KNVB, laat het niet bij lege woorden over racisme langs de lijn
Als amateurclubs geen steun krijgen, verliezen we de strijd tegen racisme, schrijft Huub Wilbrink.
In de bestuurskamer van de Amsterdamse voetbalclub Zeeburgia ontving ik een appje. Van een scheidsrechter die vorige zondag een amateurwedstrijd stillegde na racistische opmerkingen vanaf de kant. Dat kreeg aandacht in de landelijke media. Hij schrijft: „Eigenlijk is er maar 1 woord dat de afgelopen week goed omschrijft ‘Alleen’.” Ik slik. Wederom slik ik. Deze keer om een scheidsrechter die gewoon het protocol volgde en ook moreel het juiste deed, maar daar geen goed gevoel aan heeft overgehouden. Omdat er vanuit voetbalbond KNVB amper een reactie kwam.
Ook zaterdag kreeg ik het al te kwaad. Het NOS Jeugdjournaal kwam een item maken over racisme in het amateurvoetbal en interviewde kinderen van Zeeburgia en tegenstanders. Het voor mij heftigste verhaal haalde de uitzending niet. Niet alleen vanwege de heftigheid. Maar vooral omdat de speler in kwestie het voorval nooit aan haar moeder had verteld. Tijdens een vakantie in Nederland, ze was 11, werd ze voor aap uitgemaakt. En het meest verdrietige ervan? Dat haar moeder het hele verhaal niet bleek te kennen toen we dit ter verificatie vroegen. En die ook even helemaal niet wist wat te doen. En haar dochter? Die droeg het verhaal alleen.
De Koninklijke Nederlandse Voetbal Bond is de grootste vereniging van Nederland. Elk weekend trappen 1,3 miljoen Nederlanders georganiseerd tegen een voetbal. Met trots vaak aangehaald als de meest inclusieve sport van ons land. En natuurlijk daarmee ook de sport waarin meningen, afkomst, gedrag en vele andere zaken elkaar ontmoeten. Tussen en buiten de lijnen. En dat botst soms.
Na het racistische incident bij de wedstrijd tussen FC Den Bosch en Excelsior werd snel en breed gereageerd. Ook vanuit Zeist. Maar rond het amateurvoetbal bleef het stil. Een van de redenen om niet alleen binnen, maar ook buiten Zeeburgia aandacht te vragen voor racisme in het amateurvoetbal. Vele clubs hadden dit ook bedacht of deden mee. Meer dan een: „We steunen elk initiatief” kwam er niet vanuit de uitgebreide persafdeling uit Zeist. Verpakt in een column. Empathie en daarmee echte erkenning, laat staan actiebereidheid bleef uit. Of een eerlijk: we weten ook niet wat nu te doen. Had ook gekund. Nee, de maatschappij moest het doen. „En we doen al heel veel hoor.” Echt.
Afgelopen donderdag troffen een aantal ministers, onze minister-president (‘It’s black Pete and I cannot change that’), de KNVB-directie, Excelsiorspeler Mendes Moreira en scheidsrechter Laurens Gerrets elkaar op de burelen van de KNVB. En de bewindvoerders kwamen met een statement over langere stadionverboden, een melding-app en slimme camera’s bij het prof- en het amateurvoetbal. Inzet van camera’s die in de eerste de beste scriptie van een student privacyrecht worden afgeschoten (net zoals de inzet van Voetbal TV samen met Talpa trouwens). Maar goed, als dat duidelijk wordt is de storm alweer gaan liggen. Over tot de orde van de dag.
En ook nu geen inclusief gebaar richting het amateurvoetbal. De KNVB acteert alleen en zonder haar amateurachterban te raadplegen. De eigen missie en visie lijkt hierbij uit het oog verloren, de maatschappelijke opgave gaat toch verder dan het soepel organiseren van competities? Startpunt van deze missie en visie is namelijk „voetbal om van te houden”. En dat daar samen met clubs, spelers en vele anderen op in wordt gezet. „Elke dag opnieuw.”
Er is nu een kans om dit samen met amateurclubs toe te passen op het racismevraagstuk. Waar blijft de uitnodiging aan eenieder om hierover mee te denken? Is men nu nog niet van de schrik bekomen nu ook aan de Woudenbergseweg het besef is doorgedrongen dat racisme in het voetbal nog steeds springlevend is? Laten we samen komen tot de aangekondigde ‘centrale landelijke aanpak’. Want daar zit wel een hoofdstuk amateurvoetbal in toch? Of twee?
Ik praat, denk en doe graag mee. Jullie ook?
Waar blijft de uitnodiging aan amateurclubs om mee te denken?