Ambtenaren zijn boos en ouders zijn getergd
De Tweede Kamer debatteert deze woensdag over het toeslagendossier terwijl er grote onrust is binnen de Belastingdienst.
Met de disciplinaire maatregelen die staatssecretaris Alexandra van Huffelen (Financiën, D66) vorige week tegen vier hoge ambtenaren van de Belastingdienst heeft genomen, laat de nieuwe bewindspersoon blijken stevig ingrijpen naar aanleiding van de toeslagenaffaire niet te schuwen. Toch heeft het opzijzetten van het viertal niet per se bijgedragen aan versterking van haar gezag.
Een boze reactie op het intranet over het noodgedwongen vertrek van FIOD-directeur Hans van der Vlist kreeg binnen een dag ruim 9.900 likes. Dat bleek door een of meerdere medewerkers kunstmatig te zijn opgehoogd. Na opschoning door de ICTafdeling bleven er ruim 400 likes over. De brievenschrijver zegt in zijn klaagschrift „woedend” te zijn. Hij vindt het „een schande” dat de „beginselen van de rechtsstaat” kennelijk niet gelden voor het ministerie van Financiën en de Belastingdienst. „Ons eigen ministerie mag zonder enig feitenonderzoek sanctioneren.” Een kopie van de brief is in bezit van NRC.
Dat honderden medewerkers instemmen met de brief wijst erop dat hun vertrouwen in de politieke en ambtelijke leiding een knauw heeft gekregen. En dat zal de Tweede Kamer deze woensdag, tijdens een debat over de affaire, zorgen baren. Wat ook meespeelt, is het nieuws dat de top van de Belastingdienst drie ambtenaren vorig jaar hebben zou hebben beloofd hen niet te straffen voor de kindertoeslagenaffaire, als zij mee zouden werken aan een onderzoek naar het schandaal. Van Huffelen is, als een van de twee nieuwe staatssecretarissen, speciaal belast met het dossier.
Die immense klus houdt in de eerste plaats in het compenseren van de duizenden gedupeerde gezinnen, die door een te rigide opsporingsbeleid ten onrechte als fraudeur zijn bestempeld. De affaire loopt al jaren en het einde is nog lang niet in zicht. Over welke kwesties zal Van Huffelen woensdag in de Kamer tekst en uitleg moeten geven? En moet de Kamer niet ook naar zichzelf kijken?
De aangifte
De grote nieuwe wending in het toeslagendossier kwam vorige week met de strafrechtelijke aangifte die Van Huffelen bij het Openbaar Ministerie deed tegen de Belastingdienst. Een extern onderzoek van een strafrechtspecialist duidde op mogelijke ambtsmisdrijven bij de opsporing van vermoede fraude met kinderopvangtoeslag in de periode 2013-2017. Het gaat om discriminatie en ‘knevelarij’, het ten onrechte vorderen van geld van belastingbetalers. De Tweede Kamer had zelf om die second opinion gevraagd. Toch blijven er nog veel vragen over: waarom is niet ook het handelen van ambtenaren vóór 2013 en ná 2017 onderzocht? Waarom is de aangifte tegen de dienst als geheel en niet tegen individuele ambtenaren gericht? En toch ook, gelet op de boze reacties: kan de staatssecretaris, nu de toeslagenaffaire de strafrechtelijke weg is ingeslagen, nog wel voor een veilige werkomgeving zorgen?
De ouders
Dat de aangifte er bij de eigen organisatie in hakt, zou de hoofdopdracht van de nieuwe staatssecretaris niet moeten vertragen: het bieden van genoegdoening aan al die gedupeerde ouders in de toeslagenaffaire. Het gaat mogelijk om twintigduizend gezinnen. Een eerste, relatief kleine groep van zo’n driehonderd ouders, kreeg eind vorig jaar al enige financiële compensatie. De rest moest wachten op de commissie onder leiding van oud-minister Piet Hein Donner (CDA). Die deed onderzoek naar de affaire en kwam in maart met haar eindrapport. Donner meende dat een beperkte groep recht op compensatie had. Van Huffelen reageerde met de toezegging dat ze veel ruimhartiger zou gaan compenseren dan Donner haar aanraadde. Sindsdien wordt er op het ministerie hard gewerkt, er worden regelingen gemaakt en de staatssecretaris spreekt met veel gedupeerden. Toch vinden ouders het nu al veel te lang duren. Daarnaast zal een groot deel van de ouders zelf moeten kunnen aantonen hoe en in hoeverre zij financieel gedupeerd zijn.
Tweede Kamerlid Renske Leijten (SP) vindt dat de financiële afwikkeling veel gemakkelijker moet gaan. „Veel getroffen ouders zitten nog altijd in grote financiële problemen. Geef hun vast een voorschot van 10.000 euro.” Dat dit voorstel erg lijkt op de kwetsbaarheid van het toeslagensysteem – een voorschot vooraf, en dan eventueel achteraf terugbetalen – vindt Leijten geen bezwaar. „Kijk naar de huidige crisismaatregelen voor bedrijven: die krijgen miljarden overgemaakt zónder voorwaarden.”
Het onderzoek
Een grote irritatie bij wel meer politiek gevoelige zaken is dat er eerst veel onderzoek wordt besteld voor de politiek in actie komt. In de toeslagenaffaire waren dat onder meer: de commissie-Donner (over compensatie), de Autoriteit Persoonsgevens (etnisch profileren), Allen & Overy (ambtsmisdrijven) en Deloitte (over bedrijfscultuur).
De rapportenreeks heeft nog lang niet alles boven tafel gekregen. Kamerlid Bart Snels (GroenLinks) wil daarom een ‘parlementaire ondervraging’ organiseren. Die moet duidelijkheid geven over de politieke verantwoordelijkheid voor het fraudebeleid. De SP wil een parlementaire enquête.
Het is onwaarschijnlijk dat een van deze voorstellen voldoende steun krijgt. Veel partijen zullen zich realiseren dat bewindslieden uit verschillende kabinetten maar ook de Kamer in verlegenheid kunnen worden gebracht, omdat het de politiek zelf was die aandrong op een strengere fraudeaanpak. In potentie geldt dat voor de huidige coalitiepartners VVD, CDA, en D66. En ook voor de PvdA, die met Lodewijk Asscher als minister van Sociale Zaken in het vorige kabinet een directbetrokkene heeft.