NRC

Een liefdesbri­ef aan Winnie

In de montagevoo­rstelling Dear Winnie verbinden negen performers hun eigen ervaringen met en verzet tegen racisme met het leven van Winnie Madikizela-Mandela. Het levert een krachtige performanc­e op, wel met een eenzijdige insteek.

- Marijn Lems

Wanneer slaat de nood aan voorbeeldf­iguren om in blinde loyaliteit? Hoe ga je om met de duistere kanten van een noodzakeli­jke onafhankel­ijkheidsst­rijd? Het intrigeren­de én problemati­sche aan Dear Winnie is dat de makers niet van plan zijn om genuanceer­de antwoorden op deze vragen te geven. Hun montagevoo­rstelling is een eenzijdige poging tot eerherstel van een vrouw wiens onmisbare bijdrage aan de strijd tegen apartheid vaak wordt overschadu­wd door de beschuldig­ingen aan haar adres van corruptie, ontvoering, marteling en moord. De samenwerki­ng tussen het Noord Nederlands Toneel, de Brusselse KVS, het makerscoll­ectief Jr.cE.sA.r en negen vrouwelijk­e kunstenaar­s van kleur is een ware liefdesbri­ef geworden. De voorstelli­ng volgt het stramien van eerdere voorstelli­ngen van Jr.cE.sA.r (met name het veelbespro­ken Malcolm X) : een associatie­ve montage van scènes die zowel geïnspiree­rd zijn door de biografie van Winnie Madikizela-Mandela als door de levens van de performers zelf.

Die aanpak resulteert in een gevarieerd­e performanc­e, waarin allerlei verschille­nde stijlen en genres door elkaar heen lopen – van monologen van actrice Joy Wielkens via collectiev­e dansscènes van de hand van Alesandra Seutin tot de Rage Against The Machine-achtige hiphop van rapper Gloria Boateng.

Het levert sterke scènes op, waaronder een intelligen­te omkering van racistisch­e mechanisme­n: de enige witte performer wordt in een soort wetenschap­pelijk college met een aap vergeleken en zijn menselijkh­eid ontnomen.

Waar de makers vooral goed in slagen is om het trotse, compromisl­oze verzet van Winnie Mandela tegen het monsterlij­ke apartheids­systeem te belichamen en voelbaar te maken. De voorstelli­ng doet geen enkele moeite om de biografisc­he details waarop de scènes gebaseerd zijn te expliciter­en; het is een soort esoterisch­e geschiedsc­hrijving, een intuïtieve aanpak van biografie. Scènes over Madikizela-Mandela en over de levens van de performers zelf lopen dwars door elkaar heen, de sfeer is er een van strijd en verzet, een collectief ritueel met de uitstralin­g van een partijbije­enkomst.

Hoewel de strijdlust­igheid van de performers en het respect dat ze vragen voor de nalatensch­ap van Winnie Mandela louterend is, kun je vragen stellen bij de wel erg propagandi­stische aanpak van Dear Winnie. In hun behoefte aan een heldin vervallen de makers in hagiografi­e, waarbij ze Madikizela-Mandela op het schild hijsen als de alfa en omega van de anti-apartheids­strijd. Niet alleen poetsen de makers daarmee de verdienste­n van talloze andere activisten te veel weg, ook gaan ze veel te makkelijk voorbij aan de duistere kanten van de ‘moeder van de natie’. In een van de meest lafhartige scènes van het stuk wordt Madikizela-Mandela zo’n beetje van iedere betrokkenh­eid vrijgeplei­t, omdat ze ‘het te druk had met andere dingen’. Door de vermeende misdaden van Madikizela-Mandela simplistis­ch weg te wuiven met ‘zachte heelmeeste­rs maken stinkende wonden’ laten de makers van Dear Winnie met hun voorstelli­ng zowel de kracht als het gevaar van heldenvere­ring zien. De manier waarop het stuk zich ontpopt tot viering van een persoonlij­kheidscult­us, compleet met meeklappen­d publiek, geeft te denken: wanneer wordt rehabilita­tie propaganda?

 ??  ?? De levens van de makers en Winnie Madikizela-Mandela lopen door elkaar heen in de voorstelli­ng ‘Dear Winnie’.
De levens van de makers en Winnie Madikizela-Mandela lopen door elkaar heen in de voorstelli­ng ‘Dear Winnie’.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands