 in verband met zijn drugsactiviteiten het geval was, maar door zijn eigen, Surinaamse rechters. Dat is van groot belang. Sinds 1982 zijn generaties Surinamers opgegroeid die vooruit willen en voor wie de moorden niet eens meer een herinnering zijn. Een amnesie waar Bouterse behendig op inspeelde, tot en met censuur op schoolboeken.
DRechters hebben laten zien dat Suriname geen ‘failed state’ is zoals minister Stef Blok beweerde
e makelaar van de macht die zijn geboorteland heeft uitgebuit als een particulier wingewest en die niet terugdeinsde voor koelbloedige moord op zijn democratische tegenstanders is veroordeeld. Er is reeds hoger beroep aangekondigd en een lange rechtsgang ligt nog in het verschiet. Maar dit vonnis met zijn grote betekenis ligt er. Het is alleen te hopen dat het ooit nog zal worden uitgevoerd. Want de enige plek voor Desi Bouterse is achter de tralies.