De apostrof staat er alleen voor
Jaren zette de Britse oud-journalist John Richards (96) zich in voor correct gebruik van de apostrof, nu geeft hij op. „Onwetendheid en luiheid hebben gewonnen.”
Achttien jaar ging de Brit John Richards voorop in de strijd, aangemoedigd door honderden sympathisanten. Maar sinds enkele dagen moeten we het zonder zijn ‘ Apostrophe Protection Society’ stellen.
Goed, de oud-journalist is inmiddels 96 jaar, dus de krachten nemen af. Maar de voornaamste reden is toch echt de moderne tijd, stelt Richards op zijn website. „Steeds minder organisaties en individuen dragen zorg voor het correcte gebruik van de apostrof in de Engelse taal. Wij en veel van onze aanhangers hebben ons best gedaan, maar de onwetendheid en luiheid [...] hebben gewonnen.”
Richards merkte al vroeg dat de apostrof in het nauw zit. Vooral in het laatste deel van zijn loopbaan, als eindredacteur, viel het veelvuldig foutief gebruik hem op. Die ergernis leidde in 2001 tot de oprichting van het genootschap.
Op de website van de Apostrophe Protection Society staan voorbeelden die de taalpurist ineen doen krimpen. Een parkeerbord met de tekst resident’s and visitor’s only terwijl de apostrof nooit gebruikt wordt om meervoud uit te drukken. Of the dog ate it’s bone, waar bezitsvorm its is verwisseld met de inkorting van it is.
In het Engelse taalgebied verkopen boeken over leestekengebruik vaak goed. Schrijfster Lynne Truss sleet begin deze eeuw honderdduizenden exemplaren van Eats, Shoots and Leaves. The Zero Tolerance Approach to Punctuation. Op tv en in kranten werden destijds passievolle pleidooien gehouden voor het correcte gebruik (of juist achterwege laten) van leestekens.
Het heeft de strijd van John Richards onvoldoende rugwind gegeven. In Bristol waart ’s nachts nog wel ‘ The Apostrophiser’ door de straten, als eenzame strijder tegen taalonrecht. In 2017 ging de BBC een nachtje met deze anonieme ingenieur op pad, die met een zelfbedacht systeem op een lange stok apostrofs toevoegt of wist van reclameborden of winkelpuien.
Overigens is Richards ergernis niet exclusief voor de Engelse taal. Bij NRC gaat het bijvoorbeeld ook best wel eens mis. Een bezorgde vormgeefster op de redactie heeft er een sport van gemaakt om alle misdaden waarbij de apostrof ondersteboven staat (‘zet ‘m op, of Museum Rotterdam ‘40-‘45) voor het nageslacht vast te leggen.
Het komt door tekstverwerkers en de pc, die de apostrof zijn gaan vermengen met het aanhalingsteken, zeggen ze bij Onze Taal. Bij hun Taaladvieslijn worden geregeld vragen gesteld over de apostrof, veel mensen weten niet meer hoe het moet. Daarom: het is Freeks fiets, niet Freek’s fiets, maar wel weer Claudia’s fiets (want een vaste s zou de voorgaande klank veranderen). En de apostrof heeft bij achtervoegsels ten onrechte concurrentie van een streepje. Het is geen hbo-er of dvd-tje, maar hbo’er en dvd’tje.